Ingediend | 10 oktober 2018 |
---|---|
Beantwoord | 30 oktober 2018 (na 20 dagen) |
Indiener | Henk van Gerven |
Beantwoord door | Bruno Bruins (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD) |
Onderwerpen | geneesmiddelen en medische hulpmiddelen zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z18055.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20182019-435.html |
Ja, ik ken het bericht uit de Volkskrant. Hieruit blijkt onder meer dat er onder zorgverleners geen overeenstemming is over wat onder «medische noodzaak» moet worden verstaan.
De vermelding «medische noodzaak» op een recept ter indicatie van de situatie waarin behandeling met het door de zorgverzekeraar aangewezen geneesmiddel voor de verzekerde medisch niet verantwoord is, zou idealiter moeten kunnen volstaan. In het bericht in de Volkskrant wordt echter gesteld dat apothekers en huisartsen in een «fel debat» zijn verwikkeld over wanneer «medische noodzaak» écht medische noodzaak is. Een geïnterviewde apotheker zegt dat «medische noodzaak» een gedevalueerd begrip is en dat er lichtvaardig of onder druk van patiënten wordt voorgeschreven. Dit wordt door de LHV ontkend. Aangezien er onder zorgverleners geen duidelijkheid is over het begrip medische noodzaak, en er ook geen overeenstemming is over hoe hiermee om te gaan, neem ik het initiatief voor een bestuurlijk overleg en nader onderzoek hiernaar. Zie ook het antwoord op vraag 4.
Daar ben ik het niet mee eens. Zorgverzekeraars hebben naast hun zorgplicht ook de opdracht om de zorgkosten voor de samenleving beheersbaar te houden. Het preferentiebeleid is daarbij een effectief middel gebleken.
Zoals eerder toegezegd ga ik op 31 oktober aanstaande in overleg met de verschillende belanghebbenden in de keten (van patiënt tot zorgverzekeraar) om gezamenlijk voor te zorgen dat uitgangspunten worden geformuleerd op basis waarvan geneesmiddelen niet, dan wel verantwoord kunnen worden gewisseld.