Ingediend | 26 september 2018 |
---|---|
Beantwoord | 29 oktober 2018 (na 33 dagen) |
Indiener | Thierry Baudet (FVD) |
Beantwoord door | Barbara Visser (staatssecretaris defensie) (VVD) |
Onderwerpen | defensie internationaal |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z16888.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20182019-425.html |
Ja.
De onderjassen uit het koudweer pakket, die een aanvulling vormen bij de standaard militaire buitenjassen, zijn inmiddels geleverd en worden verstrekt aan de eenheden die deelnemen aan Trident Juncture. Ik verwijs verder naar mijn brief van 8 oktober jl., Kamerstuk 27 830, nr. 268.
Defensie houdt intern toezicht op de verwerving door de voortgang van de projecten bij te houden, hierover intern te rapporteren en regelmatig projectbesprekingen te houden. Daarnaast houdt de afdeling Toezicht Defensie Leveranciers (TDL) toezicht bij leveranciers om kwaliteit te kunnen garanderen. De Defensie Materieel Organisatie is hiervoor verantwoordelijk.
De verwerving van het grootste deel van het materieel voor Defensie wordt uitgevoerd door de Defensie Materieel Organisatie (DMO). De directeur van de DMO rapporteert aan de Secretaris-Generaal van Defensie. Daarnaast zijn de krijgsmachtdelen en de Defensiestaf verantwoordelijk voor het tijdig stellen van de juiste behoefte. De krijgsmachtdelen rapporteren aan de Commandant der Strijdkrachten.
In het algemeen voorziet het KPU-bedrijf de militairen tijdig van hun kleding en uitrusting. In die gevallen dat niet tijdig een nieuw contract kan worden afgesloten terwijl het oude contract is verlopen, of een leverancier bij levering niet aan de kwaliteitseisen voldoet kan vertraging optreden. In die gevallen wordt eerst bekeken of een alternatief artikel met equivalente functie kan worden verstrekt. In die gevallen waar dat niet kan wordt een maatwerkoplossing op basis van zelfstandige aanschaf toegepast. Het is niet bekend hoe vaak dit precies gebeurt omdat dit niet wordt geregistreerd.
Het assortiment van het Defensie Kleding en Persoonsgebonden Uitrusting bedrijf voorziet, om de functionaliteit en de veiligheid van de militair te waarborgen, in eerste instantie in alle kleding en uitrusting van de militair.
Er zijn uitzonderlijke situaties waarin de militair zelf persoonsgebonden uitrusting aanschaft. Dit kan zijn in het geval van maatwerk, waarbij het gaat om specifieke maatvoering en het efficiënter is om deze op individuele basis aan te schaffen, of voor specifieke oefeningen waarbij de standaard uitrusting ontoereikend is, en in het geval dat artikelen niet in voldoende mate op voorraad zijn.
In deze gevallen wordt aan de militair een Zelfstandige Aanschaf brief (ZA-brief) verstrekt met toestemming om het artikel zelf aan te kopen. In deze brief wordt de militair geadviseerd welke producten voldoen aan de veiligheidseisen. De militair kan ervoor kiezen om het benodigde geld zelf voor te schieten en achteraf te declareren, of ervoor kiezen om een voorschot aan te vragen. In het geval van Trident Juncture was het niet de bedoeling en niet nodig dat militairen het bedrag moesten voorschieten.
Zie antwoord vraag 6.
Nee, voor persoonsgebonden uitrusting die zelfstandig moet worden aangeschaft wordt toestemming verleend. De militair kan ervoor kiezen om het benodigde geld zelf voor te schieten en achteraf te declareren, of ervoor kiezen om een voorschot aan te vragen. In het geval van Trident Juncture was het niet de bedoeling en niet nodig dat militairen het bedrag moesten voorschieten. Het kan overigens altijd voorkomen dat een militair er voor kiest om zelf aanvullende uitrusting aan te schaffen hoewel Defensie hem of haar van uitrusting heeft voorzien. In dat geval zijn er geen voorschot- of declaratiemogelijkheden.
Voor de instandhouding van de meer dan 3.000 verschillende artikelen bij het KPU-bedrijf is dit jaar een budget beschikbaar van 43 miljoen euro.
De hoogte van voorraden kleding en uitrusting is vastgelegd in normen. De normen voor inzet (BKI) zijn vastgesteld, voor gereedstelling (verbruiksnormen) moet een deel van de normen nog worden ontwikkeld. Daarnaast is recent gemeld (Kamerstuk 27 830, nr. 268) dat Defensie de normen opnieuw gaat bezien in het licht van het toenemend belang van de eerste hoofdtaak (bondgenootschappelijke verdediging).
De voorraden worden op niveau gehouden via de exploitatiebegroting. Daarnaast wordt nieuwe kleding en uitrusting door DMO verworven om het assortiment aan te passen aan de behoefte. De krijgsmachtdelen of de Defensiestaf stellen hiervoor de behoefte. Hierover wordt de Kamer geïnformeerd via de brieven conform het Defensie Materieelproces, de begroting, het jaarverslag en het materieelprojectenoverzicht.
In de afgelopen 30 jaar is bezuinigd op de Defensie uitgaven. Dit heeft in het materieel domein geleid tot een verminderde inzetbaarheid van systemen. U bent hierover geïnformeerd via de begroting en het jaarverslag. Daarnaast heeft u in de inzetbaarheidsrapportages kunnen vernemen welke problemen van materiele aard er de afgelopen jaren hebben gespeeld.
In de Defensienota zijn plannen uiteengezet om de krijgsmacht te moderniseren. Deze plannen zijn leidend voor de samenstelling en de toerusting van de krijgsmacht, die beter is uitgerust om huidige en toekomstige dreigingen het hoofd te bieden.
Over lopende en geplande materieelprojecten is de Kamer steeds geïnformeerd middels de Defensienota (Kamerstuk 34 919, nr. 1), de Defensiebegroting en het Materieelprojectenoverzicht.
Defensie is verantwoordelijk voor het voorzien in voldoende en juiste uitrusting voor het personeel.
Vanuit de bestaande voorraad en de lopende contracten worden militairen voorzien van adequate schoenen en vesten. Daarvoor wordt al een draagproef uitgevoerd. Vanaf het voorjaar van 2019 worden nieuwe schoenen geleverd en verstrekt aan het militaire personeel. De projecten Vervanging gevechtsuitrusting en Verbetering Operationeel Soldaat Systeem (VOSS) voorzien in nieuwe vesten voor gevechtseenheden en overige eenheden, zoals is gemeld in het Materieelprojectenoverzicht 2018 (Kamerstuk 27 830, nr. 259). Daarnaast wordt met het project Defensie Operationeel Kleding Systeem(DOKS) de volledige krijgsmacht uitgerust met kwantitatief voldoende en kwalitatief hoogwaardige nieuwe gevechtskleding die voldoet aan alle eisen ten aanzien van functionaliteit, bescherming, pasvorm, comfort en uitstraling. Hierover bent u recent geïnformeerd (Kamerstuk 27 830, nr. 260).
Daarnaast komt het voor dat militairen zelf extra spullen aanschaffen die in hun ogen nog beter, handiger of professioneler zijn, dan de uitrusting die Defensie verstrekt. Een overzicht daarvan is niet beschikbaar omdat het een eigen keuze van de militair betreft.
Het assortiment kleding en uitrusting van Defensie wordt regelmatig herzien en verbeterd als gevolg van ontwikkelingen in technologie en op basis van de behoefte van de militairen. Defensie onderzoekt het introduceren van keuzevrijheid in het kleding- en uitrustingsassortiment. Bijvoorbeeld de gevechtslaarzen zouden hiervoor in de toekomst in aanmerking kunnen komen.
Zie antwoord vraag 13.
Defensie kent een grote verscheidenheid aan kleding- en uitrustingspakketten. Dit betreft ongeveer 1.000 pakketten. Iedere militair heeft de beschikking over een basispakket. Daarnaast worden pakketten verstrekt voor specifieke functies, taken en omstandigheden. Ten slotte zijn er daarbovenop nog ongeveer 700 individuele pakketten voor specifiek maatwerk. Ter illustratie is een overzicht van het basispakket als (vertrouwelijke) bijlage 7 bij deze brief gevoegd2.
De verantwoordelijkheid voor verwerving en instandhouding voor deze pakketten ligt bij de DMO, de verantwoordelijkheid voor de behoeftestelling (voor oefeningen en inzet) ligt bij de krijgsmachtdelen en de Defensiestaf.
Zie antwoord vraag 2.
Zie hiervoor de kamerbrief inzake «Antwoord op kamervragen over kleding en uitrusting» d.d. 26 oktober 2018 (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 420) en mijn eerder verzonden kamerbrief over de versterking van de voorraden (Kamerstuk 27 830, nr. 268).
Zie antwoord vraag 2.