Ingediend | 20 juni 2018 |
---|---|
Beantwoord | 3 september 2018 (na 75 dagen) |
Indieners | Rudmer Heerema (VVD), Bente Becker (VVD) |
Beantwoord door | Arie Slob (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (CU) |
Onderwerpen | basisonderwijs onderwijs en wetenschap |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z11919.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-3049.html |
Ja, ik heb kennisgenomen van het artikel en het onderliggende rapport. Ik kan niet beoordelen of het geschetste beeld klopt. OCW beschikt niet over gegevens van scholen over excursies naar gebedshuizen.
Nee, landelijk houden we geen gegevens over schoolexcursies bij. Wel is mij een peiling van de vereniging voor katholiek en christelijk onderwijs Verus bekend. Uit een raadpleging onder 380 schoolleiders uit hun achterban komt naar voren dat bij 41 procent van deze scholen leerlingen een bezoek brengen aan een gebedshuis van niet-christelijke religie. Deze bezoeken vinden vooral plaats om leerlingen kennis van of begrip voor andere godsdiensten bij te brengen.
Nee. Een excursie is in principe verplicht als deze deel uitmaakt van het reguliere lesprogramma. De school is verantwoordelijk voor het onderwijsprogramma en heeft de vrijheid daar keuzes in te maken. Deze keuzes worden vastgelegd in het schoolplan, dat de instemming behoeft van de medezeggenschapsraad.
Ik vind het belangrijk dat scholen vroegtijdig ouders/verzorgers informeren over dergelijke initiatieven. Als ouders bezwaar hebben tegen deelname van hun kind aan een dergelijk bezoek, kunnen zij vooraf bezwaar aantekenen bij de school en ontheffing aanvragen voor hun kind. Het bevoegd gezag van de school beoordeelt een dergelijk verzoek. Als het verzoek wordt ingewilligd, zal de school de leerling een vervangende opdracht laten doen. Het bevoegd gezag beslist zelf of, en op basis van welke criteria, een verzoek van de ouders wel of niet wordt ingewilligd.
Bij de precieze vormgeving van bezoeken aan kerken, moskeeën of andere gebedshuizen ligt het – mede met oog op het doel onderling begrip en respect te bevorderen – voor de hand dat scholen rekening houden met leerlingen die er moeite mee hebben actief deel te nemen aan godsdienstige uitingen. Mijn beeld is echter dat dit in de praktijk nauwelijks aan de orde is, omdat dergelijke excursies in de regel een voorlichtend en informatief karakter hebben. Zou dit wel spelen, dan is het ook hier aan de school om daar in wijsheid mee om te gaan.
Het is niet aan mij om dit scholen voor te schrijven. Scholen komt vrijheid toe om hun onderwijsprogramma in te richten en hun leerlingen de kennis en vaardigheden bij te brengen, die zijn vastgelegd in de kerndoelen en de eindtermen. Uiteraard moeten scholen zich hierbij wel aan de wet houden en aan de geldende burgerschapsopdracht. Mij is wel bekend dat er openbare scholen zijn die met hun leerlingen een bezoek brengen aan een kerk.
Zie het antwoord op vraag 2. Precieze aantallen zijn ons niet bekend
Ik beschik niet over deze informatie. De wet vraagt dat scholen bijdragen aan de bevordering van actief burgerschap en sociale integratie. Ook mag het onderwijs niet in strijd zijn met de basiswaarden van de democratische rechtsstaat. De Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie) ziet hier op toe. De inspectie heeft overigens geen signalen dat sprake is van strijdigheid met basiswaarden. Als daarvoor aanleiding is, treedt de inspectie op.
Hoe scholen hun onderwijsprogramma inrichten is aan hen – in overleg met de medezeggenschapsraad. Sommige scholen nemen in het kader van burgerschap excursies op in hun onderwijsprogramma, bijvoorbeeld een bezoek aan een voormalig concentratiekamp, het parlement of een gebedshuis. Daar is op zich niets mis mee.
Het onderwijs van de school mag niet in strijd zijn met basiswaarden van de democratische rechtsstaat. Dat geldt ook voor het aanbod van derden, als dat onderdeel is van het onderwijs dat de school aanbiedt, zoals in de vorm van een excursie. Waar dit het geval is, zal de inspectie daar actief tegen optreden.
Daarbij is ook van belang dat een school alert is op een extern verzorgd aanbod dat in strijd kan zijn met basiswaarden. Ook is van belang dat zo’n extern aanbod aansluit bij het onderwijsdoel dat de school met de excursie nastreeft. Als dat bijvoorbeeld kennismaking is met religieuze stromingen, zal het veelal gaan om een neutrale, voorlichtende activiteit. Het kan dan van belang zijn het verschil tussen voorlichting en actieve deelname aan godsdienstige uitingen duidelijk te maken.
Ik ben van plan om, als onderdeel van de verduidelijking van de wettelijke burgerschapsopdracht, actieve bevordering van de basiswaarden van onze democratische rechtsstaat daarvan expliciet onderdeel te laten zijn. Dat betekent dat ook het toezicht van de inspectie hier – meer nog dan nu al het geval is – aandacht aan zal schenken. Als onderdeel daarvan zal ik de inspectie vragen dit aspect daarbij waar nodig nog verder te verankeren in het toezicht.