Kamervraag 2018Z07624

Het bericht dat particulieren steeds vaker een privédetective inhuren

Ingediend 23 april 2018
Beantwoord 5 juni 2018 (na 43 dagen)
Indieners Monica den Boer (D66), Maarten Groothuizen (D66)
Beantwoord door Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA)
Onderwerpen openbare orde en veiligheid politie, brandweer en hulpdiensten
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z07624.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-2329.html
1. Volkskrant, 18 april 2018
  • Vraag 1
    Kent u het bericht «Waar de politie verzaakt, duikt de privédetective op»?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Klopt het dat het aantal zaken dat door particuliere rechercheurs wordt behandeld toeneemt? Zo ja, hoe duidt u dit?

    De keuze voor de inzet van particuliere recherchebureaus en het aantal onderzoeken dat zij draaien, is afhankelijk van de markt en kan fluctueren. Ik beschik niet over objectieve cijfers die de groei van het aantal in behandeling genomen zaken kunnen bevestigen.

  • Vraag 3
    Hoeveel particuliere recherchebureaus kent Nederland?

    Per 1 april 2018 zijn er in Nederland 456 particuliere recherchebureaus met een vergunning van de dienst Justis.

  • Vraag 4
    Beschikt u over cijfers van zaken die door de politie worden opgepakt, nadat ze zijn aangedragen door particuliere rechercheurs? Zo ja, kunt u deze cijfers aan de Kamer doen toekomen?

    De politie registreert de zaken die door particulieren rechercheurs worden behandeld niet als een apart type zaken. Deze zaken worden ook niet op een andere wijze behandeld door de politie dan reguliere zaken.

  • Vraag 5
    Op welke wijze behandelt de politie zaken die door particuliere recherchebureaus worden aangedragen? Zijn hier bepaalde werkwijzen of protocollen binnen de politie voor?

    Zie antwoord vraag 4.

  • Vraag 6
    Hoe duidt u het feit dat door de afgenomen capaciteit van de politie in de periode 2012–2017 er meer particuliere rechercheurs worden ingeschakeld?

    De inzet van particuliere recherchebureaus is afhankelijk van de markt en fluctueert. Een groei van het aantal in behandeling genomen zaken kan meerdere oorzaken hebben. Particuliere recherchebureaus voorzien in de behoefte van met name particulieren om onderzoek te doen naar bijvoorbeeld fraude in eigen kring. Bij het verrichten van onderzoeken dienen particuliere recherchebureaus proportionaliteit en subsidiariteit in acht te nemen en hebben zij zich daarbij te houden aan de privacy gedragscode die voor hun branche geldt. De Autoriteit Persoonsgegevens controleert of particuliere recherchebureaus persoonsgegevens correct verwerken. Op deze wijze is het handelen van particuliere recherchebureaus gereguleerd.

  • Vraag 7
    In hoeverre acht u de opkomst van particuliere recherchebureaus een risico voor de rechtsorde?

    Zie antwoord vraag 6.

  • Vraag 8
    Aan welke voorwaarden moeten particuliere recherchebureaus voldoen om een vergunning te krijgen? Welke opleidingsvereisten zijn verbonden aan het beroep particulier rechercheur?

    Een vergunning wordt verleend indien, gelet op de voornemens en antecedenten van de aanvrager en beleidsbepalers, naar redelijke verwachting zal worden voldaan aan de voor particuliere recherchebureaus geldende regels en zal worden gehandeld in overeenstemming met hetgeen van een goed recherchebureau in het maatschappelijk verkeer mag worden verwacht. Bij deze beoordeling wordt advies ingewonnen bij de politie.
    Een particulier onderzoeker dient in het bezit te zijn van het diploma particulier onderzoeker van de Stichting Vakexamens voor de Particuliere Beveiligingsorganisaties of een gelijkwaardige EU-beroepskwalificatie.

  • Vraag 9
    In hoeverre komen vergunningsvoorwaarden voor particuliere recherchebureaus overeen met de reguliere politierecherche?

    Er is geen relatie tussen de vergunningsvoorwaarden voor particuliere recherchebureaus en de opleiding en taakomschrijving van de politie. Particuliere rechercheurs zijn geen opsporingsambtenaren en hebben derhalve geen opsporingsbevoegdheden. Omdat zij bij hun onderzoeken handelingen kunnen verrichten die aan de privacy van burgers kunnen raken, zijn hun werkzaamheden gereguleerd en dienen zij over een vergunning te beschikken. De vergunning geeft particuliere recherchebureaus geen extra bevoegdheden.

  • Vraag 10
    Op welke wijze worden de richtlijnen die zijn opgesteld door de branchevereniging voor particuliere rechercheurs gemonitord? Acht u deze vorm van zelfregulering afdoende om particuliere rechercheurs aan hun wettelijke restricties te houden? Zo ja, waarom? Zo nee, bent u bereid de regulering van en het toezicht op particuliere rechercheurs aan te scherpen?

    Tussen mijn ministerie en de brancheverenigingen van particuliere recherchebureaus vindt regelmatig overleg plaats, waarbij onder andere aandacht wordt besteed aan interne regulering. De door de branche opgestelde privacy gedragscode voor particuliere recherchebureaus is goedgekeurd door de Autoriteit Persoonsgegevens en maakt onderdeel uit van de Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus en wordt regelmatig geactualiseerd. Ieder particulier recherchebureau dient daarnaast een eigen privacy gedragscode te hebben en na te leven die minimaal gelijk is aan de voornoemde door de branche vastgestelde privacy gedragscode. Op het naleven van de gestelde regels wordt door de politie toezicht gehouden. Zelfregulering is derhalve slechts een onderdeel van het totale pakket aan controle mechanismen voor de sector van particuliere recherchebureaus.

  • Vraag 11
    Klopt het dat de politie verantwoordelijk is voor het wettelijk toezicht op de particuliere recherche? Heeft de politie voldoende capaciteit om hier effectief toezicht op te kunnen uitoefenen?

    De politie is verantwoordelijk voor het wettelijk toezicht op de particuliere recherchebureaus. Op tal van terreinen staat de politie voor de uitdaging om capaciteit en taken met elkaar in evenwicht te brengen. Ook voor wettelijk toezicht op de particuliere recherchebureaus geldt dat politie zoekt naar evenwicht tussen taken en capaciteit.

  • Vraag 12
    Hoe vaak zijn de afgelopen vijf jaar boetes aan particuliere recherchebureaus opgelegd omdat ze zich niet aan de regels hielden?

    Het sanctie-instrumentarium bestaat uit het doen van waarschuwingen, het opleggen van een bestuurlijke boete of in het uiterste geval het intrekken van de vergunning. Factoren als de ernst van de overtreding of recidive zijn van invloed op de keuze voor welk instrumentarium wordt gekozen. In de afgelopen vijf jaar is er door de Dienst Justis acht keer een bestuurlijke boete opgelegd op particuliere recherchebureaus en zijn er zes vergunningen ingetrokken.

  • Vraag 13
    Hoe vaak zijn de afgelopen vijf jaar vergunningen van particuliere recherchebureaus ingetrokken omdat ze zich niet aan de regels hielden?

    Zie antwoord vraag 12.

  • Vraag 14
    Aan welke wettelijke restricties zijn particuliere rechercheurs gebonden als het gaat om het vergaren van bewijs?

    Particuliere rechercheurs dienen bij het verrichten van hun onderzoeken de privacy van burgers te respecteren. In geen geval mogen zij inbreuk maken op de persoonlijke levenssfeer van hun onderzoeksubjecten of andere betrokkenen. Daarbij dienen zij zich te houden aan de door de branche vastgestelde en door de Autoriteit Persoonsgegevens goedgekeurde privacy gedragscode, welke algemeen verbindend is verklaard in de Regeling particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus. Hierin wordt geregeld welke normen particuliere rechercheurs in acht dienen te nemen bij het vergaren van bewijs.

  • Vraag 15
    Wat zijn de gevolgen als het openbaar ministerie in een strafzaak gebruik maakt van onrechtmatig verkregen bewijs dat door een particulier recherchebureau is verzameld? In hoeverre wordt de rechter bij zijn toetsing van dergelijk bewijs gehinderd door het feit dat het bewijs niet is verzameld door een opsporingsambtenaar, maar door een particulier (bedrijf)? Welke risico’s ziet u voor de integriteit van de opsporing? Hoe kijken het openbaar ministerie en de rechtspraak hier tegenaan?

    Ook bewijs dat door een particulier recherchebureau is verzameld – en bijvoorbeeld door de aangever bij zijn politieaangifte is verstrekt – kan in een strafzaak als bewijsmiddel worden gebezigd, bijvoorbeeld als overig schriftelijk bescheid als bedoeld in artikel 344, eerste lid, onder 5 van het Wetboek van Strafvordering.
    Wanneer zich bij het vergaren van dat bewijs onrechtmatigheden hebben voorgedaan, zal de rechter aan de hand van de concrete omstandigheden van het geval beoordelen wat daarvan de gevolgen zijn voor de concrete zaak. Bewijsuitsluiting kan in die gevallen aangewezen zijn als de onrechtmatige bewijsvergaring door de politie is geïnitieerd of gefaciliteerd. Bewijsuitsluiting kan echter ook in situaties waarbij de politie niet bij de onrechtmatige bewijsverkrijging betrokken is.

  • Mededeling - 16 mei 2018

    Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Den Boer en Groothuizen (beiden D66) van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht dat particulieren steeds vaker een privédetective inhuren (ingezonden 23 april 2018) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2018Z07624
Volledige titel: Het bericht dat particulieren steeds vaker een privédetective inhuren
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20172018-2329
Volledige titel: Antwoord op vragen van de leden Den Boer en Groothuizen over het bericht dat particulieren steeds vaker een privédetective inhuren