Ingediend | 19 april 2018 |
---|---|
Beantwoord | 17 mei 2018 (na 28 dagen) |
Indieners | Lilian Helder (PVV), Harm Beertema (PVV) |
Beantwoord door | Ferdinand Grapperhaus (minister justitie en veiligheid) (CDA) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid politie, brandweer en hulpdiensten |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z07406.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-2119.html |
Ja.
Zoals mijn ambtsvoorganger uw Kamer heeft gemeld in zijn brief van 6 juli 20172 is het voor de politie van belang om goed aangesloten te zijn op de maatschappij en te weten wat er leeft. De politie organiseert in het kader van de verbinding met de samenleving allerlei activiteiten die gericht zijn op specifieke groepen, of neemt hieraan deel. Deze aanpak wordt onder meer onderschreven in het rapport van de Politieacademie waarin dr. E.J. van der Torre stelt: «De politie intervenieert op dagelijkse basis bij grote en kleine incidenten of onder omstandigheden waar incidenten dreigen. Het is daarbij een groot voordeel als politiemensen de omstandigheden (fysiek en sociaal-cultureel) kennen en als ze enkele betrokkenen kennen. Het gaat om «kennen en gekend worden».3
De wijze waarop het beleid lokaal het beste vorm gegeven kan worden en met welke activiteiten dat gepaard gaat, laat ik aan de politie-eenheden zelf. De politie is daarin gehouden aan de code lifestyleneutraliteit en de beroepscode politie.
Dit wil echter niet zeggen dat hiermee alle criminaliteit, waaronder liquidaties, voorkomen kan worden. Dit vergt een langdurige aanpak waarbij criminele verbanden worden onderzocht en (faciliterende) netwerken worden blootgelegd.
Zie antwoord vraag 2.
Er wordt geen speciaal doelgroepenbeleid gevoerd in de aanpak van overlast en jeugdcriminaliteit. Wetenschappelijk onderzoek geeft aan dat dat ook niet effectief is.5 Uit dit onderzoek blijkt dat gerichte aandacht nodig is voor risico en beschermende factoren en de responsiviteit van de jeugdige delinquent. Daarvoor zijn erkende persoons- en systeemgerichte interventies beschikbaar. En natuurlijk hoort daar bij dat men rekening houdt met de achtergrond van de jeugdige delinquent.
Naast strafrechtelijke interventies wordt ingezet op het voorkomen van crimineel gedrag. Door ouders ondersteuning te bieden bij de opvoeding, door tijdige signalering van psychische of andere stoornissen en door op tijd hulpverlening in te schakelen bij beginnend probleemgedrag. Hiervoor is het van belang dat de overheid in verbinding is met de verschillende groepen in de samenleving.
Zie antwoord vraag 4.
Ja. In de gedragscode lifestyleneutraliteit is bepaald dat vanwege de bijzondere positie van de Nederlandse politie door politieambtenaren, in contacten met het publiek, in ieder geval afstand dient te worden genomen van zichtbare uitingen van levensovertuiging en religie. Dat is in het belang van het gezag en de veiligheid van politiemedewerkers bij hun optreden. Het moet bijdragen aan het vertrouwen van de burger dat achtergrond of persoonlijke opvattingen van de politieambtenaar geen rol spelen bij het politiewerk.
Ja.
De politie is van en voor iedereen en moet, ook als zij ontmoetingen met bevolkingsgroepen organiseert, haar neutraliteit bewaren. Dit geldt vanzelfsprekend ook in de interactie tussen de politie en kinderen. Zoals eerder aangegeven laat ik aan de politie-eenheden zelf om de wijze te bepalen waarop het beleid lokaal het beste vorm gegeven kan worden en met welke activiteiten dat gepaard gaat. De politie-eenheden kennen dan ook een verscheidenheid aan activiteiten waar zij aan deelnemen, dan wel die zij zelf organiseren. Zo heeft de eenheid Oost-Brabant vorig jaar een zogenaamd Feest der Verbinding georganiseerd om op een informele wijze in gesprek te komen over veiligheid met de diverse bewoners uit de regio.
Naast de genoemde iftar-maaltijden sluit de politie aan bij evenementen van allerlei aard, zoals herdenkingen, Pride Amsterdam, kerstvieringen en Keti Koti. Ook worden activiteiten met buurtbewoners georganiseerd met als doel te investeren in een betere verbinding. Daarnaast was ik bijvoorbeeld afgelopen december samen met de politie aanwezig bij de viering van het Joods Chanoeka in Amsterdam. Ik ben van mening dat de deelname van de politie aan dergelijke activiteiten ervoor zorgt dat de politie in verbinding is met de samenleving, en daarmee haar gezag vergroot.
Zie antwoord vraag 8.