Ingediend | 16 februari 2018 |
---|---|
Beantwoord | 5 april 2018 (na 48 dagen) |
Indiener | Henk Nijboer (PvdA) |
Beantwoord door | Wopke Hoekstra (minister financiën) (CDA) |
Onderwerpen | financiën inkomensbeleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z02768.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-1686.html |
Ja.
Ik vind de aanpassing van de beloning opvallend en zeer fors, zeker gezien het feit dat a.s.r. tot voor kort in handen van de staat was. Op 14 september 2017 zijn de laatste aandelen a.s.r. door de staat verkocht en daarmee is a.s.r. volledig zelfstandig geworden. Omdat ik geen aandeelhouder meer ben, ga ik niet over de hoogte van de beloning van de raad van bestuur van a.s.r. Het is aan de rvc van a.s.r. en de nieuwe aandeelhouders om te beoordelen welke beloning passend is, maar ik vind het wel belangrijk dat de rvc rekening houdt met de maatschappelijke functie van de onderneming. Overigens zijn verzekeraars, ondanks de maatschappelijke functie en anders dan banken, in het algemeen niet systeemrelevant. In dit verband wordt opgemerkt dat op dit moment het wetsvoorstel herstel en afwikkeling van verzekeraars bij de Tweede Kamer in behandeling is, waardoor in financiële problemen geraakte verzekeraars in de toekomst beter kunnen worden afgewikkeld, zonder overheidsbijdrage.
Voor de motivatie van de aanpassing van de beloning verwijs ik naar het persbericht van a.s.r.2 Zolang de staat als aandeelhouder bevoegd was, moest de hoogte van de maximale beloning van de bestuurders in samenspraak met de Minister van Financiën worden vastgesteld. Sinds juli 2012 is er geen sprake meer geweest van een aanpassing van de (maximale) beloning omdat het a.s.r. als staatsgesteunde onderneming niet was toegestaan om bestuurders een variabele beloning toe te kennen of de vaste beloning te verhogen, buiten een CAO-indexatie. Omdat de laatste aandelen a.s.r. in handen van de staat zijn verkocht, valt a.s.r. niet langer onder dit verbod. Het is aan de nieuwe aandeelhouders van a.s.r. om de beloningsverhoging te beoordelen.
Ik heb geen informatie over de gemiddelde beloning van een bestuurder in Nederland. Het is mij ook niet bekend welke referentiegroep a.s.r. heeft gebruikt om de beloning van de raad van bestuur te toetsen en wat de gemiddelde beloning is van bestuurders uit die referentiegroep. Uit het persbericht van a.s.r. begrijp ik dat alle medewerkers met de inwerkingtreding van een eigen cao per 1 januari 2018 een loonsverhoging van 2% hebben ontvangen.
Zie antwoord vraag 3.
Zie antwoord vraag 3.
Zie antwoord vraag 3.
Vertrouwen in de sector is essentieel. Ik heb de afgelopen maanden met veel grote banken en verzekeraars gesproken over de noodzaak van herstel van vertrouwen. Ook heeft de overheid verschillende maatregelen getroffen, zoals de introductie van het provisieverbod en de algemene zorgplicht. Tegelijkertijd is er nog een lange weg te gaan. De sector heeft weliswaar serieuze stappen gezet, onder meer met de introductie van de bankierseed of -belofte en het tuchtrecht, maar het is evident dat er nog veel moet gebeuren.
DNB houdt als toezichthouder bovendien toezicht op gedrag en cultuur in raden van bestuur en raden van commissarissen van onder meer banken en verzekeraars. Dit toezicht heeft tot doel te onderzoeken welke invloed menselijk handelen, groepsdynamische processen, als ook cultuur hebben op de financiële prestaties, integriteit en de reputatie van de instelling. Mocht de toezichthouder gedragspatronen waarnemen die risico’s vormen voor het functioneren van de bank of verzekeraar, dan zal zij deze ertoe bewegen om maatregelen te treffen om de geconstateerde risico’s van menselijk gedrag weg te nemen.
Ik vind het belangrijk dat financiële ondernemingen zich rekenschap geven van hun maatschappelijke functie bij het opstellen van hun beloningsbeleid en het vaststellen van individuele beloningen. Kundige mensen zijn in alle sectoren nodig, waarbij de vereiste vaardigheden wel verschillen.
Op verzoek van uw Kamer doe ik u tevens een Kamerbrief toekomen over het (inmiddels ingetrokken) voornemen om het salaris van de CEO van ING Groep N.V. te verhogen. In deze brief ga ik ook in op maatregelen die ik mede naar aanleiding daarvan overweeg te nemen. Voor ondernemingen als a.s.r. wordt daarbij gekeken naar de prikkels bij beloningen in aandelen en het vergroten van de verantwoordelijkheid van de sector door ondernemingen openbaar rekenschap te laten geven van de verhouding van het beloningsbeleid tot de maatschappelijke functie van de onderneming.
Door het bonusverbod voor staatsgesteunde ondernemingen was het a.s.r. sinds juli 2012 niet langer toegestaan om bestuurders een variabele beloning toe te kennen. Omdat de laatste aandelen a.s.r. in handen van de staat zijn verkocht, valt a.s.r. niet langer onder dit verbod. Wel moet a.s.r. rekening houden met het bonusplafond van ten hoogste 20% van de vaste beloning van die persoon op jaarbasis. Het is aan de rvc van a.s.r. en de nieuwe aandeelhouders om te beoordelen of een variabele beloning passend is. Daarbij moeten zij zich houden aan de wettelijke kaders en vind ik het belangrijk dat de rvc rekening houdt met de maatschappelijke functie van de onderneming.
In 2008 is a.s.r. in handen van de staat gekomen door de aankoop van Fortis/ABN AMRO Nederland. De aankoop van Fortis/ABN AMRO was op dat moment noodzakelijk om de stabiliteit van het Nederlandse financiële stelsel te garanderen. De overheid nam daarbij alle Nederlandse delen van het Fortis-concern over, waaronder a.s.r. Daarbij wil ik opmerken dat als a.s.r. indertijd (of nu) een zelfstandige verzekeraar geweest was, dan zou a.s.r. hoogstwaarschijnlijk geen staatsteun hebben ontvangen, omdat verzekeraars in beginsel niet systeemrelevant zijn.
De staat betaalde in 2008 3,65 mld. euro voor a.s.r. De extra rentelasten op de staatsschuld voor de aankoop van a.s.r. bedragen ongeveer 0,88 mld. euro. De totale verkoopopbrengst van de aandelen a.s.r. bedraagt 3,77 mld. euro. Daarnaast heeft de staat tussen 2008 en 2017 in totaal voor 0,63 mld. euro aan dividenden van a.s.r. ontvangen. Voor inzicht in de huidige financiële positie van a.s.r verwijs ik u naar het jaarverslag van a.s.r.
NLFI heeft samen met a.s.r. in het verkoopadvies van november 2015 voorgesteld om geen veranderingen in de remuneratie aan te brengen naar aanleiding van de beursintroductie. In het verkoopadvies is aangegeven dat het bonusverbod geldt totdat alle aandelen in a.s.r. zijn verkocht. Er zijn geen afspraken gemaakt over de beloning na volledige verzelfstandiging.
Zie antwoord vraag 10.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 7.
Zie antwoord vraag 7.
Zie antwoord vraag 7.