Ingediend | 17 januari 2018 |
---|---|
Beantwoord | 24 januari 2018 (na 7 dagen) |
Indiener | Fleur Agema (PVV) |
Beantwoord door | Hugo de Jonge (viceminister-president , minister volksgezondheid, welzijn en sport) (CDA) |
Onderwerpen | sociale zekerheid ziekte en arbeidsongeschiktheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2018Z00501.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-942.html |
Ja.
Voorop staat dat patiënten de zorg krijgen die nodig is en dat dit tijdig gebeurt. Dit volgt uit de zorgplicht van de zorgverzekeraar. Mensen die problemen ondervinden met de toegang tot wijkverpleegkundige zorg kunnen contact opnemen met hun verzekeraar. Wanneer deze niet met een oplossing komt, kunnen mensen dit melden bij de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).
De NZa kan handhavend optreden als blijkt dat een zorgverzekeraar onvoldoende uitvoering geeft aan zijn zorgplicht. Tot nu toe heeft de NZa geen signalen ontvangen dat dit het geval is.
Komend voorjaar komt de NZa met een nieuwe Monitor contractering wijkverpleging. Deze zal ik u met een reactie doen toekomen. Vooruitlopend daarop, en naar aanleiding van de drie moties van Agema en Gerbrands, Marijnissen en van der Staaij uit het dertigledendebat van 26 september 20172, heb ik de NZa verzocht om haar tussentijdse bevindingen te delen. De NZa heeft bevestigd geen signalen te hebben ontvangen dat zorgverzekeraars hun zorgplicht niet nakomen.
De meest recente cijfers van het Onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn geven een goed beeld van de totale opgave voor de arbeidsmarkt in de zorg. Deze hebben we u gestuurd met de Kamerbrief van 1 december 2017 (Kamerstuk 29 282, nr. 292). In mijn brief van 1 december (Kamerstuk 2982, nr. 292) en het algemeen overleg arbeidsmarkt op 7 december heb ik een zorgbrede arbeidsmarktaanpak toegezegd. Hiertoe is tevens de motie van het lid De Lange aangenomen (Kamerstuk 29 282, nr. 298). Ik heb toegezegd uw Kamer twee keer per jaar te informeren over de voortgang, in het voorjaar en in het najaar. In het voorjaar zal ik u een actueel beeld geven, uitgesplitst naar de verschillende branches en beroepen, waaronder de wijkverpleegkundige.
Voldoende goed opgeleid personeel is één van de belangrijkste opgaven voor goede zorg. Dit geldt ook zeker voor de wijk, waar steeds meer verpleegkundigen nodig zijn. Het tekort aan wijkverpleegkundigen staat niet op zichzelf. In mijn brief van 1 december (Kamerstuk 29 282, nr. 292) en het algemeen overleg arbeidsmarkt op 7 december heb ik voor dit voorjaar een zorgbrede arbeidsmarktaanpak toegezegd.
Ondertussen werken partijen op regionaal niveau aan regionale actieplannen gericht op het aantrekken, opleiden en behouden van zorgverleners. Ik ondersteun deze actieplannen met middelen voor op-, bij- en nascholing via SectorplanPlus. Er is reeds € 80 miljoen beschikbaar gesteld zodat zorginstellingen extra kunnen investeren in het aantrekken van nieuw personeel.
Ook is er meer geld beschikbaar voor de wijkverpleging. Vanaf 2015 groeit het budget voor de wijkverpleging jaarlijks. In 2018 is voor de wijkverpleging € 250 miljoen meer beschikbaar dan in 2017. Daarnaast is in 2018 € 1,6 miljoen beschikbaar voor de uitvoering van de ontwikkelagenda van de wijkverpleegkundigen bovenop de 1 miljoen die al eerder jaarlijks beschikbaar is gesteld voor richtlijnen. Verder wil ik in het voorjaar van dit jaar met partijen een nieuw hoofdlijnenakkoord voor de komende jaren afsluiten, waarin ook specifiek aandacht is voor de wijkverpleging.
Zie antwoord vraag 4.
Ja.