Ingediend | 5 december 2017 |
---|---|
Beantwoord | 19 januari 2018 (na 45 dagen) |
Indiener | Kees van der Staaij (SGP) |
Beantwoord door | Halbe Zijlstra (minister buitenlandse zaken) (VVD) |
Onderwerpen | bestuur organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2017Z17085.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-914.html |
Het kabinet is bekend met het bericht. Het betreft een resolutie van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) over Jeruzalem. Alle EU-lidstaten hebben deze resolutie gesteund. De resolutie is in lijn met de door de VN-Veiligheidsraad (VNVR) aangenomen resolutie 478 uit 1980. Die VNVR-resolutie werd destijds aangenomen, nadat het Israëlische parlement een zogenaamde «basic law» had goedgekeurd die bepaalde dat Jeruzalem de ondeelbare hoofdstad van Israël is. Het standpunt van de EU, zoals vastgelegd in Raadsconclusies, is om geen wijzigingen van de grenzen van 1967, inclusief met betrekking tot Jeruzalem, te accepteren tenzij overeengekomen tussen de partijen.
Voor een toelichting op de Nederlandse inzet en de stemposities van EU-lidstaten ten aanzien van het besluit onder het agendapunt «Occupied Palestine» in de Uitvoerende Raad van UNESCO van april-mei jl. verwijst het kabinet naar de beantwoording van Kamervragen van 11 mei 2017 over het bericht dat UNESCO een resolutie in stemming wil brengen waarin de soevereiniteit van Israël over West-Jeruzalem ontkend wordt (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2016–2017, nr. 1840).
Zie antwoord vraag 1.
De essentie van de resolutie heeft betrekking op de status van Jeruzalem, in lijn met VNVR-resolutie 478 en het EU-standpunt ten aanzien van de grenzen van 1967. Het niet-steunen van deze resolutie zou in de optiek van het kabinet en de EU als geheel niet in overeenstemming zijn met op het internationaal recht gebaseerde uitgangspunten van het beleid terzake. De resolutie bevat tevens een paragraaf over de heilige plaatsen in Jeruzalem. De EU heeft mede op aandringen van Nederland in een aangescherpte gezamenlijke stemverklaring de noodzaak benadrukt om in de formulering hiervan het belang van de heilige plaatsen voor de drie monotheïstische religies te bevestigen. Daarbij is aangegeven dat de toekomstige keuze van de formulering van invloed kan zijn op de gezamenlijke EU-steun voor de resolutie. De stempositie van de EU-lidstaten op de resolutie dient in samenhang met deze aangescherpte stemverklaring te worden gelezen. Voor een toelichting op de wijze van uitvoering van de betreffende motie Van der Staaij c.s. verwijst het kabinet naar de beantwoording van de schriftelijke vragen van de begrotingsbehandeling Buitenlandse Zaken 2018 (kenmerk 2017Z15450) en de beantwoording van de Kamervragen van de leden Voordewind, Ten Broeke en Van Helvert (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 915).
In de Mensenrechtenraad (MRR), UNESCO, de World Health Organisation (WHO), de AVVN en de Economische en Sociale Raad van de VN (ECOSOC) werden in 2017 resoluties aangenomen die betrekking hadden op de situatie in de door Israël sinds 1967 bezette gebieden. Overigens eindigt het tijdelijk lidmaatschap van Nederland van de MRR per 31 december 2017. Het tijdelijk lidmaatschap van Nederland van de Uitvoerende Raad van UNESCO is per 14 november 2017 geëindigd.
Bij de 34e sessie van de MRR in maart jl. betrof het de volgende resoluties en stemposities van Nederland:
Bij de Uitvoerende Raad van UNESCO, die tweemaal per jaar plaatsvindt, betrof het twee besluiten onder de respectievelijke agendapunten Occupied Palestine en Educational and cultural institutions in the occupied Arab territories. Bij de Uitvoerende Raad in het voorjaar stemde Nederland tegen het besluit onder het agendapunt Occupied Palestine. In de gezamenlijke stemverklaring met Duitsland, Litouwen en Griekenland werd onder meer opgeroepen om tot een technisch besluit te komen. Nederland stemde voor het besluit over Educational and cultural institutions in the occupied Arab territories. Bij de Uitvoerende Raad in het najaar werd bij consensus bepaald dat de beide besluiten zouden worden doorgeschoven naar de volgende Uitvoerende Raad in het voorjaar van 2018. Bij de jaarlijkse Algemene Vergadering van UNESCO in november jl. werden twee besluiten over Jerusalem en Educational and cultural institutions in the occupied Arab territoriesmet consensus aangenomen. In het Werelderfgoedcomité van UNESCO werd in juli jl. een besluit over Jeruzalem aangenomen, alsmede een besluit om de oude stad van Hebron via een spoedprocedure op de Werelderfgoedlijst te plaatsen aangenomen. Nederland is momenteel geen lid van dit comité. Het kabinet verwijst tevens naar de beantwoording van Kamervragen van 27 juli 2017 over het besluit van Unesco over de Oude Stad van Hebron (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2016–2017, nr. 2405).
Bij de jaarlijkse World Health Assembly in mei 2017 werd een besluit aangenomen over Health conditions in the occupied Palestinian territory, including East-Jerusalem, and in the occupied Syrian Golan. Nederland stemde voor dit besluit, inclusief een gezamenlijke stemverklaring met Duitsland, Oostenrijk, Cyprus, Tsjechië, Denemarken, Estland, Finland, Griekenland, Italië, Litouwen, Noorwegen, Polen en Slowakije. In de stemverklaring werd benadrukt dat WHO-besluiten van technische aard zouden moeten zijn, en dat de tekst in dat opzicht is verbeterd ten opzicht van eerdere jaren. Voorts worden Israël en de Palestijnen opgeroepen om constructief met elkaar samen te werken teneinde in de toekomst consensus te bereiken.
In de AVVN in november 2017 betrof het de volgende resoluties en stemposities:
In een EU-stemverklaring bij de bovengenoemde resoluties Peaceful settlement of the question of Palestine, Work of the Special Committee to investigate Israeli Practices Affecting the Human Rights of the Palestinian People and Other Arabs of the Occupied Territories en Permanent Sovereignty of the Palestinian People in the Occupied Palestinian Territory, including East-Jerusalem, and of the Arab population in the Occupied Syrian Golan over their natural resourcesheeft de EU met name duidelijk gemaakt dat zij zich niet uitspreekt over de juridische kwalificatie van enkele termen in de resolutie. Ook heeft de EU de noodzaak benadrukt om in de formulering het belang van de heilige plaatsen voor de drie monotheïstische religies te benadrukken, in lijn met de stemverklaring bij de resolutie Situation in the Middle-East: Jerusalem.
Naar aanleiding van de bekendmaking door de Amerikaanse president Trump dat de Verenigde Staten voortaan Jeruzalem erkent als hoofdstad van Israël, en zijn aankondiging dat de Amerikaanse ambassade zal worden verplaatst van Tel Aviv naar Jeruzalem, werd op 21 december jl. tijdens een speciale bijeenkomst van de AVVN een resolutie aangenomen over de status van Jeruzalem. Nederland stemde voor deze resolutie. Voor een toelichting verwijst het kabinet naar de Kamerbrief over het Amerikaanse besluit om Jeruzalem als hoofdstad van Israël te erkennen van 9 januari 2018.
In ECOSOC is in juli jl. een resolutie aangenomen, getiteldEconomic and social repercussions of the Israeli occupation on the living conditions of the Palestinian people in the Occupied Palestinian Territory, including East Jerusalem, and the Arab population in the occupied Syrian Golan. Nederland is momenteel geen lid van ECOSOC. Wel heeft Nederland deelgenomen aan EU-coördinatieoverleg, op grond waarvan de EU-lidstaten die momenteel lid zijn van ECOSOC voor de resolutie hebben gestemd. In de Commission on the Status of Women, die onder ECOSOC valt, is in maart jl. een resolutie aangenomen met als titel Situation of and Assistance to Palestinian women. Nederland is momenteel geen lid van deze commissie. Op grond van EU-coördinatieoverleg hebben de EU-lidstaten die momenteel zitting hebben in deze commissie zich onthouden van stemming op deze resolutie. In de EU-stemverklaring is benadrukt dat de EU van mening is dat de onderwerpen in de resolutie in AVVN-kader behandeld zouden moeten worden en dat de EU constructief met de Palestijnen wil samenwerken om deze resolutie uit te faseren.
Zie antwoord vraag 3.