Ingediend | 18 oktober 2017 |
---|---|
Beantwoord | 5 december 2017 (na 48 dagen) |
Indiener | Zihni Özdil (GL) |
Beantwoord door | Jet Bussemaker (PvdA) |
Onderwerpen | onderwijs en wetenschap organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2017Z13872.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-596.html |
Ja.
Ja, ik herken de inhoud van het rapport. Het jaarrapport van het Expertisecentrum handicap + studie, dat gemaakt is door het C.H.O.I., is gebaseerd op oordelen van studenten uit de Nationale Studenten Enquête (NSE) over 2016. Uit deze gegevens blijkt dat de tevredenheid van studenten met een functiebeperking in de afgelopen jaren is toegenomen en dat alle hogescholen en universiteiten in 2016 voldoende scoren op de voorzieningen voor deze studenten. Het doet mij deugd dat bij de studenten de waardering voor deze inspanningen is toegenomen.
Uit het rapport blijkt ook dat er verschil bestaat tussen de mate van tevredenheid op verschillende onderdelen van studeren met een functiebeperking. Gemiddeld is de tevredenheid over het begrip van docenten het hoogst en de tevredenheid over voorlichting het laagst. In de beleidsreactie op de studentenmonitor 2016 zijn deze verschillen ook benoemd en door mijn voorganger zijn maatregelen genomen om dit te verbeteren.2 Zo heeft Handicap + Studie samen met het ISO en de LSVb een infographic «Financieel slim studeren met een beperking» ontwikkeld over voorzieningen op financieel gebied voor studenten met een functiebeperking. Hogescholen en universiteiten zijn nadrukkelijk gevraagd studenten eenduidig en helder te informeren over de mogelijkheid tot ondersteuning uit het profileringsfonds.
Wanneer wordt ingezoomd op specifieke onderdelen, zoals het oordeel over de informatievoorziening en de begeleiding en aanpassingen in het onderwijs, scoren hogescholen en universiteiten gemiddeld voldoende. De mate van tevredenheid hierover is bij studenten in de afgelopen jaren toegenomen. Ik moedig de verbeteringen door de instellingen aan. Ook blijf ik de komende jaren de oordelen van studenten met een functiebeperking monitoren en bezie of de reeds ingezette verbeteringen voldoende resultaat blijven sorteren.
In het hoger onderwijs bestaat diversiteit tussen de instellingen en dat biedt de instellingen ruimte eigen beleid te ontwikkelen voor o.a. de studenten met een beperking. Dat is een groot goed want op deze manier is maatwerk mogelijk. Daar waar instellingen lager scoren geldt dat verbeteringen mogelijk en nodig zijn vooral als instellingen op deze onderdelen geen voldoende scoren. Verschillende hogescholen en universiteiten hebben reeds verbeteringen ingezet, op het gebied van voorlichting, intake en begeleiding maar studenten zijn hierover onvoldoende geïnformeerd. Verder zijn instellingen verplicht, met het profileringsfonds, ondersteuning te bieden aan studenten die studievertraging oplopen door bijzondere omstandigheden, zoals het hebben van een functiebeperking. De instelling is zelf verantwoordelijk voor de hoogte en de inrichting van het fonds. De medezeggenschap heeft instemmingsrecht op het laatste punt.
Studenten met een beperking kunnen bij de gemeente een individuele studietoeslag op grond van artikel 36b Participatiewet aanvragen. De gemeenteraden zijn gehouden in een gemeentelijke verordening nadere invulling aan de individuele studietoeslag te geven, waaronder de hoogte van de studietoeslag. Hiermee hebben de gemeenten de mogelijkheid om het beleid af te stemmen op de lokale omstandigheden en in te passen in het eigen re-integratie en armoedebeleid. Deze decentralisatie brengt – als gevolg van het lokale democratisch proces – met zich mee dat er verschillen kunnen zijn in de ondersteuning die een student uiteindelijk van een gemeente krijgt. Ik ben bereid in gesprek te gaan met VNG, VH, VSNU, Handicap + Studie, ISO en LSVB over de ondersteuning voor studenten met een functiebeperking.
Binnen een hogeschool of universiteit kan de student daarnaast een beroep doen op het profileringsfonds. Hiermee stelt de hogeschool of universiteit extra middelen beschikbaar voor studenten die studievertraging oplopen als gevolg van hun beperking. In het Regeerakkoord is voorzien in een intensivering van het profileringsfonds voor studenten met een functiebeperking. Verder hebben alle hogescholen en universiteiten recent een brief ontvangen met een richtlijn voor uitkeringen uit het profileringsfonds. Met de hogescholen en universiteiten is afgesproken dat zij in het jaarverslag rapporteren over de aard en de omvang van de vergoedingen uit het profileringsfonds.
Ik ben van mening dat de huidige bepalingen in de wet voor de gemeente en de instellingen voldoende kader bieden voor het uitkeren van een individuele studietoeslag en het verstrekken van middelen uit het profileringsfonds. Zie ook mijn antwoord bij vraag 4.
Zie mijn antwoord op vraag 2.
Ja, ik heb kennis genomen van de oproep. In het kader van de motie Bruins / Asante vinden op dit moment gesprekken plaats met studentendecanen, studenten en het Expertisecentrum handicap + studie over de motie en hun wens te komen tot een actieplan.5 Ik verwacht medio voorjaar 2018 uw Kamer over de uitwerking van de motie te kunnen informeren.
Ja
Op 18 oktober jongstleden heeft het lid Özdil (GroenLinks) van uw Kamer schriftelijke vragen gesteld over «Ondersteuning aan studenten met een functiebeperking». De beantwoording is binnen de gestelde termijn niet mogelijk, omdat de beantwoording van deze vragen meer tijd vergt en zij daarom niet binnen de gestelde termijn beantwoord kunnen worden. Ik zal de vragen van het lid Özdil zo snel mogelijk beantwoorden.