Ingediend | 12 juli 2017 |
---|---|
Beantwoord | 19 september 2017 (na 69 dagen) |
Indieners | Lilian Helder (PVV), Machiel de Graaf (PVV) |
Beantwoord door | Stef Blok (minister zonder portefeuille binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties, minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid politie, brandweer en hulpdiensten terrorisme |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2017Z10323.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20172018-5.html |
Ja.
Indien de aantallen in de berichtgeving betrekking hebben op de werkvoorraad in juni 2017: 3927 rechtshulpverzoeken en 5827 signaleringen is dit bericht juist. Voor de politie is er altijd meer werkaanbod dan capaciteit en dit betekent dat keuzes gemaakt moeten worden in zaken die met voorrang worden opgepakt en zaken die na een eerste beoordeling later worden behandeld. Verzoeken in het kader van terrorisme krijgen de hoogste prioriteit en worden direct opgepakt. Minder urgente en op kleinere misdrijven gerichte rechtshulpverzoeken en signaleringen variëren van verzoeken in verband met kleine hoeveelheden softdrugs, verkeersovertredingen, diefstal en bepaalde vermissingen.
Het LIRC kent momenteel een boven-formatieve bezetting. Binnen enkele teams is echter sprake van onderbezetting. Hiervoor zijn in de afgelopen periode 32 vacatures ingevuld. Naar verwachting zullen de resterende 8 vacatures uiterlijk begin 2018 zijn ingevuld. Momenteel wordt binnen het LIRC zoveel mogelijk steun verleend aan de tijdelijk onderbezette teams, in zoverre de specifieke kennis voorhanden is.
Voor informatie over de verdere stappen die gezet worden verwijs ik u naar de Kamerbrief over dit onderwerp die tegelijkertijd met deze antwoorden naar uw Kamer zal worden verzonden.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Bij het bepalen van het dreigingsniveau wordt gebruik gemaakt van (gerubriceerde) informatie van overheidsorganisaties belast met terrorismebestrijding alsmede van informatie uit openbaar toegankelijke bronnen. Dit is een zorgvuldig proces. Het dreigingsniveau wordt op een accurate wijze vastgesteld.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het leden Helder en De Graaf (beiden PVV) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht «Politiedienst slaat alarm: duizenden buitenlandse terreurtips genegeerd» (ingezonden 12 juli 2017) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.