Ingediend | 19 januari 2017 |
---|---|
Beantwoord | 23 februari 2017 (na 35 dagen) |
Indiener | Ahmed Marcouch (PvdA) |
Beantwoord door | Ard van der Steur (VVD), Lodewijk Asscher (viceminister-president , minister sociale zaken en werkgelegenheid) (PvdA) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid terrorisme |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2017Z00660.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-1262.html |
Ja.
Het onderzoek was het Kabinet, vooraf aan de berichtgeving hieromtrent, niet bekend en heeft geen invloed gehad op beleid. De onderzoekers in kwestie zijn niet betrokken bij ons beleid.
Zie antwoord vraag 2.
Het Openbaar Ministerie heeft aangegeven dat het geen kennis heeft van het gebruik van dit onderzoek door de verdediging in de rechtszaal. Het is aan de rechter om af te wegen hoeveel waarde het onderzoek in een rechtszaak heeft. Daar kan de Minister van Veiligheid en Justitie niet over oordelen. Dat geldt niet alleen voor dit onderzoek, maar voor elk onderzoek dat door het Openbaar Ministerie of door de verdediging wordt voorgelegd in een rechtszaak.
Zie antwoord vraag 4.
Zie antwoord vraag 4.
Het is aan het Openbaar Ministerie om te af te wegen welke informatie wordt gebruikt bij onderzoeken naar jihadgangers.
Nee, dat is voor het kabinet niet verifieerbaar.
Zoals in antwoord op vragen van de leden van de CDA-fractie (2017Z00567) is aangegeven, bestaat binnen de academische wereld een voortdurend wetenschappelijk debat, ook over onderzoek en methode. Zo organiseert de UvA een reflectie van een commissie van externe deskundigen op het betreffende onderzoek alsmede over dit type kwalitatief onderzoek in het algemeen naar moeilijk benaderbare doelgroepen. Deze reflectie heeft ook tot doel het wetenschappelijk debat over dit type onderzoek te stimuleren. Het is niet de rol van de overheid om uw Kamer daar over te informeren.
Hierbij bericht ik u, mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, dat de schriftelijke vragen van het lid Marcouch (PvdA) over een onderzoek naar Europese vrouwen in IS-gebied (ingezonden 19 januari 2017) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.