Ingediend | 1 december 2016 |
---|---|
Beantwoord | 23 december 2016 (na 22 dagen) |
Indiener | Steven van Weyenberg (D66) |
Beantwoord door | Lodewijk Asscher (viceminister-president , minister sociale zaken en werkgelegenheid) (PvdA) |
Onderwerpen | gezin en kinderen sociale zekerheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z22781.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-856.html |
Ja.
Het klopt dat een deel van de ouders die voor 2015 recht hadden op de TOG, hun kinderen opnieuw moeten laten indiceren door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Dit was nodig omdat de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) werd beëindigd. Omdat slechts een deel van de AWBZ-populatie onder de Wet langdurige zorg (Wlz) is komen te vallen is er een nieuw beoordelingskader geïntroduceerd dat recht geeft op dubbele kinderbijslag voor thuiswonende kinderen met een intensieve zorgbehoefte. Ik licht dit hieronder verder toe.
Per 1 januari 2015 is met de Wet hervorming kindregelingen de TOG opgenomen in de Algemene Kinderbijslagwet. In plaats van de TOG komen ouders met een thuiswonend ernstig gehandicapt kind in aanmerking voor dubbele kinderbijslag voor (een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen mate van) intensieve zorg. Dit is verder uitgewerkt in een ministeriële regeling. Voorheen had een ouder recht op TOG indien er een AWBZ-indicatie was voor 10 uur of meer AWBZ-zorg per week. In verband met de beëindiging van de AWBZ is er per 1 januari 2015 een nieuw beoordelingskader geïntroduceerd. Daarbij geldt dat voorheen TOG-gerechtigden met een indicatie voor 10 uur of meer AWBZ-zorg per week het recht houden op dubbele kinderbijslag tot het verloop van de geldigheidsdatum van de afgegeven indicatie. Indien de AWBZ-indicatie in 2015 verliep gold een overgangsrecht van een half jaar.
Om te bepalen of sprake is van intensieve zorg wint de SVB advies in bij het CIZ, zowel bij oude gevallen als bij nieuwe gevallen. Als het kind geen indicatie heeft in de zin van 24 uur per dag zorg in de nabijheid van het kind of permanent toezicht op grond van de Wlz, waarvoor zondermeer dubbele kinderbijslag voor het thuiswonende kind kan worden toegekend, beoordeelt het CIZ de zorgbehoefte van het kind op twee voorwaarden. Ten eerste dient het kind ernstig beperkt te zijn in het dagelijks functioneren als gevolg van een ziekte of stoornis van lichamelijke, verstandelijke, zintuiglijke of geestelijke aard. Deze voorwaarde vergt een objectief medische diagnose. Ten tweede dient de verzorging en oppassing van de ouders in ernstige mate te worden verzwaard ten opzichte van gezonde kinderen. De beoordeling vindt plaats op de items lichaamshygiëne, zindelijkheid, eten en drinken, mobiliteit, medische verzorging, gedrag, communicatie, alleen thuis zijn, begeleiding buitenshuis en bezighouden, en handreikingen. Op ieder item kan één punt door het CIZ worden toegekend. Er wordt een punt toegekend indien er sprake is van een zware zorgbehoefte op het gebied van dat item. Zo wordt een punt toegekend op het item «eten en drinken» wanneer het kind bijvoorbeeld sondevoeding krijgt.
De aanvrager dient een medisch vragenformulier in te vullen, zodat de zorgbehoefte zorgvuldig onderzocht kan worden. Ouders hebben de ruimte om in dit formulier de situatie toe te lichten.
De leeftijd van het kind speelt ook een rol bij de beoordeling op de items en bij het benodigde minimaal aantal punten voor een positief advies. Omdat jonge kinderen in het algemeen meer verzorging nodig hebben dan oudere kinderen, is het minimum aantal punten dat vereist is, wil er sprake zijn van intensieve zorg, afhankelijk van de leeftijd.
Via de twee brieven die ik door tussenkomst van Kamerleden heb ontvangen ben ik ermee bekend dat ouders van autistische kinderen, die voorheen wel in aanmerking kwamen voor de TOG, soms geen recht hebben op dubbele kinderbijslag. Ik zal op deze brieven reageren.
Zie hiervoor ook het antwoord op vraag 2.
Op basis van een analyse van het CIZ over de eerste drie kwartalen van 2016 blijkt dat adviesaanvragen voor kinderen met autisme (70–75% kinderen met autisme krijgt een positieve indicatie) vergeleken met de totale omvang van de groep kinderen waarvoor dubbele kinderbijslag vanwege intensieve zorg door het CIZ een advies wordt afgegeven (69% van de nieuwe aanvragen en her-indicaties krijgt een positief advies), niet vaker worden afgewezen voor dubbele kinderbijslag. Wel kan het zijn dat voor een kind waarvoor voorheen recht op TOG bestond geen recht op dubbele kinderbijslag bestaat, omdat de zorgbehoefte bijvoorbeeld door de jaren heen is veranderd.
Ik acht de criteria goed toepasbaar voor alle doelgroepen.
Een medische diagnose voor een aandoening leidt niet één op één tot intensieve zorg. Om te beoordelen of er sprake is van een intensieve zorgbehoefte wordt de zorgbehoefte op twee terreinen beoordeeld, namelijk: verzorging en oppassing, zoals beschreven in het antwoord op vraag 2.
Het beoordelingskader is eind 2015 door middel van een interne expertmeeting door het CIZ geëvalueerd. Daarbij is ook gekeken naar de verschillende doelgroepen. Ik acht de criteria dan ook houdbaar.
Op basis van voorgaande beantwoording zie ik op dit moment geen aanleiding om het huidige beoordelingskader te herzien. Of de scores voldoende rekening houden met de verschillende soorten aandoeningen wordt periodiek door het CIZ geëvalueerd.
Het CIZ brengt een positief of een negatief advies uit aan de SVB. Ouders worden bij een negatief advies door het CIZ telefonisch geïnformeerd. Hiertoe worden een aantal pogingen gedaan. Tijdens dit telefoongesprek hebben ouders de mogelijkheid vragen te stellen over het advies van het CIZ, waarbij het CIZ een toelichting geeft op het advies. De SVB stuurt vervolgens op basis van het advies van het CIZ een beschikking aan de ouder(s).
Ik ben van mening dat ouders door middel van de telefonische toelichting door het CIZ voldoende worden geïnformeerd.
Ouders kunnen bezwaar maken tegen de beschikking van de SVB. Deze beschikking is gebaseerd op het advies van het CIZ. Indien een ouder het niet eens is met de beschikking kan de ouder in bezwaar gaan bij de SVB. In alle gevallen waarbij sprake is van bezwaar tegen een negatieve beschikking wordt door de SVB een nieuwe adviesaanvraag bij het CIZ ingediend. In het tweede kwartaal van 2016 zijn er in totaal 146 bezwaren ingediend bij de SVB. In 75 gevallen heeft het CIZ alsnog een positief advies uitgebracht. Het CIZ geeft aan dat een van de verklaringen hiervoor kan zijn dat ouders in de bezwaarfase alsnog (nieuwe) informatie aanleveren. Indien uit onderzoek niet duidelijk blijkt dat er een positief advies gegeven kan worden, wordt een hoorzitting georganiseerd door de SVB. Het CIZ is bij de hoorzitting aanwezig om een toelichting te geven op de medische afweging die heeft geleid tot het advies.
Wanneer een ouder een klacht meldt bij de SVB en dit over de (medische) advisering gaat, dan neemt de SVB contact op met het CIZ. Afhankelijk van de aard van de klacht wordt er door het CIZ contact opgenomen met de klant.
In 2014 waren er 23.535 kinderen1 waarvoor recht op TOG bestond. Over het tweede kwartaal van 2016 werd voor 23.678 thuiswonende kinderen dubbele kinderbijslag wegens intensieve zorg uitbetaald. Tussenliggende perioden laten ongeveer vergelijkbare aantallen zien. Het totale aantal kinderen waarvoor dubbele kinderbijslag vanwege intensieve zorg wordt uitbetaald is dus nagenoeg gelijk gebleven.
Ik deel deze mening niet. Ouders van kinderen met psychiatrische aandoeningen komen evenals ouders van kinderen met andere aandoeningen, wanneer sprake is van intensieve zorg, in aanmerking voor dubbele kinderbijslag. Het is onvermijdelijk dat ouders die eerst voldeden aan de criteria voor de TOG na een beoordeling op basis van het nieuwe beoordelingskader worden afgewezen voor dubbele kinderbijslag, financiële gevolgen ondervinden. Dit geldt ook voor andere ouders die niet in aanmerking komen voor dubbele kinderbijslag wegens intensieve zorg op grond van het nieuwe beoordelingskader.