Ingediend | 23 november 2016 |
---|---|
Beantwoord | 20 december 2016 (na 27 dagen) |
Indieners | John Kerstens (PvdA), Astrid Oosenbrug (PvdA) |
Beantwoord door | Ronald Plasterk (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (PvdA), Jetta Klijnsma (staatssecretaris sociale zaken en werkgelegenheid) (PvdA) |
Onderwerpen | organisatie en beleid sociale zekerheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z21954.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-813.html |
Ja.
Ik hecht er aan te benadrukken dat wat er is voorgevallen buitengewoon ongelukkig is voor alle betrokkenen en dat betreur ik. Een kwaadwillende zou misbruik kunnen maken van gegevens. Het risico is klein, maar misbruik van persoonsgegevens valt niet uit te sluiten.
Volgens de definitie die de Autoriteit Persoonsgegeven hanteert is er sprake van een datalek als zich een beveiligingsincident heeft voorgedaan waarbij persoonsgegevens verloren zijn gegaan of onrechtmatige verwerking van persoonsgegevens redelijkerwijs niet kan worden uitgesloten. De vier gemeenten waar Werkplein Ability voor werkt, de gemeenten Bedum, De Marne, Winsum en Eemsmond, hebben naar eigen zeggen het incident gemeld bij de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) en zijn daarmee van mening dat het in dit incident om een datalek gaat. De Autoriteit Persoonsgegevens doet geen mededelingen over eventuele onderzoeken.
Vanaf 1 januari 2016 zijn ook gemeenten verplicht om datalekken te melden bij de AP. Ik heb dan ook niet de beschikking over de exacte cijfers van de AP over datalekken in het sociale domein. In een interview van 7 oktober jongstleden met NU.nl verklaart de voorzitter van de AP Aleid Wolfsen dat er sinds de invoering van de meldplicht datalekken op 1 januari 2016, tot de datum van het interview bijna 4.000 meldingen zijn geregistreerd bij de AP2. Ongeveer 10% van die meldingen is afkomstig van een gemeente. Jaarlijks rapporteert de AP in het jaarverslag, maar de AP doet geen mededelingen over eventuele (lopende) onderzoeken.
Ja.
Vanzelfsprekend is elke datalek er één te veel, zeker als het persoonsgegevens betreft en is zorgvuldigheid geboden. Het is een goede zaak dat gemeenten melden aan de AP. De gemeenten hebben de BIG als normenkader voor informatiebeveiliging waarbij gestructureerd wordt aangegeven wat de doelstellingen van de technische, organisatorische en fysieke beveiligingsmaatregelen zijn. Implementatie verschilt per situatie en is een continu proces van plannen, uitvoeren, controleren en bijstellen. Elke gemeente blijft afzonderlijk verantwoordelijk voor de eigen informatiebeveiliging. De VNG heeft er bij gemeenten op aangedrongen extra aandacht te besteden aan informatiebeveiliging in samenwerkingsverbanden, vooral waar het een samenwerking met ketenpartners betreft. De VNG biedt hiervoor praktische handreikingen zoals de handreiking informatieveiligheid en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Daarbij biedt de Informatie Beveiligingsdienst (IBD) van de VNG/KING verdere ondersteuning door middel van preventie en preventieadvies, incidentcoördinatie en kennisdeling.
Alle organisaties zijn zelf verantwoordelijk voor het beveiligen van de door hen gebruikte informatiesystemen. Het gaat juist om de combinatie van mens en systeem. Uit mijn contact met de IBD blijkt dat een groot deel van datalekken bij gemeenten voortkomen uit menselijke fouten. De IBD wijst gemeenten op maatregelen die hiertegen kunnen worden genomen. Ook werken gemeenten en samenwerkingsverbanden samen met VNG en KING aan het verbeteren van de veiligheid, gebruiksvriendelijkheid en interoperabiliteit van hun ICT-systemen. Behalve de BIG helpt het Gemeentelijk Model Architectuur (GEMMA), de landelijke referentiearchitectuur voor gemeenten. GEMMA helpt gemeenten en ketenpartners om (ICT-)ontwikkelingen in samenhang aan te sturen en aan te sluiten op landelijke voorzieningen. Ook zijn de Gemeentelijke Inkoopvoorwaarden Bij IT (GIBIT) ontwikkeld, die dit najaar van kracht zijn geworden en gemeenten en gemeentelijke samenwerkingsverbanden verder ondersteunen in het formuleren van passende en effectieve voorwaarden voor de levering, het gebruik en het onderhoud van IT-middelen, waaronder software en daarbij geldende (open) standaarden naar de verschillende leveranciers.
Gemeenten zijn, net als alle andere organisaties, ieder voor zich verantwoordelijk voor het toepassen van en voldoen aan de eisen van de komende Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Uitgangspunt is dat eenieder, gemeenten en de leveranciers, op het tijdstip dat de verordening van kracht wordt voldoet aan de gestelde normen. Waar nodig worden de komende tijd werkwijzen, afspraken en producten aangepast om aan de nieuwe regels te voldoen. Gemeenten hebben daar een aantal mogelijkheden voor, zoals privacy by design en impactanalyses en uitvoeringstoetsen. Met privacy by design kunnen organisaties daarnaast tijdens de ontwikkeling van producten en diensten zoals informatiesystemen al rekening houden met privacyverhogende maatregelen om verantwoorde en zorgvuldige omgang met persoonsgegevens technisch af te dwingen. Ook het uitvragen of laten uitvoeren van impactanalyses en uitvoeringstoetsen voor het gemeentelijk domein behoort tot de mogelijkheden. Gemeenten kunnen zich een beeld vormen over wat er op ze af gaat komen. Er hebben mij geen signalen bereikt dat gemeenten en de leveranciers niet aan de gestelde normen kunnen voldoen wanneer de verordening van kracht wordt.
Toenemende digitalisering, ketensamenwerking en nieuwe regelgeving maken het noodzakelijk om continu te werken aan kennisopbouw op het gebied van bescherming van de privacy. Hierbij worden gemeenten onder andere ondersteund door VNG en KING. In samenspraak met de gemeenten heeft de VNG een position paper privacy opgesteld met actiepunten. Deze actiepunten worden door de VNG en KING uitgewerkt tot een beleids- en ondersteuningsprogramma. Ook de IBD speelt daarbij een rol met het ontwikkelen van operationele kennisproducten waaronder de leaflet over meldplicht. VNG en KING ondersteunen de gemeenten met de invoering van de AVG en de inrichting van de functie van Functionaris Gegevensbescherming die gemeenten, al dan niet in samenwerking met andere gemeenten, verplicht moeten aanstellen. Hiervoor worden gerichte (netwerk)bijeenkomsten georganiseerd en producten, waaronder handreikingen en opleidingen, ontwikkeld. Deze kennisopbouw wordt, waar relevant, specifiek gericht op verschillende beleidsdomeinen, waaronder het sociaal domein.