Ingediend | 10 oktober 2016 |
---|---|
Beantwoord | 11 november 2016 (na 32 dagen) |
Indiener | Rik Grashoff (GL) |
Beantwoord door | Jet Bussemaker (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (PvdA) |
Onderwerpen | beroepsonderwijs onderwijs en wetenschap organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z18560.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20162017-500.html |
Ja, ik ben bekend met de identiteitsverklaring van het Hoornbeeck College.
Door ondertekening van de identiteitsverklaring, onderschrijft een aspirant-student de grondslag van de instelling. Sinds de inwerkingtreding van de WEB mag aan alle aspirant-studenten worden gevraagd dat zij de grondslag van de instelling respecteren. Tot de inwerkingtreding van de Wet doelmatige leerwegen2, konden instellingen studenten op niveau 3 en 4 daarenboven vragen de grondslag te onderschrijven. Het Hoornbeeck College kon aan deze studenten vragen de identiteitsverklaring te ondertekenen. Slechts een zeer gering aantal instellingen maakt gebruik van deze mogelijkheid; dit heeft te verwaarlozen gevolgen voor de toegankelijkheid van het mbo. Bij genoemde wetswijziging is de mogelijkheid dat van een student op niveau 3 en 4 gevraagd kan worden de grondslag te onderschrijven, onbedoeld vervallen. Voor alle niveaus kon door de instellingen alleen worden gevraagd de grondslag te respecteren. Met de Wet vroegtijdige aanmelddatum voor en toelatingsrecht tot het beroepsonderwijs3 wordt dit hersteld, met ingang van 1 augustus 2017.
Aangezien het bij de inwerkingtreding nooit de bedoeling is geweest om de lang bestaande praktijk dat van een aspirant-student op niveau 3 of 4 mag worden gevraagd de grondslag te onderschrijven te wijzigen, is aan het Hoornbeeck College niet gevraagd de bestaande praktijk tijdelijk te veranderen.
Een aspirant-student die niet wordt toegelaten tot een mbo-opleiding omdat hij of zij de identiteitsverklaring niet ondertekent, kan tegen deze beslissing een klacht indienen bij de klachtencommissie van het Hoornbeeck College. Ook kan een aspirant-student het besluit van het Hoornbeeck College voorleggen aan de rechter. Ik heb geen betrokkenheid bij individuele weigeringen.
Mocht ik na 1 augustus 2017 – als de onbedoelde wetswijziging is hersteld met de Wet vroegtijdige aanmelddatum voor en toelatingsrecht tot het beroepsonderwijs – signalen ontvangen dat het toelatingsbeleid van het Hoornbeeck College in de praktijk niet in overeenstemming is met de wet, dan kan ik de inspectie vragen hier onderzoek naar te doen en, indien nodig, van het Hoornbeeck College verlangen dat hij het toelatingsbeleid in overeenstemming brengt met de wet.