Kamervraag 2016Z02355

Het bericht 'Syrian refugees in Turkish garment supply chains: An analysis of company action to address serious exploitation'

Ingediend 4 februari 2016
Beantwoord 3 maart 2016 (na 28 dagen)
Indiener Roelof van Laar (PvdA)
Beantwoord door Lilianne Ploumen (minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (PvdA)
Onderwerpen internationaal organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2016Z02355.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20152016-1690.html
  • Vraag 1
    Heeft u kennisgenomen van het bericht «Syrian refugees in Turkish garment supply chains: An analysis of company action to address serious exploitation», de bijbehorende briefing en de antwoorden van bedrijven op de website van het Business & Human Rights Resource Centre?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Deelt u de zorgen over het gebrek aan actie van bedrijven om te voorkomen dat er Syrische vluchtelingen worden uitgebuit in de Turkse textielindustrie?

    Op grond van de OESO-richtlijnen verwacht het kabinet van bedrijven dat zij zich inspannen voor naleving van arbeidsrechten in de toeleveringsketen. Nu er signalen zijn dat Syrische vluchtelingen in de Turkse textielindustrie worden uitgebuit, verwacht het kabinet dat afnemers hun toeleveringsketen in Turkije onderzoeken. Fair Wear Foundation (FWF) en de Ethical Trading Initiative (ETI) hebben zich hiervoor recentelijk al ingespannen, samen met een groot aantal modemerken, en hebben hierover met de Turkse overheid gesproken. Het kabinet heeft er waardering voor dat FWF en ETI via hun leden decent work onder Syrische vluchtelingen bevorderen.

  • Vraag 3
    Hoe beoordeelt u de situatie dat Syrische kinderen nu in de Turkse textielindustrie werken en onze betaalbare kleding maken?2

    Kinderen horen op school en niet in een textielfabriek. Helaas is er voor Syrische kinderen nu nog gebrek aan onderwijs in de Arabische taal in Turkije. De Turkse regering zet zich er voor in om meer onderwijs te verzorgen voor deze kinderen. Het kabinet waardeert deze inspanningen. De EU draagt hieraan bij met fondsen uit de zogeheten Turkey Refugee Facilitywaaruit onder meer projecten op dit terrein kunnen worden gefinancierd.

  • Vraag 4
    Op welke manier krijgt het beschermen van Syrische vluchtelingen tegen uitbuiting een plek in de afspraken die met Turkije worden gemaakt over de opvang van Syrische vluchtelingen?

    Het kabinet is positief over de recente aanname van regelgeving in Turkije waardoor Syrische vluchtelingen een werkvergunning kunnen aanvragen vanaf zes maanden nadat ze hun identiteitskaart hebben ontvangen. Ze hebben daarbij recht op hetzelfde minimumloon als Turkse werknemers. Dit past in de afspraken die met Turkije zijn gemaakt in het kader van het EU-Turkije Actieplan dat onder meer ten doel heeft steun te geven aan de Syrische gemeenschappen die onder het Turkse tijdelijke beschermingsregime vallen.
    Verder wil het kabinet een sociale component opnemen over decent work in de Associatieverdragen met Turkije, Libanon en Jordanië.

  • Vraag 5
    Bent u bereid om na te gaan of de Nederlandse textielbedrijven die niet in dit onderzoek betrokken zijn hun beleid wel op orde hebben en de Kamer te informeren over de resultaten van uw onderzoek?

    Het kabinet ziet weinig in het zelf uitvoeren van een dergelijk onderzoek. De Nederlandse textielbedrijven die in Turkije produceren zijn zich goed bewust van de situatie rondom Syrische vluchtelingen in Turkije. Via één van hun brancheorganisaties hebben zij enkele maanden geleden bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken advies gevraagd over deze situatie. Het Nederlandse Consulaat-Generaal in Istanbul heeft hen van informatie voorzien. Sindsdien zien de Nederlandse textielbedrijven extra erop toe dat de tewerkstelling van Syrische vluchtelingen voldoet aan de Turkse regels voor tewerkstelling en daarbij horende arbeids- en veiligheidsnormen.
    Verder is de problematiek van minderjarige Syrische vluchtelingen toegevoegd aan het onderzoek naar kinderarbeid in de textielketen in Turkije dat in het kader van het Plan van Aanpak Verduurzaming Nederlandse textiel- en kledingsector in samenwerking met Stop Kinderarbeid, Unicef, de Fair Labor Association en de Turkse NGO Development Workshop wordt uitgevoerd.

  • Vraag 6
    Wat gaat u ondernemen om textielbedrijven die steken laten vallen aan te spreken op hun verantwoordelijkheid en hun mogelijkheid om dit te veranderen?

    Op dit moment wordt er, op initiatief van de sector, onderhandeld over een Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen-convenant voor de Nederlandse textiel- en kledingsector. Het tegengaan van kinderarbeid is één van de onderwerpen waarover afspraken worden gemaakt. Het kabinet verwacht van de sector dat dit convenant ertoe leidt dat kinderarbeid daadwerkelijk wordt aangepakt.

  • Vraag 7
    Wanneer start het Fonds tegen Kinderarbeid, dat het voor bedrijven aantrekkelijker maakt om te investeren in het bestrijden van kinderarbeid?

    Op dit moment worden de opties uitgewerkt om dit fonds operationeel te maken. Hiervoor worden gesprekken gevoerd met verschillende partijen.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2016Z02355
Volledige titel: Het bericht 'Syrian refugees in Turkish garment supply chains: An analysis of company action to address serious exploitation'
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20152016-1690
Volledige titel: Antwoord op vragen van het lid Van Laar over het bericht Syrian refugees in Turkish garment supply chains: An analysis of company action to address serious exploitation