Ingediend | 8 september 2015 |
---|---|
Beantwoord | 5 oktober 2015 (na 27 dagen) |
Indiener | Louis Bontes (GrBvK) |
Beantwoord door | Ard van der Steur (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | criminaliteit openbare orde en veiligheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z15991.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20152016-192.html |
Ja.
Met betrekking tot relaties tussen personeel van DJI, of door het Rijk ingehuurd personeel, met gedetineerden heeft het personeel een meldingsplicht. Vervolgens worden passende maatregelen genomen om (de schijn van) belangenverstrengeling te voorkomen. Dat is ook in het geval van de betreffende psychotherapeut gebeurd. Met haar zijn afspraken gemaakt over het uitvoeren van haar werkzaamheden in verband met deze ex-relatie. Zo is afgesproken dat zij geen pro Justitia-rapportages meer verricht in die delen van het land waar ook haar ex-man verblijft en geen onderzoeken verricht in de PI waar hij zich bevindt. Deze transparantie in combinatie met de genomen voorzorgsmaatregelen bieden voldoende garantie voor haar professionaliteit en integriteit.
Op grond van bovengenoemde voorzorgsmaatregelen wordt (de schijn van) belangenverstrengeling voorkomen. De professionaliteit van de betreffende psychotherapeute staat niet ter discussie. Zij kan haar werkzaamheden adequaat uitvoeren.
De betreffende psychotherapeute is niet in dienst van het NIFP maar werkzaam als freelance rapporteur. Zij had al een relatie met haar ex-man voordat deze het delict pleegde.
De betrokkene heeft het plegen van het delict door haar ex-man zelf gemeld (conform de gedragscode van het Nationaal Register Gerechtelijk Deskundigen (NRGD) en conform de geldende regels. De psychotherapeute houdt zich daarmee aan de gemaakte afspraken. De combinatie van de genomen voorzorgsmaatregelen en de professionaliteit van de psychotherapeute vormen voor het NIFP geen reden de samenwerking te beëindigen.
Het NRGD toetst de vakbekwaamheid van de gerechtelijke deskundigen conform de geldende richtlijnen. De psychotherapeute heeft voldaan aan deze richtlijnen.
Psychologen werken tevens volgens de beroepscode van het Nederlands Instituut voor Psychologen (NIP) die zich richt op de relatie met de patiënt/onderzochte. Hierin staat dat psychologen onafhankelijk en objectief moeten kunnen optreden. Zij houden professionele en niet-professionele rollen strikt gescheiden, zodat die elkaar niet kunnen beïnvloeden. Dit om te zorgen dat zij een professionele afstand tot de betrokkene(n) bewaren en de belangen van de betrokkene niet schaden. De vakbekwaamheid van de betreffende psychotherapeute heeft nooit ter discussie gestaan.
Het NIFP heeft de rapporteur bemiddeld die de ex-man van de psychotherapeute heeft onderzocht. De psychotherapeute is hierover niet geïnformeerd. Ook de onderzoeker van haar ex-man is onderworpen aan de richtlijnen van het NRGD en de beroepscode van het NIP.
Zie het antwoord op vraag 2.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Bontes (Groep Bontes/Van Klaveren) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht «Alarm om relatie psychotherapeute met gedetineerde» (ingezonden 8 september 2015) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.