Ingediend | 24 juni 2015 |
---|---|
Beantwoord | 5 augustus 2015 (na 42 dagen) |
Indiener | Magda Berndsen (D66) |
Beantwoord door | Ard van der Steur (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z12286.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-3017.html |
Ja.
Op grond van artikel 11a Opiumwet is het onder meer strafbaar om voorwerpen te koop aan te bieden waarvan men weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat die voorwerpen bestemd zijn om de in artikel 11, lid 3 en 5, Opiumwet genoemde strafbare feiten mee te plegen.
Domeinen Roerende Zaken (DRZ) heeft op 8 april 2015, drie transformatoren en een (kweek)tent ter verkoop aangemeld bij BVA Auctions (veilinghuis BVA). Deze voorwerpen zijn strafrechtelijk in beslag genomen. Op 18 mei 2015 is door DRZ het aanbod tot de verkoop van deze vier voorwerpen teruggetrokken, omdat over het hoofd was gezien dat het aanbod niet verenigbaar was met het nieuwe artikel 11a van de Opiumwet. Op dezelfde dag zijn ook de links op de website van Veilinghuis BVA verwijderd. Het gebruik van een zoekmachine op internet blijft in dat geval als zoekresultaat een link naar de website van het veilinghuis opleveren, die echter niet feitelijk naar de voorwerpen doorverwijst. Daardoor leek het alsof deze vier voorwerpen ter verkoop werden aangeboden. De aanvankelijke aanmelding tot verkoop van deze vier voorwerpen betrof een incidentele vergissing. Inmiddels heeft DRZ de controlemechanismen nogmaals doorgenomen en aangescherpt om herhaling te voorkomen.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
DRZ heeft op 18 juni 2015 met machtiging een dompelpomp ter verkoop aangeboden. Anders dan vragensteller veronderstelt is deze pomp niet in beslag genomen omdat de verkoop ervan in strijd zou zijn met de Opiumwet, maar omdat deze te koop werd aangeboden terwijl hij van diefstal afkomstig was.
Zie antwoord vraag 2.
Het is niet verboden om een voorwerp dat strafrechtelijk in beslag is genomen en dat niet voor onttrekking aan het verkeer in aanmerking komt, vervolgens via DRZ te verkopen of ter verkoop aan te bieden. Daarbij dient er wel telkens op te worden gelet dat binnen de grenzen van de wet wordt gehandeld.
Kort na de inwerkingtreding op 1 maart 2015 van artikel 11a Opiumwet is er door het Openbaar Ministerie voor gekozen om voorwerpen die in beslag worden genomen bij hennepkwekerijen of growshops standaard te laten vernietigen en niet door DRZ te laten verkopen. Vanuit het perspectief van rechtszekerheid acht ik dit voldoende duidelijk.
Zie antwoord vraag 8.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Berndsen-Jansen (D66) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht dat de overheid zelf materiaal voor het kweken van hennep bij een veiling heeft aangeboden (ingezonden 24 juni 2015 2015) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.