Kamervraag 2015Z11977

Het artikel ‘Verplichte opgraving na nieuwjaarsbrand Alkmaar kost modezaak 60.000 euro’

Ingediend 22 juni 2015
Beantwoord 6 juli 2015 (na 14 dagen)
Indieners Rudmer Heerema (VVD), Michiel van Veen (VVD)
Beantwoord door Jet Bussemaker (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (PvdA)
Onderwerpen openbare orde en veiligheid organisatie en beleid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z11977.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-2806.html
  • Vraag 1
    Bent u bekend met het bericht «Verplichte opgraving na nieuwjaarsbrand Alkmaar kost modezaak 60.000 euro»?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Hoe beoordeelt u de stelling van de eigenaar van de modezaak dat er in deze situatie sprake is van «absurde wetgeving»?

    Het probleem dat de eigenaar van de modezaak ervaart is reëel, maar wordt niet veroorzaakt door de wet. Doordat het uitgangspunt van de regelgeving is dat de integrale besluitvorming over het wel of niet verrichten van archeologisch onderzoek bij gemeenten ligt, biedt de wet veel ruimte voor lokaal maatwerk, ook als het gaat om het beperken van de gevolgen voor betrokken partijen.
    Zo zijn er tal van mogelijkheden voor gemeenten om de kosten voor archeologisch onderzoek zo laag mogelijk te houden. Deze variëren van een lokaal calamiteitenfonds, de aanpassing van plannen zodanig dat archeologie in de grond kan blijven, tot de inzet van de gemeentelijke archeoloog. De Kamer heeft in mei 20132 een publicatie ontvangen met praktijkvoorbeelden. De gemeenten ontvangen sinds 2007 structureel € 6,35 miljoen euro bestuurslastenvergoeding en vanaf 2008 structureel € 1,25 miljoen extra tegemoetkoming excessieve kosten archeologie in het gemeentefonds. Het aanleggen van een kleine reserve voor uitzonderlijke gevallen is dus in principe binnen iedere gemeente mogelijk.
    Ook de gemeente Alkmaar heeft zich ingespannen om in dit geval de kosten voor archeologisch onderzoek zo laag mogelijk te houden. De gemeente betaalt in totaal de helft van de kosten. Dat de kosten alsnog aanzienlijk zijn, komt door de keuze voor een volledige opgraving (zie antwoord 3) en door het feit dat de verzekeraar deze kosten niet rekent tot de kosten voor herbouw.
    Archeologisch onderzoek is overigens maar een van de extra kosten die kunnen optreden bij een bouwproject. Andere voorbeelden zijn asbestsanering of bodemsanering. In de Omgevingswet komt dit bij elkaar en zal de archeologie een integraal onderdeel van de ruimtelijke besluitvorming worden.

  • Vraag 3
    Is de verplichting in de wet voor archeologisch onderzoek bij bouw ook bedoeld voor herbouw na brand of calamiteit?

    De wet heeft betrekking op bodemverstoringen in algemene zin, ongeacht hun oorzaak. De wet bevat nadrukkelijk geen verplichting tot het doen van archeologisch onderzoek, maar gaat uit van een systematiek waarin door de betrokken gemeente het archeologisch belang wordt afgewogen tegen andere belangen. Het maken van deze afweging is verplicht, niet het doen van onderzoek. Gemeenten maken hun afweging op basis van trapsgewijs verkregen informatie. Indien achtereenvolgens bureauonderzoek, proefboringen of proefsleuven geen aanleiding geven tot verder onderzoek, dan blijft het daarbij. Als het vooronderzoek aantoont dat er wel sprake is van een plek met archeologische resten dan zijn er vier opties:
    Vanwege de locatie van het afgebrande pand (in het historische centrum) en vanwege eerdere naburige opgravingen heeft de gemeente Alkmaar gekozen voor optie 2.

  • Vraag 4
    Heeft u eerder signalen ontvangen waaruit blijkt dat ondernemers veel extra geld kwijt zijn aan archeologisch bodemonderzoek bij herbouw na brand of een andere calamiteit? Zo ja, welke signalen?

    Nee, die signalen heb ik niet ontvangen.

  • Vraag 5
    Op welke wijze had de eigenaar/ondernemer archeologische meerkosten kunnen voorkomen bij de herbouw van zijn afgebrande pand?

    De eigenaar had beroep kunnen aantekenen tegen het besluit van de gemeente dat hij archeologisch onderzoek moest laten uitvoeren. Ook had hij een verzoek tot vergoeding van de kosten daarvan kunnen indienen op grond van het huidige artikel 4.2 van de Wabo. Navraag bij de gemeente Alkmaar leerde dat hij beide niet heeft gedaan, omdat hij vreesde dan niet binnen de door de verzekeraar vereiste termijn voor heropening van zijn winkel te zullen blijven.

  • Vraag 6
    Zijn er verzekeringen die het archeologisch bodemonderzoek bij grote schade die buiten de schuld van de eigenaar ontstaat, bijvoorbeeld na brand, vergoeden?

    Ik heb geen overzicht over welke verzekeraars wel en niet archeologisch bodemonderzoek bij herbouw na brand of andere calamiteit vergoeden. Ik vind dit echter wel een belangrijke kwestie en heb de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed daarom gevraagd een verkenning uit te voeren naar de handelwijze van verzekeraars in deze gevallen en mij hier voor 31 december 2015 over te rapporteren.

  • Vraag 7
    In hoeverre is er volgens u sprake van grondverstoring, wanneer gebouwd wordt op een al eerder bebouwde locatie? Kunt u bevestigen dat men in de gemeentelijke verordening uitgaat van een diepte van 20 cm bij een oppervlakte van 25 m2 (uitpandig gemeten vanaf het maaiveld, inpandig gemeten vanaf de top van de vloer)? Zijn dit uitgangspunten die ook in landelijke wetgeving verankerd zijn?

    In het geval van een historisch pand is het waarschijnlijk dat de grond onder dat pand niet recentelijk verstoord is en dat archeologische resten dus nog aanwezig zullen zijn. De gemeente, die hier de bevoegde autoriteit is, heeft aan de hand van het plan voor de herbouw kennelijk geoordeeld dat hierdoor de bodem verstoord zou raken. Gezien het historische karakter van de Alkmaarse binnenstad kunnen archeologische waarden zich dicht onder het oppervlak bevinden. In de landelijke wetgeving is niets opgenomen over van de diepte van mogelijke bodemverstoring of daaraan gerelateerde vrijstellingen. Op grond van het bestemmingsplan kan een gemeente dit zelf bepalen.

  • Vraag 8
    Kunt u op basis van de Monumentenwet 1988 of de Wet op de Archeologische Monumentenzorg vrijstelling verlenen voor het doen van archeologisch onderzoek?

    Nee, het is aan de gemeente om het archeologische belang af te wegen tegen andere belangen. Zie mijn antwoord op vraag 3.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2015Z11977
Volledige titel: Het artikel ‘Verplichte opgraving na nieuwjaarsbrand Alkmaar kost modezaak 60.000 euro’
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20142015-2806
Volledige titel: Antwoord op vragen van de leden Van Veen en Rudmer Heerema over het artikel 'Verplichte opgraving na nieuwjaarsbrand Alkmaar kost modezaak 60.000 euro'