Ingediend | 16 juni 2015 |
---|---|
Beantwoord | 1 juli 2015 (na 15 dagen) |
Indiener | Renske Leijten |
Beantwoord door | Martin van Rijn (staatssecretaris volksgezondheid, welzijn en sport) (PvdA) |
Onderwerpen | organisatie en beleid zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z11370.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-2739.html |
In deze zaak is op 19 juni 2015 uitspraak gedaan door de kantonrechter in Amsterdam (ECLI:NL:RBAMS:2015:3918). Zoals ik in mijn brief van 23 juni jl. heb aangegeven zal de Sociale Verzekeringsbank in hoger beroep gaan tegen deze uitspraak. Omdat deze zaak nog onder de rechter is past het mij niet om daar op dit moment een inhoudelijke reactie op te geven.
Overigens werk ik zoals u weet op dit moment aan de uitwerking van een compensatieregeling voor zorgverleners en budgethouders die materieel nadeel hebben ondervonden door de problemen bij de invoering van het trekkingsrecht voor het pgb.
Zie antwoord vraag 1.
De SVB heeft mij laten weten dat er inderdaad dubbele betalingen hebben plaatsgevonden. Dit omdat opdracht is gegeven voor een spoedbetaling aan de betreffende zorgverlener om er zeker van te zijn dat het verschuldigde bedrag nog die week zou zijn ontvangen. Tegelijkertijd werden er vanuit het reguliere systeem betalingen gedaan. Vervolgens is door een fout met spoedbetalingen de betreffende betaling nogmaals uitgevoerd. Toen op vrijdagmiddag de dubbele uitbetaling van spoedbetalingen bekend werd, heeft de SVB de betreffende zorgverlener geïnformeerd. De SVB is in verband met de bereikbaarheid ook in de avonduren en op zaterdag open, vandaar dat ook in het weekend contact is geprobeerd te leggen. De SVB betreurt de ongelukkige samenloop van omstandigheden en heeft uiteraard excuses aangeboden.
Zie antwoord vraag 1.
Zie antwoord vraag 1.