Ingediend | 16 januari 2015 |
---|---|
Beantwoord | 19 februari 2015 (na 34 dagen) |
Indiener | Mona Keijzer (CDA) |
Beantwoord door | Martin van Rijn (staatssecretaris volksgezondheid, welzijn en sport) (PvdA), Ronald Plasterk (minister binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (PvdA) |
Onderwerpen | organisatie en beleid zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2015Z00607.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-1326.html |
Ja.
In de Wlz is in artikel 9.1.1, zesde lid voorgeschreven dat het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) bij de aanvraag van een indicatiebesluit de identiteit van de verzekerde vaststelt aan de hand van documenten als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht, die de verzekerde hem desgevraagd ter inzage geeft. Aard en nummer van het identiteitsbewijs moeten in de administratie worden opgenomen. Artikel 6 van de Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg (Wbsnz) heeft dezelfde strekking. De artikelen 4 en 6 tot en met 9 van de Wbsnz zijn ook van toepassing in de Wlz.
In het werkproces van het CIZ is dit zodanig verwerkt dat er bij een aanvraag voor een indicatiebesluit gevraagd wordt een afschrift van een identiteitsbewijs te voegen. Dit is evenwel niet nodig in het geval dat ingevolge de Wbsnz op de aanvraag het burgerservicenummer van de aanvrager is vermeld en het CIZ daarbij mag veronderstellen dat de zorgaanbieder de identiteit van de aanvrager al in een eerdere fase heeft vastgesteld. Artikel 9.1.1, zesde lid van de Wlz zal daarom worden aangepast.
Zie antwoord vraag 2.
Ja, dat kan ik mij voorstellen. Reis- of identiteitsdocumenten worden in beginsel in persoon aangevraagd en opgehaald bij een gemeente. De regelgeving voorziet echter in een uitzonderingsbepaling indien de gemeente van oordeel is dat om zwaarwegende redenen niet van de aanvrager kan worden gevergd dat hij in persoon verschijnt. Dit is geregeld in artikel 28, derde lid, van de Paspoortwet. Daarom beschikken gemeenten over zogenaamde mobiele aanvraagapparatuur waarmee zij ook aanvragen kunnen opnemen buiten het gemeentehuis. Voorwaarde is wel dat de gemeente van oordeel is dat op andere wijze voldoende zekerheid kan worden verkregen over de identiteit, de nationaliteit en (indien van toepassing) de verblijfstitel van de aanvrager.
Zie antwoord vraag 4.
Gemeenten bepalen zelf of de aanvrager in persoon aan het loket moet verschijnen. De gangbare praktijk in veel gemeenten is dat gemeenten (periodiek) bijvoorbeeld in verzorgingstehuizen aanvragen in behandeling nemen en documenten uitreiken. Mij is niet bekend dat gemeenten weigeren aanvragen aan huis op te nemen als zij er van overtuigd zijn dat van de aanvrager niet kan worden gevergd dat hij in persoon verschijnt. Het is aan de gemeente hier per geval een afweging in te maken.
Indien de persoon aan wie het document moet worden verstrekt door leeftijd of een handicap niet in staat is zijn handtekening te plaatsen wordt daarvan op grond van artikel 29 van de Paspoortuitvoeringsregeling Nederland in het document de voorgeschreven clausule «niet in staat tot ondertekening» geplaatst. Er zijn geen problemen bekend met betrekking tot de toepassing van deze mogelijkheid.