Ingediend | 24 december 2014 |
---|---|
Beantwoord | 29 januari 2015 (na 36 dagen) |
Indiener | Peter Oskam (CDA) |
Beantwoord door | Opstelten (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z23939.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-1163.html |
Bij de beoordeling van de verzoeken is rekening gehouden met de omstandigheden waaronder de verdachten in hechtenis hebben verbleven. Door het grote aantal aanhoudingen konden niet alle verdachten direct op een politiebureau worden geplaatst. Sommigen hebben langere tijd in een bus doorgebracht; anderen hebben ver buiten de provinciegrenzen verbleven. Het merendeel van de verdachten heeft drie dagen vastgezeten en heeft ook Oud en Nieuw in de cel doorgebracht. Daarnaast is er voor de aanhoudingen veel persbelangstelling geweest en waren ook dit jaar de ogen van velen op Veen gericht.
Zie verder het antwoord op vraag 2.
Er zijn (nog) geen schadevergoedingen uitgekeerd. De gewezen verdachten hebben op grond van artikel 89 Wetboek van Strafvordering (Sv) verzoeken om schadevergoeding ingediend bij de rechtbank. Het Openbaar Ministerie heeft in die zaken inmiddels advies uitgebracht en – op grond van de omstandigheden genoemd in antwoord 1 – geadviseerd een bedrag van € 200 per dag toe te kennen.
In de 88 zaken die zijn geseponeerd kon niet wettig en overtuigend worden bewezen dat de verdachten zich hadden schuldig gemaakt aan een strafbaar feit.
Ik verwijs u naar het antwoord op vraag 3.
Het forfaitaire bedrag dat door het Landelijk overleg van voorzitters van de strafsectoren van de gerechtshoven en de rechtbanken (LOVS), thans het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht, is vastgesteld voor verblijf in een politiecel, bedraagt € 105 per dag. Rekening houdend met de omstandigheden waaronder de verdachten hebben vastgezeten en de impact en de onzekerheid die de langere onderzoekstijd met zich heeft meegebracht, is het OM van oordeel dat een hogere vergoeding dan het forfaitaire bedrag op zijn plaats is. Na raadpleging van de jurisprudentie is het OM tot het oordeel gekomen dat een bedrag van € 200 per dag als redelijk en billijk kan worden aangemerkt.
Nee, deze stellingname onderschrijf ik niet. Aan de totstandkoming van het bedrag is een zeer zorgvuldige belangenafweging voorafgegaan. Ook de afstemming met de advocaten heeft constructief en professioneel plaatsgevonden.
Nee, deze stellingname deel ik niet. De aanhoudingen van alle in het café aanwezige personen was een reactie op zeer heftig geweld jegens de politie waarbij gezien is dat een groot aantal (tussen de 50 en de 100) personen van de groep waarvan de geweldplegers deel uitmaakten, het café in is gevlucht. Ook vanuit dat café zijn nog geweldshandelingen jegens de politie gepleegd. Om de dreigende situatie een halt toe te roepen en om de rust te laten weerkeren, maar ook om een signaal af te geven dat dergelijk gedrag niet acceptabel was, was daadkrachtig politieoptreden wenselijk. Buiten het feit dat de in het café aanwezige personen op dat moment konden worden aangemerkt als verdachten van openlijke geweldpleging, heeft bij de afweging om tot aanhouding over te gaan tevens een rol gespeeld dat algemeen bekend is dat het in Veen al jaren onrustig is rond de jaarwisseling, waarbij geweld jegens de politie niet wordt geschuwd. De verdachten zijn rustig en gecontroleerd bij het verlaten van het café één voor één aangehouden.
Het OM heeft in zijn advies bij de berekening van de hoogte van een schadevergoeding rekening gehouden met de criteria van artikel 89 Sv en de daarop gebaseerde jurisprudentie. Tot toekenning van schadevergoeding op grond van dit artikel wordt overgegaan indien en voor zover daartoe gronden van billijkheid aanwezig zijn. Daarbij dienen alle omstandigheden in aanmerking te worden genomen.
Zoals ik reeds heb gemeld in het antwoord op vraag 2 betreft het geen schadevergoeding door het Openbaar Ministerie, maar zaken ex art. 89 Sv. waarin het OM advies heeft uitgebracht. Uiteindelijk neemt de rechter een beslissing over de hoogte van de schadevergoeding. Er zijn geen gegevens bekend met betrekking tot het aantal zaken waarin door de rechtbanken en gerechtshoven een hogere vergoeding dan de door het LOVS vastgestelde forfaitaire vergoeding is toegekend.
Het OM neemt agressie en geweld tegen personen met een publieke taak zeer serieus en hanteert hiervoor ook zwaardere richtlijnen. In alle gevallen moet vanzelfsprekend sprake zijn van voldoende wettig en overtuigend bewijs voordat tot vervolging kan worden overgegaan.
De onderhavige zaken zijn geseponeerd vanwege onvoldoende wettig en overtuigend bewijs. Het uitkeren van een schadevergoeding door de rechtbank is wettelijk vastgelegd in artikel 89 Sv. Deze bepaling is ook van toepassing op geseponeerde zaken.
Het opsporingsonderzoek ten aanzien van zes verdachten is nog niet afgerond. Drie verdachten zijn inmiddels gedagvaard om te verschijnen voor de meervoudige kamer in de rechtbank. De zaken tegen deze verdachten zijn voor onbepaalde tijd aangehouden, in afwachting van een eindproces-verbaal en het horen van een drietal getuigen door de rechter-commissaris.
Aan drie verdachten is een transactievoorstel gedaan ter zake van overtreding van een APV-bepaling. Eén van deze verdachten heeft inmiddels betaald; ten aanzien van de andere twee verdachten geldt dat de advocaat vooralsnog niet akkoord is gegaan met het voorstel.
Ik beschik niet over dergelijke informatie.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Oskam (CDA) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht «OMbiedt jeugd in Veen 600 euro» (ingezonden 24 december 2014) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.