Ingediend | 12 november 2014 |
---|---|
Beantwoord | 14 november 2014 (na 2 dagen) |
Indiener | Teun van Dijck (PVV) |
Beantwoord door | Jeroen Dijsselbloem (minister financiën) (PvdA) |
Onderwerpen | europese zaken internationaal |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z20349.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20142015-557.html |
Ja.
Het Verenigd Koninkrijk ontvangt sinds 1984 een specifieke korting op de EU-afdrachten. Deze korting is destijds ingesteld om het verschil tussen de Britse afdrachten aan de EU en ontvangsten van de EU deels te verminderen. De Britse korting wordt gebaseerd op het verschil tussen enerzijds het aandeel van het VK in de BTW-grondslag en anderzijds het aandeel van het VK in de ontvangsten van de EU-uitgaven. Van dit verschil ontvangt het VK 2/3-deel terug. Dit is vastgelegd in het Eigen Middelenbesluit artikel 4 (Raadsbesluit 2007/436/EG).
Vervolgens worden voor de berekening van de korting een aantal correcties toegepast, waaronder voor het feit dat de EU-begroting, anders dan in 1984, in toenemende mate gefinancierd wordt op basis van het BNI in plaats van op basis van de BTW-grondslag. Deze correctie maakt de totale korting die het VK krijgt kleiner. De revisie van het Britse BNI heeft via die correctie invloed op de Britse korting: doordat het Britse BNI relatief sterker is toegenomen dan het EU gemiddelde daalt de correctie en stijgt de korting.
Jaarlijks vindt in mei een herberekening van de Britse korting plaats over de jaren tot en met t-4. De revisie van het Britse BNI zal er toe leiden dat in mei de Britse korting over eerdere jaren naar boven zal worden bijgesteld.
De Britten hebben geen 50% korting op hun naheffing gekregen. De omvang van de Britse korting is sinds het bekend worden van de nieuwe BNI-cijfers ongewijzigd gebleven.
Zie antwoord vraag 2.
De Britse korting wordt door de andere lidstaten gecompenseerd naar rato van hun BNI met uitzondering van Duitsland, Nederland, Zweden en Oostenrijk. Die landen betalen 25% van hetgeen ze op grond van hun BNI-aandeel extra zouden moeten bijdragen als gevolg van de Britse korting. Dit is vastgelegd in het Eigen Middelenbesluit artikel 5.1.b.(Raadsbesluit 2007/436/EG).
Zie mijn beantwoording van de Kamervragen over de gevolgen van de macro-economische revisies voor de EU-afdrachten van 3 november 2014, mijn brief van 11 november 2014 met het verslag van de Eurogroep en Ecofin-Raad van 6 en 7 november jongstleden (Kamerstuk 21 501-07, nr. 1185) alsmede mijn brief aan de Kamer van 11 november 2014 (Informatie aangaande onderbouwing naheffing EU-afdrachten)(Kamerstuk 21 501-07, nr. 1186).
Ja.