Ingediend | 11 augustus 2014 |
---|---|
Beantwoord | 12 september 2014 (na 32 dagen) |
Indiener | Ahmed Marcouch (PvdA) |
Beantwoord door | Opstelten (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid politie, brandweer en hulpdiensten |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z13950.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-3008.html |
Ja.
Nee, er is geen sprake van een nijpend tekort aan wijkagenten in het grootste deel van Nederland. Landelijk gezien voldoet de politie aan de wettelijke norm zoals deze is opgenomen in de Politiewet 2012: gemiddeld is er ten minste één wijkagent werkzaam per 5.000 inwoners. Op eenheidsniveau bestaan nog verschillen, waardoor niet in alle eenheden de norm wordt gehaald. Zoals in de laatste voortgangsbrief nationale politie2 is aangeven, heb ik prioriteit gegeven aan het in werking brengen van de basisteams en de districtsrecherches per 1 januari 2015. De wijkagenten maken onderdeel uit van de basisteams en werken dientengevolge ook per 1 januari 2015 – behoudens vacatures – conform het inrichtingsplan nationale politie. In het inrichtingsplan is de wettelijke norm als minimum aangehouden. Uiteraard wordt er hard naar toegewerkt om ook de vacatures te vervullen. Dit moet binnen de spelregels die met de politievakorganisaties in het kader van de personele reorganisatie zijn afgesproken. De korpschef is hierover in overleg met de centrale ondernemingsraad en de vakbonden.
Het inrichtingsplan nationale politie – op dit punt gebaseerd op de wettelijke norm – gaat uit van 3.413 wijkagenten. Thans zijn er 3.444 werkzaam.
Ja, wijkagenten vervullen een sleutelfunctie in de basisteams. Zij vormen letterlijk het lokale gezicht van de politie en zijn vaak het eerste aanspreekpunt. Wijkagenten werken, tezamen met collega’s uit het basisteam, probleemgericht aan veiligheid, met partners en burgers. De wijkagent vormt een belangrijk onderdeel van het lokale netwerk aan scholen, buurtbewoners, veiligheidspartners, hulpverleners en is daarmee van groot belang voor de veiligheid en veiligheidsgevoelens in de wijk. De vorming van de basisteams waar de wijkagent deel van uitmaakt heeft de hoogste prioriteit. Zie verder mijn antwoord op vraag 2.
Zie mijn antwoord op vraag 2.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen het lid Marcouch (PvdA) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het tekort aan wijkagenten (ingezonden 11 augustus 2014) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.