Ingediend | 4 maart 2014 |
---|---|
Beantwoord | 26 maart 2014 (na 22 dagen) |
Indiener | Henk van Gerven |
Beantwoord door | Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD) |
Onderwerpen | organisatie en beleid zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2014Z03935.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-1555.html |
Dit is een beslissing van de rechter (ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam) op basis van de huidige wet- en regelgeving. De ondernemingsraad van Fundis B.V. (Fundis) heeft de rechter gevraagd om te oordelen of Fundis in redelijkheid had mogen besluiten om de definitieve overeenkomst te ondertekenen. De Wet op de Ondernemingsraden geeft een ondernemingsraad de mogelijkheid om in het geval zij het niet eens is met een beslissing van de werkgever, beroep in te stellen bij de rechter. Ik heb geen inhoudelijk oordeel over een beslissing van onze rechterlijke macht.
Ik heb begrepen dat Fundis op het moment van het ondertekenen van de definitieve overnameovereenkomst enkele voorwaarden niet had ingevuld. Volgens de rechter kon Fundis hierdoor niet in redelijkheid besluiten om tot definitieve overname over te gaan. Fundis moet hierdoor het besluit intrekken. Het kan natuurlijk zo zijn dat Fundis in de toekomst wel voldoet aan de voorwaarden. In dat geval zou de overname alsnog door kunnen gaan. Dit is echter afhankelijk van zowel Fundis als het Lange Land Ziekenhuis (LLZ).
Of Fundis hiermee zijn toekomst in gevaar bracht, kan ik niet beoordelen. Fundis is een private organisatie en daarmee verantwoordelijk voor zijn eigen bedrijfsvoering en de keuzes die daarbij moeten worden gemaakt.
Ik heb begrepen dat het niet doorgaan van de overname geen acute problemen oplevert voor het LLZ. Het ziekenhuis heeft bij mij aangegeven dat zij in het afgelopen jaar een positief exploitatiesaldo heeft gerealiseerd. Het LLZ geeft aan dat de noodzaak blijft bestaan om een partner te vinden die het ziekenhuis langdurig financiële zekerheid kan bieden. Het ziekenhuis is optimistisch dat zij hierin zal slagen.
Ik kan begrijpen dat Fundis wil investeren in het LLZ om zo het voortbestaan van het ziekenhuis te verzekeren. Het LLZ verkeerde al langere tijd in financiële moeilijkheden en de kans bestond dat het ziekenhuis failliet zou gaan. Faillissement zou betekenen dat het ziekenhuis in zijn huidige vorm zou ophouden te bestaan. Het is aan de ziekenhuizen zelf om een gezond financieel beleid te voeren. Waar ziekenhuizen in financiële problemen in het verleden nog wel eens werden geholpen door de overheid is de verantwoordelijkheidsverdeling de afgelopen jaren veranderd.
Het aanbieden van ziekenhuiszorg binnen een gemeente, behoort niet tot de taken of verantwoordelijkheid van gemeenten. Zorgverzekeraars zijn verantwoordelijk zijn voor het inkopen van zorg, dat is een kenmerk van ons huidige zorgstelsel. Binnen de geldende wet- en regelgeving zijn zij in beginsel vrij om hier naar eigen inzicht vorm aan te geven. Een zorgverzekeraar kan dus in beginsel zelf bepalen waar hij welke zorg inkoopt. Wel zijn zorgverzekeraars gebonden aan de wettelijke zorgplicht en dienen zij daarom hun verzekerden de zorg te leveren waar deze recht op hebben. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) controleert of zorgverzekeraars zich aan hun zorgplicht houden en voldoende zorg inkopen.
Nee, ik voel mij niet verantwoordelijk en ben niet van plan de regie over te nemen. Zorgverzekeraars hebben in het stelsel de rol gekregen om namens hun verzekerden zorg in te kopen. Hierbij dienen zij hun zorgplicht na te komen. Zorgverzekeraars zijn op basis van artikel 11 van de Zorgverzekeringswet verplicht om de zorg te leveren waar een verzekerde recht op heeft. Om aan de zorgplicht te voldoen dienen zij voldoende zorg in te kopen. Zorgverzekeraars maken daarbij hun eigen afweging en kunnen op basis van bijvoorbeeld prijs en kwaliteit besluiten om niet alle zorgaanbieders te contracteren (selectief inkopen). Verzekeraars houden bij hun keuzes rekening met de wensen van hun verzekerden; de verzekerden kunnen immers jaarlijks overstappen naar een andere verzekeraar.
Zie antwoord vraag 6.
Zie antwoord vraag 6.
Illegale kartelvorming is niet toegestaan en is slecht voor zowel de patiënt als de verzekerden. Indien de gemeente Zoetermeer aanwijzingen heeft dat er hier sprake van is, dient dit te worden gemeld. De Autoriteit Consument en Markt is hiervoor de aangewezen instantie.
In de vraagstelling wordt mijn uitspraak uit zijn verband getrokken. Ik heb gezegd dat ik het van belang vind dat de inwoners van Zoetermeer toegang hebben tot kwalitatief goede zorg en wanneer het LLZ daarin een positieve rol kan spelen, ik dat toejuich. Dat betekent dus niet dat wanneer het LLZ – om wat voor reden dan ook – mogelijk in de toekomst zal ophouden te blijven bestaan in zijn huidige vorm de inwoners van Zoetermeer geen toegang meer hebben tot kwalitatief goede zorg.
Deze plannen van de verzekeraars zijn nog in concept en worden nog besproken met de partijen uit de regio. Er valt dus nog niets te zeggen over welke ziekenhuizen welke acute zorg zullen gaan aanbieden. De concentratie is met name gericht op de complexe acute zorgstromen, slechts een beperkt deel van het ziekenhuisaanbod. Spoedeisende Hulpen (SEH’s) zullen in sommige gevallen anders ingericht worden.
Ik hecht veel waarde aan de bereikbaarheid van cruciale zorg, zoals een SEH en acute verloskunde, binnen 45 minuten na een spoedmelding met een ambulance.