Ingediend | 28 oktober 2013 |
---|---|
Beantwoord | 5 november 2013 (na 8 dagen) |
Indiener | Pieter Omtzigt (CDA) |
Beantwoord door | Frans Timmermans (minister buitenlandse zaken) (GroenLinks-PvdA) |
Onderwerpen | recht staatsrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z20533.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-420.html |
Ja.
Mw. Erdoğan zit sinds 2006 in detentie. Nederland volgt haar zaak met belangstelling (zie ook de antwoorden op vragen 5 en 7), maar gaat niet in op individuele tenlasteleggingen en mengt zich niet in de Turkse rechtsgang.
Nederland vindt dat verdachten in Turkije op een eerlijke en onafhankelijke rechtsgang moeten kunnen rekenen. In dat verband onderschrijft Nederland de zorgen die de Europese Commissie uit in het laatste voortgangsrapport over Turkije over de rechten van aangeklaagden, het lange voorarrest en het gebrek aan kwaliteit van en de soms gebrekkige informatie voor de verdediging over aanklachten. Het justitiële hervormingsproces is in dit verband regelmatig punt van aandacht in gesprekken met de Turkse regering, ook in het kader van het EU-toetredingsproces van Turkije. De rechten van verdachten moeten goed gewaarborgd zijn in de juridische procedures, zodat Turkije beter voldoet aan Europese normen.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Medewerkers van het consulaat-generaal in Istanbul hebben mw. Erdoğan meermalen bezocht, voor het laatst op 11 oktober van dit jaar. Verder was een medewerker van het consulaat-generaal aanwezig bij de zitting van haar zaak op 30 oktober. Nederland zal deze zaak blijven volgen.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 5.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.