Ingediend | 26 september 2013 |
---|---|
Beantwoord | 29 oktober 2013 (na 33 dagen) |
Indieners | Nine Kooiman , Ronald van Raak |
Beantwoord door | Opstelten (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid politie, brandweer en hulpdiensten |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z18208.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-359.html |
Op dit moment is besluitvorming over het al dan niet sluiten van de brandweerpost Diever de verantwoordelijkheid van de gemeente Westerveld. Na de regionalisering van de brandweer in Drenthe (voorzien per 1 januari 2014) ligt de verantwoordelijkheid voor dergelijke besluitvorming bij het bestuur van de veiligheidsregio Drenthe.
In 2008 hebben alle Drentse gemeenten eigen normen vastgesteld betreffende de opkomsttijden van de brandweer, namelijk zo spoedig mogelijk en in 80% van de gevallen binnen de 15 minuten. Deze norm is ook leidend in het dekkingsplan van de veiligheidsregio Drenthe, vastgesteld in oktober 2011 en herbevestigd bij de vaststelling van het geactualiseerde dekkingsplan in juni 2013. Volgens de veiligheidsregio zal ook bij sluiting van de post Diever aan deze eigen norm worden voldaan. De veiligheidsregio voegt hieraan toe dat de brandweerzorg ter plaatse efficiënter kan worden ingericht, doordat in het betreffende gebied sprake is van overlappende verzorgingsgebieden. Tenslotte meldt de veiligheidsregio dat de gemeente Westerveld compenserende preventieve maatregelen treft om de veiligheid van de burgers te borgen.
De Inspectie Veiligheid en Justitie (Inspectie VenJ) constateert in het rapport «Dekkingsplannen 2013» dat het dekkingsplan van de veiligheidsregio Drenthe niet voldoet aan de wettelijke vereisten (ijkmoment is 30 april 2013).
Op 19 juni 2013 heeft het bestuur van de veiligheidsregio Drenthe een aanvulling op het dekkingsplan vastgesteld. Ik heb deze aanvulling voorgelegd aan de Inspectie VenJ. De Inspectie VenJ constateert dat het dekkingsplan door deze aanvulling is verbeterd. De Inspectie VenJ constateert echter ook dat de veiligheidsregio Drenthe nog steeds een tijdnorm, namelijk «zo snel als mogelijk maar in 80% van de gevallen binnen 15 minuten», hanteert die generiek afwijkt van de tijdnormen uit het Besluit veiligheidsregio’s. In de «Handreiking opkomsttijden registratie van afwijkingen en motivatie in dekkingsplannen», die ik op 28 november 2012 aan de veiligheidsregio’s beschikbaar heb gesteld, heb ik herhaald dat generiek afwijken niet is toegestaan. De veiligheidsregio Drenthe beschikt volgens de Inspectie VenJ momenteel nog niet over een dekkingsplan waarin de afwijkende opkomsttijden voor de diverse objecten gemotiveerd zijn weergegeven, al dan niet voorzien van aanvullende maatregelen. Daarom voldoet het dekkingsplan van de veiligheidsregio Drenthe nog niet aan de wettelijke vereisten en aan de gestelde voorwaarden in de motie Kooiman. Volgens de Inspectie VenJ is de noodzakelijke aanpassing van het dekkingsplan, zodat het voldoet aan de wettelijke vereisten en het gestelde in de motie Kooiman, beperkt van aard en vergt dit geen enorme operatie.
Zie antwoord vraag 2.
Ja.
Zie antwoord vraag 2.
Ik heb vóór 15 oktober 2013 de veiligheidsregio Drenthe en de burgemeester van Westerveld er op gewezen dat het dekkingsplan – ondanks de aanvulling – nog niet aan de wettelijke vereisten voldoet. Ik heb de veiligheidsregio verzocht op zo kort mogelijke termijn het dekkingsplan zodanig te verbeteren dat het voldoet aan de wettelijke vereisten. Uitgangspunt daarbij dienen de tijdnormen uit het Besluit veiligheidsregio’s te zijn. Afwijkingen daarop zijn toegestaan, mits aangegeven waar en in welke mate deze plaats vinden en mits deze afdoende zijn gemotiveerd. Tevens heb ik de veiligheidsregio Drenthe en de burgemeester van Westerveld gewezen op het gestelde in de motie Kooiman. De plaatsvervangend (en tevens waarnemend) voorzitter van de veiligheidsregio Drenthe heeft gemeld dat hij zich ervoor zal inzetten dat de aanpassing van het dekkingsplan Drenthe uiterlijk eind 2013 is gerealiseerd, zodat het voldoet aan de wettelijke vereisten en dat het sluiten van de brandweerkazerne Diever bij de aanpassing van het dekkingsplan wordt betrokken. Hij meldt dat hij hierover daarom op korte termijn een voorstel indient bij het Algemeen Bestuur van de veiligheidsregio Drenthe.
Zie antwoord vraag 6.
Volgens de veiligheidsregio Drenthe zijn deze cijfers niet correct. De sluiting van de post Diever zal volgens de veiligheidsregio niet leiden tot een toename van objecten waarbij de 18 minuten grens wordt overschreden. Na sluiting van de post Diever zullen volgens de veiligheidsregio 145 objecten extra niet binnen de 15-minuten, maar binnen de 18 minuten worden bereikt. Hiervan bevinden zich 71 objecten met een logiesfunctie op hetzelfde bungalowpark.
Zie antwoord vraag 6.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Kooiman en Van Raak (beiden SP) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de dreigende sluiting van brandweerpost Diever (ingezonden 26 september 2013) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.