Ingediend | 16 september 2013 |
---|---|
Beantwoord | 10 oktober 2013 (na 24 dagen) |
Indieners | Manon Fokke (PvdA), Marith Volp (PvdA) |
Beantwoord door | Opstelten (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | criminaliteit openbare orde en veiligheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z17474.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-197.html |
Ja.
Ja, deze ontvangt u hierbij.3
In het regeerakkoord is opgenomen dat de handhaving van het ingezetenencriterium in overleg met betrokken gemeenten geschiedt en zo nodig gefaseerd, waarbij wordt aangesloten bij het lokale coffeeshop- en veiligheidsbeleid zodat er sprake is van lokaal maatwerk.
Het lokaal bestuur stelt het lokale coffeeshopbeleid – binnen het landelijke kader, waaronder de Aanwijzing Opiumwet van het Openbaar Ministerie – vast en voert de regie. De lokale driehoek vult het beleid concreet in en stelt prioriteiten bij de dagelijkse handhaving. Het ingezetenencriterium maakt onderdeel uit van de Aanwijzing Opiumwet.
De driehoek van Maastricht handhaaft thans het ingezetenencriterium in de hele gemeente Maastricht. Zoals ik in mijn brief aan de burgemeester van Maastricht van 30 augustus 2013 heb aangegeven past differentiatie binnen de gemeente met betrekking tot de verkoop aan ingezetenen, niet-ingezetenen of bepaalde niet-ingezetenen niet in het landelijk kader en de doelstellingen van het coffeeshopbeleid.
Zie antwoord vraag 3.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Rebel en Fokke (beiden PvdA) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de aanpak van overlast bij coffeeshops (ingezonden 16 september 2013) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.