Ingediend | 5 september 2013 |
---|---|
Beantwoord | 2 oktober 2013 (na 27 dagen) |
Indiener | Henk van Gerven |
Beantwoord door | Martin van Rijn (staatssecretaris volksgezondheid, welzijn en sport) (PvdA), Frans Weekers (staatssecretaris financiën) (VVD), Henk Kamp (minister economische zaken) (VVD) |
Onderwerpen | bestuur economie industrie rijksoverheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z16690.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-135.html |
Mijn reactie op deel vier van de artikelenreeks komt overeen met mijn reactie op het eerste deel van de artikelenreeks.
Tijdens het algemeen overleg van 28 februari is mij gevraagd hoe ik denk over de tabaksindustrie en contacten met de tabaksindustrie. Ik heb toen aangegeven dat wij ons strikt houden aan de internationale afspraken over contacten met de tabaksindustrie, maar dat het soms noodzakelijk kan zijn de industrie te consulteren, bijvoorbeeld als het gaat om technische zaken bij implementatie van wet- en regelgeving of de gevolgen van bepaalde maatregelen voor een fabriek of bedrijfstak. Zie ook mijn antwoorden op de Kamervragen die ik uw Kamer op 2 september jl. heb toegezonden3.
Reeds voor de publicatie van de Tabaksproductenrichtlijn ontving VWS verzoeken tot overleg van de tabaksindustrie. VWS heeft er bewust voor gekozen om, ten tijde van het opstellen van het regeringsstandpunt, niet met de tabaksindustrie en de gezondheidsorganisaties in overleg te treden. Partijen zijn hierop gewezen en op het feit dat zij de mogelijkheid hadden om schriftelijk op het voorstel te reageren, zoals dat in elk beleidsproces kan. Pas na het versturen van het BNC-fiche aan de Tweede Kamer op 25 januari 2013 hebben partijen de kans gekregen om hun standpunten mondeling toe te komen lichten. Deze gesprekken vonden plaats op 29 en 30 januari 2013.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Bij het benaderen van de tabaksbranche hanteren alle betrokken ministeries de lijn waaraan tot op heden is vastgehouden en waarover ik u uitgebreid heb geïnformeerd in de reeds genoemde antwoorden van 2 september jl. en bovenstaand antwoord op vragen 2, 3, 4 en 5. De politieke besluitvorming geschiedt zonder betrokkenheid van de branche.
Zie antwoord vraag 6.
Zie antwoord vraag 6.
Ja. Zoals gemeld in bovenstaande antwoorden en mijn antwoorden van 2 september is van schending van het FCTC-verdrag in al deze gevallen geen sprake.