Kamervraag 2013Z16181

De vergoedingen die de Trojka in rekening brengt bij steunprogramma’s

Ingediend 28 augustus 2013
Beantwoord 20 september 2013 (na 23 dagen)
Indiener Arnold Merkies
Beantwoord door Jeroen Dijsselbloem (minister financiën) (PvdA)
Onderwerpen europese zaken internationaal
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z16181.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20132014-47.html
  • Vraag 1
    Is het waar dat de Trojka sinds 2010 voor 224 miljoen euro aan vergoedingen heeft ontvangen in het kader van het steunprogramma voor Ierland?1

    Nee. De Trojka bestaat uit vertegenwoordigers van de Europese Commissie, de ECB en het IMF. De genoemde kosten hebben betrekking op de overeengekomen vergoedingen, die Ierland in de periode 2010–2012 heeft betaald aan het EFSF en het IMF voor de door deze instellingen verstrekte leningen, bovenop de rente over deze leningen.

  • Vraag 2
    Zijn dit hoofdzakelijk «service and administration fees»?

    In de leningovereenkomst van het EFSF met Ierland zijn drie vergoedingen opgenomen (naast de verschuldigde rente) t.w. een «commitment fee», een «service fee» en een «guarantee commission fee» (zie de master financial facility agreement http://www.efsf.europa.eu/attachments/efsf_ireland_ffa.pdf).
    De lening van het IMF aan Ierland onder de Extended Fund Facility (EFF) kent een onderscheid tussen een service charge en een commitment fee. De service charge is de vergoeding van kosten gemaakt door het IMF indien een land een beroep op middelen doet. De commitment fee dient als vergoeding voor administratieve kosten indien een land niet trekt. Een land betaalt deze fee voorafgaande aan de trekking en krijgt het bedrag terug indien het een beroep doet op middelen van het IMF. De hoogte van de fee wordt mede bepaald door de omvang van het trekkingsrecht (zie voor toelichting op de EFF-faciliteit http://www.imf.org/external/np/exr/facts/pdf/eff.pdf).
    Het aandeel van beide instellingen in het totaal van de vergoedingen is afhankelijk van de omvang van de verstrekte lening en de hoogte van bovengenoemde vergoedingen. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de kosten die door de verschillende instanties in rekening worden gebracht aan de programmalanden Ierland, Portugal en Griekenland.
    Base rate
    Commitment fee
    Service fee/charge
    Guarantee commission fee
    EFSF/ESM
    Cost of funding
    variabel
    50 basispunten (bp) upfront, 0,5 bp per jaar
    10 bp per jaar
    EFSM
    Back-to-back
    nvt
    nvt
    nvt
    IMF
    SDR-rente
    variabel1
    50 basispunten
    nvt
    De commitment fee wordt terugbetaald als er een beroep wordt gedaan op de IMF middelen, zoals op de programmalanden van toepassing is.

  • Vraag 3
    Welke instanties brengen deze in rekening, en welk aandeel is voor welke instantie bestemd?

    Zie antwoord vraag 2.

  • Vraag 4
    Waarop is de hoogte van deze «service and administration fees» gebaseerd?

    De hoogte van de verschillende vergoedingen is vastgelegd in het prijsbeleid van het EFSF en het IMF. In het «framework agreement» van het EFSF is bepaald dat in het prijsbeleid rekening gehouden wordt met een vergoeding voor de lidstaten die garanties verstrekken aan het EFSF: hier is de guarantee commission fee voor bedoeld. De service fee is bedoeld om de operationele kosten van het EFSF te dekken. De commitment fee wordt door het EFSF aan de programmalanden in rekening gebracht om de zogenoemde negative carry te dekken: dit zijn de kosten die ontstaan doordat EFSF eerst de middelen op de markt aantrekt en pas later uitkeert aan de programmalanden.
    De service charge van het IMF bedraagt altijd 50 basispunten van het uitstaande bedrag als vergoeding van kosten gemaakt door het IMF indien een land een beroep op middelen doet. De commitment fee van het IMF is afhankelijk van de grootte van het programma: 15 basispunten voor programma’s tot 200% quota; 30 basispunten voor programma’s tussen 200%-1000% quota en 60 basispunten voor programma’s boven 1000% quota.

  • Vraag 5
    Betreft het hier (ook) betalingen aan het ESM (European Stability Mechanism)? Zo ja, heeft er ooit een evaluatie plaatsgevonden van de «service fees», zoals aangekondigd in de «pricing guidelines» van het ESM?

    Nee. Het Ierse macro-economisch aanpassingsprogramma wordt gefinancierd via leningen vanuit het EFSF, het EFSM en het IMF alsmede bilaterale leningen van het VK, Denemarken en Zweden; er is geen sprake van leningen vanuit het ESM. Sinds de oprichting van het EFSF in juni 2010 is het prijsbeleid meermaals herzien. Bij het opstellen van het prijsbeleid van het ESM is rekening gehouden met de ervaringen van het prijsbeleid van het EFSF. De richtsnoeren voor de beprijzing van ESM-instrumenten heb ik eerder aan de Kamer toegezonden (zie TK 2012–2013 21 501-07 nr. 954).

  • Vraag 6
    Kunnen programmalanden rekenen op een terugbetaling van de in rekening gebrachte administratie- en servicekosten, indien deze achteraf lager blijken uit te vallen? Zo neen, waarom niet?

    Nee, dit is niet voorzien in de EFSF Framework Agreement. De prijsstelling van de leningen is een integraal onderdeel van de aan de lening verbonden voorwaarden. Aanpassing van deze voorwaarden vereist een unaniem besluit van de lidstaten die garant staan voor het EFSF. Ook voor het IMF geldt dat de vergoedingen zijn vastgesteld en voor alle programmalanden op dezelfde manier zijn opgebouwd. Daarbij zij aangetekend dat, zoals ook hierboven gemeld, de commitment fee wordt terugbetaald als er een beroep wordt gedaan op de IMF-middelen.

  • Vraag 7
    Wat is het totaal aan betaalde vergoedingen per programmaland?

    Op basis van informatie verkregen van het EFSF en het IMF bedraagt het totaal aan betaalde vergoedingen aan EFSF en IMF in de periode 2010- 2012 (in mln euro):
    Ierland
    164
    Portugal
    208
    Griekenland
    675
    De door Ierland betaalde vergoedingen aan het EFSF en IMF zijn lager dan de 224 mln euro genoemd in vraag 1, die gebaseerd is op cijfers uit jaarverslagen van het Ierse agentschap voor schuldmanagement. Naast mogelijke verschillen in accounting-standaarden, kan dit te maken hebben met vergoedingen die Ierland heeft betaald over het gedeelte van het programma dat met bilaterale leningen van VK, Denemarken en Zweden is gefinancierd. Spanje heeft in 2012 gebruik gemaakt van de ESM-faciliteit voor herkapitalisatie van financiële instellingen. Aangezien het geen macro-economisch aanpassings-programma betreft, wordt Spanje niet aangeduid als programmaland. Spanje heeft aan het ESM in 2012 197 mln euro aan contractueel overeengekomen vergoedingen betaald.

  • Vraag 8
    Wat is de huidige rente die de verschillende programmalanden op dit moment betalen, uitgesplitst naar de verschillende bestandsdelen?

    De rente die de verschillende programmalanden momenteel betalen is bij EFSF, EFSM en ESM afhankelijk van de rente waarvoor deze op de geld- en kapitaalmarkt lenen (zgn. cost of funding). Zoals beschreven staat in de «pricing policy» van het ESM is geen sprake van directe doorgifte door EFSF/ESM van uitgegeven leningen aan specifieke programmalanden. Het verschuldigde rentepercentage is een samenstelling van de rente die EFSF/ ESM betaalt voor uitgiftes met verschillende looptijden; voor kortlopende leningen (looptijd 3–6 maanden) bedraagt de huidige rente circa 0% en voor tienjaars-leningen betaalt het ESM/EFSF circa 2% rente. Op basis van de op de markt aangetrokken middelen berekent het ESM/EFSF op dagbasis de gemiddelde financieringskosten, welke worden doorberekend aan de programmalanden. (Informatie over recente uitgiftes van EFSF/ESM-schuldpapier is te vinden op de website van het EFSF en het ESM).
    De prijsstelling van het EFSM kent als uitgangspunt dat deze direct worden doorgegeven aan de specifieke programmalanden tegen dezelfde rente als waarvoor de Europese Commissie inleent.
    De rente voor IMF-leningen bestaat uit verschillende onderdelen. De basisrente wordt wekelijks bepaald door de SDR-rente: deze bedraagt momenteel 1,06%. Daarnaast geldt een opslag van 200 basispunten voor het gedeelte van de lening dat boven 300% van het quotum van het land uitkomt (dat op dit moment geldt voor alle programmalanden). Hiermee komt de rente uit op 3,06% voor het bedrag dat boven de 300% van het quotum komt. Bovendien betaalt een land 100 basispunten extra als de lening langer dan drie jaar boven 300% van het quotum van een land uitkomt om te ontmoedigen dat er langdurig van de faciliteiten gebruik wordt gemaakt. Dat is op dit moment alleen van toepassing op Griekenland. De rente die Griekenland betaalt bedraagt momenteel daarom 4,06%. Voor de overige bedragen wordt de basisrente berekend.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2013Z16181
Volledige titel: De vergoedingen die de Trojka in rekening brengt bij steunprogramma’s
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20132014-47
Volledige titel: Antwoord vragen van het lid Merkies over de vergoedingen die de Trojka in rekening brengt bij steunprogramma’s