Ingediend | 15 juli 2013 |
---|---|
Beantwoord | 8 augustus 2013 (na 24 dagen) |
Indiener | Sharon Gesthuizen (GL) |
Beantwoord door | Lilianne Ploumen (minister zonder portefeuille buitenlandse zaken) (PvdA) |
Onderwerpen | internationaal ontwikkelingssamenwerking recht staatsrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z15053.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-2932.html |
Het door Shell ingestelde onderzoek naar de brand in Bodo richt zich op de aanleiding, oorzaken en afwikkeling van het incident. Het onderzoeksteam kijkt hierbij ook naar de mogelijke betrokkenheid van (onder-) aannemers en van eenheden van politie en leger. Een vertegenwoordiger van de door u genoemde overkoepelende milieu-NGO «National Coalition On Gas Flaring and Oil Spills in the Niger Delta» (NACGOND) maakt deel uit van het onderzoeksteam. NACGOND heeft tegenover de Nederlandse ambassadeur verklaard dat naar haar oordeel de onafhankelijkheid van het interne Shell-onderzoek is gewaarborgd.
Het is aan de Nigeriaanse overheid al dan niet een aanvullend onderzoek naar dit incident in te stellen. Indien de Nigeriaanse overheid bij een eventueel onderzoek informatie over Nederlandse (rechts)personen nodig heeft, kan zij daartoe een rechtshulpverzoek indienen bij de Nederlandse autoriteiten.
Zie antwoord vraag 1.
Zie antwoord vraag 1.
De Nederlandse ambassade in Nigeria heeft sinds het uitbrengen van het UNEP-rapport nauw contact met de Nigeriaanse overheid (op federaal en deelstaatniveau), andere betrokken overheidsorganisaties, Shell/SPDC, UNEP en milieu-NGO’s over de aanpak van de in dat rapport gesignaleerde problemen. De Nigeriaanse overheid is voornemens in de tweede helft van 2013 een «masterplan» uit te brengen om uitvoering te geven aan de aanbevelingen uit het UNEP-rapport. Op mijn uitnodiging heeft de uitvoeringsorganisatie Hydrocarbon Pollution Restoration Project (HYPREP) in januari van dit jaar een bezoek gebracht aan Nederland. HYPREP is van plan enkele Nederlandse deskundigen bij de totstandbrenging van het plan te betrekken. Ondertussen heeft de Nederlandse ambassade vanaf maart 2013 in samenwerking met NACGOND de haalbaarheid van een bemiddelingsproces tussen de Bodo-gemeenschap, Shell/SPDC en de lokale overheid verkend, met als resultaat dat dit proces medio augustus van start gaat.
Ondanks herhaaldelijk verzoek om een reactie en in tegenstelling tot eerder gedane toezeggingen van Nigeriaanse kant, is de minister van Oliezaken nog niet ingegaan op het aanbod. Inmiddels ga ik er van uit dat de Nigeriaanse overheid voorlopig geen gebruik wenst te maken van het aanbod.