Ingediend | 11 juli 2013 |
---|---|
Beantwoord | 22 juli 2013 (na 11 dagen) |
Indiener | Jesse Klaver (GL) |
Beantwoord door | Frans Timmermans (minister buitenlandse zaken) (GroenLinks-PvdA) |
Onderwerpen | europese zaken internationaal recht staatsrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z14888.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-2882.html |
Ja.
Het is goed dat het Europees Parlement, de Europese Commissie en de Raad van Europa de rechtsstaatontwikkelingen in zo Hongarije nauwgezet volgen. Deze internationale druk van m.n. de Europese Commissie en de Raad van Europa (waaronder de Venetië Commissie) heeft er eerder toe geleid dat Hongaarse wetgeving werd aangepast.
De merites van de aanpak van de Europese Commissie en de Venetië Commissie ligt in hun onafhankelijke en technische beoordeling van de situatie in Hongarije (respectievelijk bezien vanuit de Europese verdragen en de waarden van de Raad van Europa) – evenals de Hongaarse bereidheid met hen in dialoog te gaan en waar nodig wetten aan te passen. Ook nu heeft de Hongaarse regering gezegd tegemoet te komen aan de zorgen van de Europese Commissie en Venetië Commissie. Nederland verwacht dit ook van Hongarije.
Het kabinet is tevreden met de wijze waarop de Europese Commissie en de Venetië Commissie deze dialoog voeren en Hongarije weten te overtuigen aanpassingen door te voeren. De internationale kritiek op de wetgevingsprocessen is de Hongaarse regering reeds goed bekend, en de zorgen worden ook geregeld besproken door verschillende Europese lidstaten met Hongarije zelf. Ook Nederland heeft, zowel bij monde van de minister-president bij zijn Hongaarse ambtsgenoot als van de minister van Buitenlandse Zaken bij zijn ambtsgenoot, de situatie aan de orde gesteld.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
In een Europese waardengemeenschap moeten we elkaar kunnen aanspreken op naleving van die waarden. Dat doet Nederland ook. Wat betreft de Hongaarse rechtsstaatontwikkelingen vervullen de Europese Commissie en de Raad van Europa hierbij momenteel een goede en constructieve rol.
Daarnaast zet het kabinet zich in voor de ontwikkeling van een aanvullend rechtsstaatelijkheidsmechanisme binnen de EU, zoals onlangs wederom besproken in de Raad Algemene Zaken. De aanbevelingen in de EP-resolutie naar aanleiding van het rapport Tavares voor een structureel monitoringsmechanisme («Kopenhagen-commissie») en een ad hoc mechanisme in geval van acute problemen op dit terrein («artikel 2 Noodagenda») sluiten hier goed bij aan. Het kabinet is evenwel geen voorstander van de ontwikkeling van mechanismen die specifiek gericht zijn op afzonderlijke lidstaten, zoals de voorgestelde «artikel 2-trialoog» voor Hongarije, omdat het aanvullend mechanisme op gelijke wijze op alle lidstaten toegepast moet kunnen worden indien daarvoor aanleiding zou zijn.
Zie antwoord vraag 5.
Nee, maar acties van de EVP in die richting worden uiteraard ondersteund.