Ingediend | 28 juni 2013 |
---|---|
Beantwoord | 8 juli 2013 (na 10 dagen) |
Indiener | Michiel Servaes (PvdA) |
Beantwoord door | Frans Timmermans (minister buitenlandse zaken) (GroenLinks-PvdA) |
Onderwerpen | europese zaken internationaal recht staatsrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z13669.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-2781.html |
Ja.
Uiteraard heeft contact plaatsgevonden tussen het ministerie van Buitenlandse Zaken en de ambassade over het incident. Het beschermen en bevorderen van gelijke rechten voor lesbische, homoseksuele, biseksuele en transgender (LHBT-)personen is een van de speerpunten van het Nederlands buitenlands beleid, zoals onder meer opgenomen in de beleidsbrief «Respect en recht voor ieder mens» die uw Kamer op 14 juni jl. toeging.
Op 26 juni jl. heeft de Nederlandse ambassadeur de Nederlandse zorgen in een persoonlijk gesprek met de Macedonische minister van Buitenlandse Zaken nader toegelicht en opnieuw aangedrongen op adequate bescherming tegen en publiekelijk veroordeling van geweld tegen LHBT-personen en -organisaties. De minister was op de hoogte van de verklaring van de ambassade, en nam kennis van de Nederlandse zorgen.
Zie antwoord op vraag 3. Naast de verklaring van de Nederlandse ambassade te Skopje en het onderhoud van de Nederlandse ambassadeur met minister Poposki, zijn de Nederlandse zorgen tevens aan de Macedonische ambassade in Den Haag kenbaar gemaakt. Ook heeft Nederland in de EU-raadswerkgroep voor de Westelijke Balkan zijn zorgen uitgesproken over het incident. Op Nederlands initiatief zal de EU haar zorgen over het incident tevens kenbaar maken tijdens de tiende bijeenkomst van de Stabilisatie- en Associatieraad met Macedonië, voorzien op 23 juli 2013.