Ingediend | 25 april 2013 |
---|---|
Beantwoord | 16 mei 2013 (na 21 dagen) |
Indiener | Han ten Broeke (VVD) |
Beantwoord door | Frans Timmermans (minister buitenlandse zaken) (GroenLinks-PvdA) |
Onderwerpen | defensie internationaal organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z08655.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-2241.html |
Ja.
Wij beschikken op dit moment niet over voldoende informatie om te verifiëren of, waar en door wie dergelijke middelen zijn ingezet.
Nee, er is hierover geen contact geweest met de Israëlische ambassade in Den Haag. Wel heeft de Nederlandse ambassade in Tel Aviv doorlopend contact met verschillende onderdelen van de Israëlische overheid over de ontwikkelingen in Syrië.
Ja.
De berichten over mogelijk gebruik van chemische wapens in Syrië zijn zorgwekkend. Tegelijkertijd is het essentieel dat geen conclusies worden getrokken voordat alle feiten op tafel liggen. Daarom vindt de regering het belangrijk dat het onderzoeksteam van de Verenigde Naties (VN) zo snel mogelijk met het onderzoek kan beginnen en alle serieuze aantijgingen van gebruik van chemische wapens kan onderzoeken, zodat de feiten op onpartijdige en onafhankelijke wijze kunnen worden vastgesteld. De Syrische autoriteiten houden op dit moment vrije toegang van het VN-team tot alle delen van het land tegen. De regering betreurt dat ten zeerste en dringt daar waar mogelijk aan op vrije toegang.
De Verenigde Staten hebben naar aanleiding van deze berichten in de pers binnen NAVO-verband verduidelijkt dat zij openstaan voor het nadenken over een NAVO-rol in Syrië, maar dat er niets wordt voorbereid.
De Britse minister-president Cameron heeft aangegeven dat het bewijs beperkt is, maar toeneemt. De Britse regering stelt dat het belangrijk is bewijs te blijven verzamelen. Ik onderschrijf dit. Ook Nederland dringt aan op onderzoek door de VN naar alle serieuze aantijgingen van vermeende inzet van chemische wapens in Syrië.
De NAVO richt zich op dit moment op de bescherming van de bevolking en het grondgebied van NAVO-bondgenoot Turkije.