Ingediend | 6 maart 2013 |
---|---|
Beantwoord | 13 mei 2013 (na 68 dagen) |
Indieners | Myrthe Hilkens (PvdA), Ahmed Marcouch (PvdA) |
Beantwoord door | Opstelten (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z04389.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-2214.html |
Ja.
Bij het beoordelen of mogelijk discriminatoire uitlatingen op deze website strafbaar zijn, is het noodzakelijk om exact te kunnen vaststellen welke uitlatingen door wie, wanneer, waar, en in welke context zijn gedaan. Die beoordeling van de strafbaarheid dient in een individueel geval in eerste instantie door het Openbaar Ministerie en uiteindelijk door de strafrechter te geschieden. Het Openbaar Ministerie doet hiernaar strafrechtelijk onderzoek.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Zie antwoord vraag 2.
Op grond van artikel 2:20 lid 1 BW kan een rechtspersoon waarvan de werkzaamheid in strijd is met de openbare orde door de rechtsbank op verzoek van het Openbaar Ministerie verboden worden verklaard en ontbonden. Indien de betreffende organisatie geen rechtspersoon is in formele zin, moet worden aangetoond dat er sprake is van een informele vereniging. Dat geldt ook voor de rechts-extremistische beweging Blood & Honour, die niet over rechtspersoonlijkheid beschikt. Thans zijn er geen aanknopingspunten een dergelijke procedure te starten.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het leden Marcouch en Hilkens (beiden PvdA) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de rechts-extremistische organisatie «Blood&Honour» (ingezonden 6 maart 2013) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.