Ingediend | 11 februari 2013 |
---|---|
Beantwoord | 13 maart 2013 (na 30 dagen) |
Indiener | Jasper van Dijk |
Beantwoord door | Jet Bussemaker (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (PvdA) |
Onderwerpen | hoger onderwijs onderwijs en wetenschap |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z02683.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-1606.html |
Voormalig staatssecretaris OCW, Halbe Zijlstra, heeft beide universiteiten in oktober 2012 al laten weten zich aan te sluiten bij de positieve waardering van de strategische alliantie van UvA en VU door de reviewcommissie, de commissie, die het departement adviseert over de plannen van de instellingen in het kader van de prestatieafspraken. Over de plannen met betrekking tot het bèta-onderwijs en -onderzoek merkte de reviewcommissie op: «De samenvoeging van de twee bètafaculteiten is naar het oordeel van de commissie in het bijzonder een optie die veel perspectief biedt.» Ook ik sluit mij bij dat positieve oordeel aan.
De samenvoeging van beide faculteiten in een «Amsterdam Faculty of Science»(AFS) beoogt de gewenste profilering, zwaartepuntvorming en taakverdeling te bevorderen. De voorgenomen clustering van opleidingen in de thema’s Human Life Science, Science for Sustainability, Fundamentals of Science en Information Science staat differentiatie en variatie niet in de weg; de samenvoeging maakt het juist mogelijk differentiatie en variatie over de volle breedte van de bètawetenschappen in stand te houden.
Over de precieze bestuurlijke vormgeving van de samenwerking van UvA en VU in de nieuwe, gezamenlijke faculteit zijn door de instellingen nog geen beslissingen genomen.
De beoogde samenwerking is geen bestuurlijke of instellingsfusie in de zin van de wet en komt daarom niet in aanmerking voor een fusietoets. Voor een nadere toelichting op dit punt verwijs ik naar de brief van van 2 september 2011 met kenmerk 314849 van mijn voorganger, aan de Kamer over «Samenwerking tussen HO-instellingen in relatie tot de fusietoets».
Van de UvA en VU heb ik vernomen dat studenten en docenten van meet af aan betrokken zijn en meedenken, zowel inhoudelijk in de faculteiten, als op centraal universitair niveau. Dat gebeurt in gezamenlijkheid tussen UvA en VU. In het kader van het besluitvormingsproces rond de samenwerking, waaronder het samenvoegen van de bèta-faculteiten, zal instemming worden gevraagd aan de medezeggenschapsorganen.
Er komen inderdaad minder opleidingen, omdat dubbeling van opleidingen wordt weggewerkt; er zal bijvoorbeeld nog maar één opleiding scheikunde en één opleiding natuurkunde zijn.
De instellingsbesturen zijn zelf verantwoordelijk voor de huisvesting van de instellingen. Het doelmatig en rechtmatig omgaan met beschikbare middelen behoort tot de integrale verantwoordelijkheid van de instellingsbesturen; ik treed daar niet in.
Van de UvA en de VU heb ik overigens vernomen, dat er geen substantiële plannen bestaan, om in afwijking van de bestaande huisvestingsplannen van de universiteiten extra nieuwbouw te plegen voor de AFS. Wellicht is de aanduiding «Bouwteam» de aanleiding geweest voor deze vraag. Met het Bouwteam wordt echter gedoeld op het team van de drie betrokken faculteitsdecanen en de vicedecanen, ondersteund door een procesmanager, die in overdrachtelijke zin bouwen aan de AFS.