Ingediend | 28 januari 2013 |
---|---|
Beantwoord | 11 maart 2013 (na 42 dagen) |
Indieners | Malik Azmani (VVD), Keklik Yücel (PvdA) |
Beantwoord door | Lodewijk Asscher (viceminister-president , minister sociale zaken en werkgelegenheid) (PvdA) |
Onderwerpen | gezin en kinderen sociale zekerheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z01459.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-1651.html |
Ja.
Als minister laat ik mij niet uit over de gesprekken tussen ambtenaren op lokaal niveau. Het college van B&W is hiervoor verantwoordelijk en wordt democratisch gecontroleerd door de gemeenteraad. Ik verwijs daarom naar datgene wat door het college hierover aan de raad is gemeld.
Het is aan de lokale overheid om bouw- en bestemmingsvergunningen te verlenen en handhavend op te treden waar dat nodig is. In zijn brief aan de gemeenteraad van 15 januari 2013 (kenmerk 1108629) geeft het college van de gemeente Rotterdam het volgende aan: «Uit het onderzoek dat na 15 november 2012 is uitgevoerd, is gebleken dat bij ieder internaat toezicht is gehouden op de brandveiligheid. (...). In het algemeen worden bij controles (verschillende soorten) gebreken geconstateerd. Bij de onderzochte locaties is zodanig geacteerd dat er geen aanleiding was om tot sluiting over te gaan. De internaten waren en zijn dus voldoende brandveilig.» Ik heb geen reden om aan deze conclusie van de gemeente Rotterdam te twijfelen.
Op 26 februari 2013 heb ik, zoals in mijn eerdere antwoord d.d. 18 december 2012 (Aanhangsel Handelingen II, vergaderjaar 2012–2013, nrs. 927, en 918)op Kamervragen van de leden Karabulut (SP), Bergkamp (D66) en Wilders en Van Klaveren (beiden PVV) aangekondigd, overleg gehad met een aantal betrokken gemeenten om te bezien of het beschikbare instrumentarium toereikend is om de veiligheid en het welzijn van kinderen te waarborgen. Ten aanzien van brandveiligheid en vergunningen hebben de aanwezige gemeenten aangegeven dat deze op orde zijn en dat ze over voldoende instrumenten beschikken om de fysieke veiligheid van kinderen te garanderen. Tijdens het overleg is verder geconstateerd dat er geen waarborgen bestaan ten aanzien van het pedagogische klimaat in de privaat gefinancierde internaten -zoals Turkse internaten- waar kinderen wonen en waarvoor geen toezicht is geregeld. Dat baart ons zorgen. Daarom is afgesproken dat rijk en gemeenten in afstemming met de betrokken internaten en eventuele andere partijen zullen komen tot een kwaliteitskader met aandacht voor onder andere het pedagogisch beleid, de veiligheid en het welzijn van kinderen op deze internaten. Daarbij zullen ook andere gemeenten betrokken worden waarin zich privaat gefinancierde internaten bevinden. Kortheidshalve verwijs ik u ook naar mijn brief van 26 februari 2013 (Kamerstuk II 33 400-XV, nr. 92).
Zie antwoord vraag 3.
Zoals gemeld in mijn eerdere antwoord d.d. 18 december 2012 (Aanhangsel Handelingen II, vergaderjaar 2012–2013, nrs. 927, en 918) op de vragen van het lid Karabulut (SP) heeft het AMK het onderzoek naar de meldingen uit 2011 afgesloten en zag het geen aanleiding voor verdere acties. Ik heb geen aanleiding om aan de juistheid van dit besluit te twijfelen.
Zoals ik in de integratieagenda (Kamerstuk II 32 824, nr. 7) heb aangegeven mag Nederland geen land zijn van parallelle gemeenschappen, waarin de noodzaak lijkt te vervallen om elkaar te ontmoeten en elkaar te verstaan. Om een plek te vinden in Nederland is het van belang dat migranten in aanraking komen met mensen met andere denkbeelden of een andere levensstijl. Dat geldt zeker voor kinderen. Het is niet wenselijk dat zij opgroeien in afzondering van de rest van samenleving. Enkele gemeenten hebben aangegeven dat het voor hen niet inzichtelijk is hoe het er in de internaten aan toe gaat en voelen zich daarbij ongemakkelijk. De kinderen die in dit type internaten verblijven, gaan naar reguliere scholen. Desondanks vind ik het belangrijk dat kinderen ook buiten schooltijd in aanraking komen met de Nederlandse samenleving.
Degenen die zich schuldig maken aan het uitdelen van lijfstraffen kunnen strafrechtelijk, al dan niet ambtshalve, worden vervolgd, afhankelijk van het delict.
Zoals in mijn brief aangekondigd, dient het kwaliteitskader de internaatbesturen richtsnoeren te geven met betrekking tot de verwachte kwaliteit van de internaten. Voor de gemeenten biedt het kwaliteitskader een instrument om toezicht te kunnen houden. Overigens dient het kwaliteitskader aan de door overheid geformuleerde minimumeisen te voldoen. Het kader en het toezicht daarop zal zoveel mogelijk aansluiten op bestaande wetgeving en instrumentarium. Het kader en het voorstel voor toezicht zal mei van dit jaar klaar zijn. Ik zal vervolgens in afstemming met de betrokken gemeenten en in afstemming met de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport bezien of het kwaliteitskader en het toezicht daarop afdoende geregeld zijn, en in het verlengde daarvan of wetgeving aangepast dient te worden.
Het toezicht op het fysieke domein (of domein leefomgeving) berust sinds de herziening van het interbestuurlijk toezicht bij de provincie. Ik kan daarom de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) niet opdragen een onderzoek uit te voeren.
Het staat ouders vrij om hun kinderen onder te brengen in internaten of logies.
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 7, is tijdens het genoemde overleg met de gemeenten geconstateerd dat het toezicht in de privaat gefinancierde internaten – zoals Turkse internaten – niet is geregeld en dat er waarborgen nodig zijn ten aanzien van het pedagogische klimaat, de veiligheid en het welzijn van kinderen in deze internaten. Om daarin alsnog te voorzien, wordt een kwaliteitskader ontwikkeld.
Op dit moment heb ik geen volledig beeld van subsidies die direct dan wel indirect worden verstrekt aan moskee gerelateerde internaten. Wat de kinderbijslag betreft, komt iedere ouder die verzekerd is in aanmerking voor kinderbijslag en als er sprake is van een laag inkomen, kan aanspraak ontstaan op kindgebonden budget. Als het kind niet bij de verzekerde woont, moet voor de kinderbijslag wel worden voldaan aan bepaalde voorwaarden. De voorwaarden gelden voor alle verzekerden en behelzen o.a. dat ouders meer dan € 416,– voor enkele, resp. € 1103,– per kwartaal voor dubbele kinderbijslag aan onderhoud bijdragen.
Zie antwoord vraag 8.
Zie antwoord vraag 8.