Ingediend | 12 december 2012 |
---|---|
Beantwoord | 28 februari 2013 (na 78 dagen) |
Indiener | Harry van Bommel |
Beantwoord door | Frans Timmermans (minister buitenlandse zaken) (GroenLinks-PvdA) |
Onderwerpen | internationaal organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z21761.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-1430.html |
Ja.
Het betreft een zaak op Surinaams grondgebied. Nederland heeft terzake geen rechtsmacht en kan dan ook geen eigen strafrechtelijk onderzoek starten naar de gebeurtenissen.
De Nederlandse regering heeft in november 1980 via de ambassade in Paramaribo bij de Surinaamse regering protest aangetekend en aangedrongen op bestraffing van de schuldigen.
Zie antwoord vraag 2.
Ja. Mijn ambtsvoorganger heeft in een brief aan de Tweede Kamer gezegd: «verdachten in het 8-decembermoordenproces met Surinaamse nationaliteit de toegang tot Nederland te zullen ontzeggen» (Kamerstuk II 20 361, nr. 165). Die casus-positie heeft zich hierbij niet voorgedaan.
De besprekingen hebben indertijd opgeleverd dat Nederland het standpunt handhaaft dat verdachten moeten worden berecht in het land waar de misdrijven zijn begaan. Tegen de verdachten van de 8-Decembermoorden loopt in Suriname een proces. Dit proces is niet stopgezet.