Ingediend | 3 december 2012 |
---|---|
Beantwoord | 23 januari 2013 (na 51 dagen) |
Indieners | Sander de Rouwe (CDA), Peter Oskam (CDA) |
Beantwoord door | Opstelten (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | openbare orde en veiligheid organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z20842.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-1081.html |
Ja.
Ik ben bekend met het probleem dat in de uitzending is aangekaart. Onverantwoord gebruik van laserpennen acht ik ongewenst. In dit verband wijs ik graag op het wetsvoorstel tot partiële wijziging van het Wetboek van Strafrecht en enkele andere wetten in verband met de aanpassing van het materieel strafrecht aan recente ontwikkelingen (Kamerstukken 33 185) waarin onder meer het voorstel is opgenomen om de gevaarzetting en het hinderen van het luchtverkeer expliciet strafbaar te stellen. Dit wetsvoorstel is op 20 december 2012 met algemene stemmen door uw Kamer aangenomen. Voor het verkeer op de weg is een dergelijke strafbepaling al te vinden in artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994 en voor de scheepvaart in artikel 30, tweede lid, van de Scheepvaartverkeerswet.
Het College van procureurs-generaal heeft mij gemeld dat uit raadpleging van de systemen van het OM is gebleken, dat nog geen zaken naar het OM zijn ingezonden betreffende andere vormen van gevaarzetting door middel van laserpennen.
De handel in laserpennen is wel degelijk gereguleerd. Het verhandelen van laserpointers van klasse 3R, 3B en 4 aan consumenten niet is toegestaan op grond van art. 18 onder a van de Warenwet en het Warenwetbesluit Algemene Productveiligheid. Ook het verhandelen van lasergadgets van klasse 2, 2M, 3R, 3B en 4 is op grond van datzelfde artikel niet toegestaan.
Daartoe zie ik geen reden. Ik verwijs hiervoor naar mijn antwoorden op de vragen 2 en 4. Daarnaast wijs ik in dit verband op de mogelijkheid een beroep te doen op de strafbaarstelling in de Wet wapens en munitie op het dragen van voorwerpen waarvan, gelet op hun aard of de omstandigheden waaronder zij worden aangetroffen, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij bestemd zijn om letsel aan personen toe te brengen of te dreigen en die niet onder een van de andere categorieën vallen. Deze strafbaarstelling zou ook van toepassing kunnen zijn op krachtige laserpennen.
In aanvulling hierop merk ik op dat een aantal gemeenten in Nederland (in elk geval Rotterdam, Haarlemmermeer en Den Helder) inmiddels een bepaling in hun Algemene Plaatselijke Verordening heeft opgenomen, op grond waarvan het verboden is om op een openbare plaats zodanig met laserlicht te schijnen, dat daardoor de openbare orde wordt verstoord of overlast wordt veroorzaakt. Ook het bezit, anders dan voor professioneel gebruik, is in die gemeenten strafbaar gesteld.
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Oskam en De Rouwe (beiden CDA) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het gevaar van krachtige laserpennen (ingezonden 3 december 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.