Kamervraag 2012Z19171

Het geruzie in het VUmc en de gevolgen daarvan en het wederom niet melden van een sterfgeval

Ingediend 12 november 2012
Beantwoord 12 december 2012 (na 30 dagen)
Indieners Renske Leijten , Henk van Gerven
Beantwoord door Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD)
Onderwerpen organisatie en beleid zorg en gezondheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z19171.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-797.html
  • Vraag 1
    Wat is uw reactie op de radio-uitzending over het geruzie in het VU medisch centrum (VUmc), deel 3?1

    Ik heb kennis genomen van de uitzending. Zie voorts mijn reactie op de uitzending in de antwoorden op de vragen hierna.

  • Vraag 2
    Hoe beoordeelt u de rol van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ), die aanvankelijk instemde met een extern onderzoek naar calamiteiten door drie hoogleraren maar later dit onderzoek blokkeerde? Is er door bepaalde specialist(en) in het VUmc druk uitgeoefend op de IGZ om het externe onderzoek niet door te laten gaan zoals in het programma Argos voor mogelijk wordt gehouden? Zo ja, is dit dan niet een opmerkelijke en vreemde gang van zaken?

    Onderzoek door een externe commissie kan in bepaalde situaties nuttig zijn, al dan niet als aanvulling op het interne onderzoek. Het principe van het uitvoeren van een onderzoek door een externe commissie is volgens de IGZ een goede zaak. Echter, de vraagstelling die het VUmc aan de externe commissie wilde meegeven was veel breder dan onderzoek naar de gemelde gebeurtenis, waardoor naar oordeel van de IGZ de focus daarop verloren dreigde te gaan. Specifiek onderzoek naar de melding zag de inspectie niet expliciet terug in de vraagstelling aan de externe commissie. Dit heeft de inspectie besproken met het VUmc. De inspectie heeft het ziekenhuis verzocht het eigen onderzoek af te ronden. De inspectie heeft met het VUmc afgesproken te bezien of extern onderzoek daarna nog in de rede lag. De inspectie heeft het laten uitvoeren van het onderzoek door een externe commissie overigens niet geblokkeerd.

  • Vraag 3
    Is het waar dat een sterfgeval – de verbloeding van een betrekkelijk jonge patiënt met een longtumor op de operatietafel – niet gemeld is bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg door het VUmc? Was hier sprake van een calamiteit die wel had moeten worden gemeld, zoals enkele oud-inspecteurs van de IGZ stellen? Kunt u dit toelichten? Gaat de IGZ deze zaak onderzoeken?1

    Het betreft een patient die tijdens een grote operatie voor een maligniteit (kwaadaardige aandoening) is overleden. Door het VUmc is destijds besloten dat er sprake was van een complicatie, geen calamiteit. Naar aanleiding van de Argos uitzending heeft de inspectie het VUmc opgedragen hier onderzoek naar te doen. Aan de hand van de uitkomsten van dit onderzoek worden de nodige vervolgstappen bepaald.

  • Vraag 4
    Hoe is het mogelijk dat een ziekenhuis dat onder verscherpt toezicht staat van de Inspectie een sterfgeval niet meldt? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Zie antwoord op vraag 3.

  • Vraag 5
    Bent u nog steeds van mening dat «de huidige problematiek binnen het VUmc zich niet concentreert op medisch-specialistische expertise», zoals u onlangs stelde in antwoorden op Kamervragen van de leden Leijten en Van Gerven2, maar op de kennelijk totaal verziekte verhoudingen tussen specialisten met alle risico’s van dien?

    De inspectie heeft besloten het VUmc onder verscherpt toezicht te stellen om de volgende redenen (citaat):
    In de brief die de inspectie op 21 augustus naar het VUmc heeft gestuurd vanwege de instelling van het verscherpt toezicht, schrijft de inspectie (citaat) «[….] dat er nog steeds sprake is van grote problemen in de samenwerking binnen en met de chirurgie, met name rondom één longchirurg. In de analyse staat echter ook vermeld dat de problemen in de samenwerking tussen verwijzend specialisten en de IC niet gebagatelliseerd moeten worden. Verder blijkt dat de relationele problemen tussen de medisch specialisten ernstig van aard zijn en dat die niet zijn op te lossen door mediation, noch door het ontslaan van enkele medisch specialisten.»
    Hieruit blijkt dat de inspectie in het kader van het verscherpt toezicht ook nadrukkelijk kijkt naar problemen in de onderlinge samenwerking.

  • Vraag 6
    Bent u inmiddels van mening dat een onafhankelijk onderzoek ingesteld moet worden naar de oorzaken en vermijdbaarheid van sterfgevallen in het VUmc op de afdelingen intensive care en longchirurgie? Zo nee, waarom niet en kunt u uw antwoord toelichten?

    In het kader van het verscherpt toezicht kijkt de inspectie naar de hele organisatie. Afhankelijk van de resultaten van het verscherpt toezicht bepaalt de inspectie eventuele vervolgactiviteiten.

  • Vraag 7
    Is de patiëntveiligheid in het VUmc op dit moment gegarandeerd?

    De inspectie ziet naar aanleiding van de huidige situatie en het opgestelde verbeterplan op dit moment geen directe noodzaak tot het nemen van meer maatregelen. De IGZ blijft, in het kader van het verscherpt toezicht, alert monitoren en volgt de kwaliteit van de zorgverlening nauwlettend.

  • Vraag 8
    Hoe en per wanneer zal de samenwerking verbeteren tussen de medisch specialisten van het VUmc? Kunt u uw antwoord toelichten?

    Het VUmc staat onder verscherpt toezicht. Verder zijn er twee nieuwe leden tot de raad van bestuur toegetreden. Zij hebben de problemen geïnventariseerd en maatregelen genomen en deze worden nu uitgevoerd. De inspectie volgt dit nauwlettend door middel van gesprekken en eigen verificatie. Zie verder antwoord op vraag 7.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2012Z19171
Volledige titel: Het geruzie in het VUmc en de gevolgen daarvan en het wederom niet melden van een sterfgeval
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20122013-797
Volledige titel: Antwoord vragen van het lid Van Gerven over het geruzie in het VUmc en de gevolgen daarvan en het wederom niet melden van een sterfgeval