Ingediend | 7 november 2012 |
---|---|
Beantwoord | 9 november 2012 (na 2 dagen) |
Indieners | Jacques Monasch (PvdA), Henk Nijboer (PvdA) |
Beantwoord door | Stef Blok (minister zonder portefeuille binnenlandse zaken en koninkrijksrelaties) (VVD) |
Onderwerpen | economie overige economische sectoren |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z18885.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-533.html |
Bij de verkoop van een woning en de aankoop van een nieuwe woning komt de bestaande NHG te vervallen en wordt de nieuwe hypotheek voor de volgende woning opnieuw getoetst. Een nieuwe woning betekent voor het WEW (uitvoerder NHG) namelijk een nieuwe situatie.
Ik ben van mening dat deze onbedoelde consequentie van de nieuwe regelgeving onwenselijk is. Doorstromers met NHG mogen niet slechter af zijn dan doorstromers zonder NHG. Ik heb daarom het WEW verzocht de regels zodanig aan te passen dat bestaande spaar- en/of aflossingsvrije hypotheken met Nationale Hypotheek Garantie meegenomen kunnen worden naar een volgende woning, zonder dat eigenaren verplicht worden annuïtair af te lossen. Dit alles binnen de kaders van het WEW om veilige en verantwoorde borgstelling te realiseren. Het WEW heeft inmiddels toegezegd de regelgeving in deze zin aan te passen.
Zie antwoord op vraag 1. Het betreft die situaties waar het onderpand van de lening met NHG wijzigt.
De huidige systematiek van NHG heeft als onverwachte consequentie dat deze ingaat tegen de in het Belastingplan 2013 voorgestelde aanpassingen van het fiscale behandeling van de eigen woning. Vandaar mijn verzoek aan het WEW om de regelgeving aan te passen.
Dat klopt niet. De Voorwaarden en Normen 2013 zijn op voorstel van het WEW goedgekeurd door de minister van BZK.
Het WEW heeft de verantwoordelijkheid om bij het verstrekken van een hypotheekgarantie zorgvuldig te beoordeelden of er veilig en verantwoord een hypotheek onder NHG kan worden verstrekt. Dit verklaart de huidige werkwijze van het WEW zoals in het antwoord op vraag 1 is toegelicht.
Het rekenvoorbeeld klopt.
Die mogelijkheden zie ik zeker. Ik verwijs naar het antwoord op vraag 1.
Die deel ik. Vandaar mijn inzet om de regelgeving aan te passen.