Ingediend | 29 oktober 2012 |
---|---|
Beantwoord | 22 november 2012 (na 24 dagen) |
Indieners | Joël Voordewind (CU), Jasper van Dijk |
Beantwoord door | Knapen (CDA) , Uri Rosenthal (VVD) |
Onderwerpen | internationaal organisatie en beleid recht staatsrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z18272.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-625.html |
Ja.
Op 17 oktober jl. zijn conclusies uit het concept-eindrapport van de VN-Group of Experts uitgelekt in de media. Aangezien wij geen kennis hebben kunnen nemen van het volledige eindrapport, is het op dit moment nog niet mogelijk om tot een afgewogen oordeel over het rapport te komen of om nieuwe maatregelen te overwegen.
Zie antwoord vraag 2.
Ja. De mensenrechtensituatie in met name het Oosten van de Democratische Republiek Congo is momenteel zeer verontrustend. Mensenrechtenschendingen zoals vermeld in het door u genoemde bericht vinden op grote schaal plaats. Ook de straffeloosheid die hiermee gepaard gaat is zorgelijk.
De door Amnesty genoemde zaken betreffen deels feiten die reeds in 2010 aan het licht kwamen en die Nederland, mede in EU-verband, bij verschillende gelegenheden bij de Rwandese autoriteiten onder de aandacht bracht. De Nederlandse steun aan de justitiesector heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van deze sector en biedt ruimte om de dialoog aan te gaan over verdere verbeteringen. Het besluit tot aanhouding van de begrotingssteun aan de justitiesector staat hier geheel los van.
De zorgen van Amnesty over het proces tegen Victoire Ingabire zijn ons bekend. De Nederlandse ambassade in Rwanda heeft het proces tegen Victoire Ingabire samen met partners nauwlettend gevolgd. Vooralsnog is er geen reden om aan te nemen dat het proces als geheel niet eerlijk is verlopen.
Nederland dringt in de bilaterale relatie met Rwanda regelmatig aan op naleving van internationale normen en mensenrechtenverdragen. Nu Rwanda per 1 januari 2013 toetreedt tot de VN-Veiligheidsraad zullen de ogen van de internationale gemeenschap nog sterker gericht zijn op de naleving van internationale normen en verdragen door dat land.