Ingediend | 18 september 2012 |
---|---|
Beantwoord | 9 oktober 2012 (na 21 dagen) |
Indieners | Sharon Gesthuizen (GL), Nine Kooiman |
Beantwoord door | Opstelten (minister justitie en veiligheid) (VVD) |
Onderwerpen | criminaliteit economie ict openbare orde en veiligheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z15940.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-247.html |
Er is veel geïnvesteerd om de aanpak van oplichting via veiling- en verkoopsites te verbeteren. Zo hebben de Politie en het Openbaar Ministerie in samenwerking met Marktplaats het Meldpunt Internetoplichting (op mijnpolitie.nl) opgericht. Slachtoffers kunnen hier eenvoudig aangifte doen van internetoplichting en de status van hun aangifte volgen. Ook kan iedereen via deze site, bijvoorbeeld aan de hand van een rekeningnummer van een aanbieder, nagaan of er meldingen van mogelijke oplichting bekend zijn over een aanbieder. Daarmee ondersteunt deze site burgers om hun verantwoordelijkheid te nemen en continu waakzaam en alert te blijven in verband met het risico van oplichting (ik verwijs verder naar mijn antwoord op vraag 5).
De Fraudehelpdesk heeft aangegeven het betreffende verwijt niet te hebben gemaakt. Ik verwijs verder naar het antwoord van de toenmalige Minister van Justitie op vragen van het toenmalige lid Gerkens van uw Kamer (Kamerstukken II, vergaderjaar 2009–2010, Aanhangsel van de Handelingen, nummer 2511, antwoord 11 en 12).
Zie antwoord vraag 1.
Om de aanpak van internetoplichting te verbeteren ben ik veelvuldig in contact met relevante partijen zoals Marktplaats. Ik ben ermee bekend dat Marktplaats zelf waarschuwingen van gebruikers tegen mogelijke oplichters verwijdert. Dit is conform de gebruikersvoorwaarden van Marktplaats. Marktplaats is betrokken bij het Meldpunt internetoplichting. Het Meldpunt speelt relevante informatie van slachtoffers over oplichting door naar Marktplaats. Dat bedrijf kan vervolgens accounts van vermeende oplichters blokkeren en hun advertenties verwijderen. Op deze wijze is er een goede en gecontroleerde mogelijkheid gecreëerd voor slachtoffers om andere gebruikers te waarschuwen voor mogelijke oplichting.
Zonder enig onderzoek te hebben gedaan, valt vaak niet te concluderen dat er evident sprake is van oplichting. Mede daarom acht ik primair voorzichtigheid van de kant van de consument geboden. Mijn departement faciliteert consumenten daarbij met de in mijn antwoord op vragen 1 en 3 genoemde site mijnpolitie.nl. Een consument kan het resultaat van een zoekslag op deze site betrekken in zijn afweging om al dan niet een transactie aan te gaan met die aanbieder. Ook kan de consument een vraag stellen of een melding indienen bij de Fraudehelpdesk. De Fraudehelpdesk kan op basis van diverse meldingen een waarschuwing uitbrengen om meer slachtoffers te voorkomen en zal de melding doorgeven aan de betrokken bank(en). Banken kunnen vervolgens vanuit hun eigen verantwoordelijkheid bepalen of er op basis van die meldingen aanleiding bestaat actie te ondernemen richting een rekeninghouder.
De politie en het Openbaar Ministerie hebben bij het bestrijden van internetoplichting reeds een goede samenwerking met partijen als de Fraudehelpdesk en het Meldpunt Internetoplichting. Bij iedere melding aan de Fraudehelpdesk wordt contact gezocht met het Meldpunt Internetoplichting. Ook omgekeerd zijn er snelle en directe lijnen wanneer er sprake is van een fraudecomponent bij een melding aan het Meldpunt Internetoplichting.