Ingediend | 22 augustus 2012 |
---|---|
Beantwoord | 10 oktober 2012 (na 49 dagen) |
Indiener | Jeroen Dijsselbloem (PvdA) |
Beantwoord door | Marja van Bijsterveldt (minister onderwijs, cultuur en wetenschap) (CDA) |
Onderwerpen | onderwijs en wetenschap organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z15285.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-290.html |
Op dit moment heb ik geen signalen ontvangen dat medezeggenschapsraden niet zouden worden betrokken bij de invoering van passend onderwijs. In de meeste samenwerkingsverbanden verloopt het proces om te komen tot de inrichting van het samenwerkingsverband en tot de inhoudelijke uitwerking van passend onderwijs constructief, al is er variatie in voortgang en tempo. Medezeggenschapsraden worden op verschillende momenten betrokken, bijvoorbeeld via informatiebijeenkomsten, een verzoek om advies of een uitnodiging om deel te nemen in een werkgroep medezeggenschap. Dit wordt vanuit het ministerie ook ondersteund.
De onderwijsinspectie houdt geen toezicht op het functioneren van de medezeggenschap rond de oprichting van het samenwerkingsverband.
Wel voeren vanuit het ministerie accountmanagers regelmatig overleg met de samenwerkingsverbanden in oprichting. In het kader van dit overleg komt ook de medezeggenschap aan de orde, met name de inrichting van de ondersteuningsplanraad. Langs deze weg kan de vinger aan de pols gehouden worden.
Verder wordt een steunpunt medezeggenschap passend onderwijs ingesteld dat de inrichting van de medezeggenschap in de samenwerkingsverbanden helpt ondersteunen.
Een adviesbevoegdheid van de medezeggenschapsraad is volgens artikel 18, eerste lid, onderdeel a van de Wet medezeggenschap op scholen (WMS) niet van toepassing, «voor zover de desbetreffende aangelegenheid voor de school reeds inhoudelijk is geregeld in een bij of krachtens wet gegeven voorschrift».
In het wetsvoorstel passend onderwijs is vastgelegd dat bevoegde gezagsorganen van scholen een samenwerkingsverband passend onderwijs moeten oprichten, met wie zij dat moeten doen, wat het doel en de taken van het nieuwe samenwerkingsverband zijn, dat het moet gaan om een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid zonder winstoogmerk en binnen welke termijn het samenwerkingsverband moet zijn opgericht. Daarmee is de oprichting van de samenwerkingsverbanden een aangelegenheid die reeds inhoudelijk is geregeld in wettelijke voorschriften. De medezeggenschapsraden hebben daarom geen adviesbevoegdheid bij de oprichting van de samenwerkingsverbanden.
Ouderorganisaties en vakbonden hebben aangegeven dat zij zich zorgen maken dat aspecten van de inrichting van een rechtspersoon invloed hebben op de besluiten in het ondersteuningsplan. Ik wil niet voorbij gaan aan de zorg dat in statuten zaken worden vastgelegd die de mogelijkheden van inspraak van de ondersteuningsplanraad op het ondersteuningsplan inperken. De wijze waarop de ondersteuning in de regio vorm krijgt ligt vast in het ondersteuningsplan en daarop heeft de ondersteuningsplanraad instemmingsrecht. Ik ga ervan uit dat inhoudelijke keuzes hun weerslag krijgen in het ondersteuningsplan. De inspraak van de ondersteuningsplanraad op het ondersteuningsplan kan niet beperkt worden door wat in statuten van het samenwerkingsverband wordt vastgelegd.
Zie antwoord vraag 3.
Ja. Zie verder het antwoord op vraag 6.
De regering acht het van groot belang dat ouders, leerlingen en leraren inspraak hebben op de wijze waarop de ondersteuning in de regio gestalte krijgt. De wijze waarop de ondersteuning in de regio vorm krijgt, wordt vastgelegd in het ondersteuningsplan en daarop heeft de ondersteuningsplanraad instemmingsrecht. De inspraak van de ondersteuningsplanraad op het ondersteuningsplan kan niet beperkt worden door wat in statuten van het samenwerkingsverband wordt vastgelegd.
Verder is het wenselijk dat samenwerkingsverbanden de medezeggenschapsraden betrekken bij de voorbereiding en bij de inrichting van de ondersteuningsplanraad (die wordt gevormd door en uit de medezeggenschapsraden). Om te bereiken dat de ondersteuningsplanraad goed van de grond komt heb ik met ouderorganisaties, vakbonden en sectorraden afspraken gemaakt over het tijdig en volwaardig betrekken van ouders, leerlingen en leraren bij de vorming van de ondersteuningsplanraad.
De organisaties zullen gezamenlijk invulling geven aan een landelijk steunpunt voor medezeggenschap passend onderwijs, dat ondersteuning biedt bij de vormgeving en inrichting van de medezeggenschap en de stand van zaken in de regio’s bijhoudt. Ook vanuit het ministerie zal aandacht besteed worden aan tijdige inrichting van de ondersteuningsplanraden.