Ingediend | 30 juli 2012 |
---|---|
Beantwoord | 24 augustus 2012 (na 25 dagen) |
Indieners | Angelien Eijsink (PvdA), Mariëtte Hamer (PvdA) |
Beantwoord door | Hans Hillen (minister defensie) (CDA), Henk Kamp (minister sociale zaken en werkgelegenheid) (VVD) |
Onderwerpen | defensie gezin en kinderen internationaal sociale zekerheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z14786.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-3289.html |
Ja.
Op basis van de «Regeling woonlandbeginsel in de sociale zekerheid 2012» wordt de hoogte van de kinderbijslag afgestemd op het kostenniveau van het land waarin het kind woont. De militairen die met hun kinderen zijn gestationeerd in het buitenland en in Koninkrijksdelen zoals Curaçao ontvangen het bedrag aan kinderbijslag dat is afgestemd op het kostenniveau van het land waar hun kinderen wonen. Als dit kostenniveau lager ligt dan het kostenniveau in Nederland is het bedrag aan kinderbijslag ook lager.
Ja.
Het gaat inderdaad om verschillende situaties. Verzekerd voor kinderbijslag zijn die mensen die in Nederland wonen of mensen die hier niet wonen maar wel zijn onderworpen aan de loonbelasting vanwege in Nederland in dienstbetrekking verrichte arbeid. Mensen die Nederland verlaten om ergens anders te gaan wonen en die niet meer onderworpen zijn aan Nederlandse loonbelasting hebben geen recht op kinderbijslag. Militairen die Defensie in het buitenland plaatst en onderworpen zijn aan de Nederlandse loonbelasting hebben wel recht op kinderbijslag. Deze militairen ontvangen een bedrag aan kinderbijslag dat in verhouding staat tot het kostenniveau van het woonland van het kind.
Nee. De «Wet woonlandbeginsel in de sociale zekerheid» richt zich niet op specifieke doelgroepen maar op de export van bepaalde uitkeringen, zoals de Algemene Kinderbijslagwet, de Algemene nabestaandenwet, de Wet op het kindgebondenbudget en een onderdeel van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen; de WGA-vervolguitkering. Deze uitkeringen garanderen een bestaansminimum of leveren een bijdrage in de kosten. Het woonlandbeginsel houdt in dat de hoogte van een uitkering wordt afgestemd op het kostenniveau van het land waarin de belanghebbende of het kind woont. Doel hiervan is te voorkomen dat uitkeringen die buiten Nederland worden verstrekt, met lokale maatstaven uit de pas lopen. De «Wet woonlandbeginsel in de sociale zekerheid» maakt geen uitzondering voor bijvoorbeeld uitgezonden militairen. De kinderbijslag wordt gefinancierd uit de belastingmiddelen en heeft geen relatie met de afdracht van Nederlandse sociale premies.