Ingediend | 26 juli 2012 |
---|---|
Beantwoord | 27 september 2012 (na 63 dagen) |
Indiener | Renske Leijten |
Beantwoord door | Edith Schippers (minister volksgezondheid, welzijn en sport) (VVD) |
Onderwerpen | ziekten en behandelingen zorg en gezondheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z14751.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20122013-110.html |
Wat Centrum Eetstoornissen Ursula heeft gedaan is vanuit de zorginhoud kritisch het behandelaanbod bekijken en zoeken naar manieren waarop dit efficiënter en (kosten-)effectiever kon. Hierbij hebben zij rekening gehouden met een lager aantal behandelingen en met de invoering van prestatiebekostiging, beiden per 2013. Als belangrijkste uitgangspunt is gehanteerd dat de kwaliteit van zorg gehandhaafd moet blijven. Door waar mogelijk te bezuinigen op personeel, is het mogelijk gebleken om door middel van het per behandelsoort kiezen voor op maat oplossingen, niet in te boeten aan kwaliteit. Tevens kan het behandelaanbod voor de verschillende doelgroepen in stand worden gehouden. Het Centrum Eetstoornissen Ursula is van mening dat dit een verantwoorde keuze is.
Ondanks dat ik mij realiseer dat de bezuinigingen waar de sector mee te maken krijgt fors zijn en dat dit invloed heeft op de bedrijfsvoering van de organisaties, is het de taak van de aanbieders om de noodzakelijke bezuinigingsmaatregelen verantwoord uit te voeren.
Centrum Eetstoornissen Ursula, onderdeel van Rivierduinen, levert gespecialiseerde en complexe zorg aan cliënten met een eetstoornis. Zij werken daarbij met zorgpaden – Anorexia Nervosa, Boulimia Nervosa/BED3 en Jeugd – waarbinnen verschillende soorten behandelingen worden geboden. Uit navraag bij Rivierduinen blijkt dat Centrum Eetstoornissen Ursula een aantal maatregelen per zorgpad heeft genomen. Hierbij is een aantal uitgangspunten gehanteerd, waarvan de belangrijkste is dat de kwaliteit van zorg gewaarborgd blijft. Binnen enkele van de behandelingen heeft dit ertoe geleid dat éé
Nee. Als Minister stel ik de kaders vast. Het is aan instellingen zelf hoe zij invulling hieraan geven, mits de kwaliteit van zorg daarbij gehandhaafd blijft. Het kan dus zijn dat zij van mening zijn dat het verantwoord is in het kader van de bezuinigingen een eetmoment te schrappen en dat dit kan zonder in te boeten aan kwaliteit. Dat is dat aan hen. Ik vertrouw er hierbij wel op dat zij hierbij een zorgvuldige afweging maken.
In het bestuurlijk akkoord toekomst GGZ 2013–2014 zijn afspraken gemaakt over het verder ontwikkelen en versterken van de generalistische basis-GGZ. Mijns inziens zullen de financiële middelen die voor de GGZ beschikbaar zijn vooral moeten worden ingezet voor de mensen met psychische stoornissen die dit het hardst nodig hebben. Voor die groep mogen er geen wachtlijsten zijn en moet de zorg adequaat en van hoge kwaliteit zijn. Om dit te bereiken en te verbeteren zal de GGZ in de toekomst anders moeten worden georganiseerd. Op dit moment worden nog erg veel mensen in de tweedelijnszorg behandeld voor klachten die eigenlijk ook in de eerste lijn kunnen worden behandeld. Een aanzienlijk deel (minimaal 20%) van de patiënten die nu in de tweedelijn wordt geholpen, heeft lichte problematiek en kan naar de generalistische basis-GGZ worden verschoven. Dat is voor de patiënten beter en zal in het algemeen ook doeltreffender en goedkoper zijn. Daarom is het zo belangrijk om de basiszorg in de eigen omgeving goed te organiseren. De huisarts, de eerstelijnspsycholoog en de sociaal psychiatrisch verpleegkundige hebben hierin bijvoorbeeld een belangrijke rol. De tweedelijns GGZ is de gespecialiseerde GGZ, die is bedoeld voor de zwaardere psychische problematiek. Met deze ontwikkeling wordt het mogelijk gemaakt dat de gespecialiseerde GGZ zich meer kan richten op patiënten met ernstige problemen.
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar de antwoorden op vraag 1 en 2.
Het is aan instellingen zelf om invulling te geven aan de bezuinigingen. Ik vertrouw erop dat zij dit verantwoord doen.
Het invullen van de bezuinigingsmaatregelen is een verantwoordelijkheid van de instellingen en dit kan dus per instelling verschillen. Ik kan u daarom geen overzicht geven van de manieren waarop GGZ-instellingen uitvoering geven aan de bezuinigingen.
De vragen van het Kamerlid Leijten (SP) over het bericht dat steeds meer mensen achterstanden hebben bij het betalen van zorgpremie (2012Z14724) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.