Kamervraag 2012Z10110

Online privacy

Ingediend 21 mei 2012
Beantwoord 12 juni 2012 (na 22 dagen)
Indiener Arjan El Fassed (GL)
Beantwoord door Fred Teeven (staatssecretaris justitie en veiligheid) (VVD)
Onderwerpen economie ict recht staatsrecht
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z10110.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-2756.html
  • Vraag 1
    Herinnert u zich de antwoorden op eerdere vragen, waarin u stelt dat het niet in het belang is van de opsporing om inzicht te verschaffen in de mate waarin sociale media door de opsporingsautoriteiten gevolgd worden?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Is het waar dat informatie over het aftappen van telefoonverkeer door opsporingsdiensten wel openbaar wordt gemaakt? Bent u van mening dat het vrijgeven van deze informatie het risico met zich mee brengt dat personen hun gedrag daarop gaan afstemmen?

    De jaarlijkse tapstatistieken maken deel uit van het departementaal jaarverslag. De cijfers over het jaar 2011 heeft uw Kamer onlangs ontvangen (Kamerstukken II, vergaderjaar 2011–2012, 33 240 VI, nr. 1). Deze statistieken omvatten zowel telefoontaps als IP-taps, alsook het aantal vorderingen van verkeers- en identificerende gegevens. Het risico dat personen hun gedrag afstemmen op basis van deze informatie acht ik aanvaardbaar, maar dit risico neemt toe naarmate de cijfers verder uitgeplitst worden.

  • Vraag 3
    Bent u van mening dat voor het aftappen van telefoons en sociale media door opsporingsautoriteiten dezelfde juridische en democratische controlemechanismen moeten gelden?

    De inlichtingenplicht van bewindspersonen tegenover de Staten-Generaal, zoals vastgelegd in artikel 68 van de Grondwet, is een uitermate belangrijk staatsrechtelijk beginsel. Het parlement kan zijn controletaak niet goed uitvoeren indien het niet over de daarvoor noodzakelijke informatie beschikt. Zoals de toenmalige Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uitvoerig uiteen heeft gezet in een brief over de reikwijdte van artikel 68 (Kamerstukken II, vergaderjaar 2011–2012, 28 362, nr. 2) stelt dit artikel evenwel ook een grens aan de inlichtingenplicht, namelijk bij gevallen waarin het verstrekken van de gevraagde informatie in strijd is met het belang van de staat. Hiervan is naar mijn oordeel in dit geval sprake.

  • Vraag 4
    Zou u alsnog inzicht willen geven in de mate waarin sociale media door de opsporingsautoriteiten gevolgd wordt? Zo nee, zou u deze weigering dan willen toelichten in het licht van artikel 68 van de Grondwet?

    Zie antwoord vraag 3.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2012Z10110
Volledige titel: Online privacy
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20112012-2756
Volledige titel: Antwoord vragen El Fassed over online privacy