Ingediend | 15 mei 2012 |
---|---|
Beantwoord | 27 juli 2012 (na 73 dagen) |
Indiener | Arjan El Fassed (GL) |
Beantwoord door | Knapen (CDA) |
Onderwerpen | internationaal organisatie en beleid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z09877.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-3110.html |
Ja.
Er hebben vernielingen van projecten, gefinancierd met Europees geld, plaatsgevonden. Dit betreft geen huizen en boerderijen; die projecten worden in de regel niet door Europese donoren gefinancierd.
Ik ben niet bekend met deze cijfers.
Zie antwoord vraag 3.
Ja.
De genoemde bedragen zijn schattingen van de Europese Commissie. In het verleden is geen database bijgehouden waarin schade werd geregistreerd.
Van lopende bilaterale activiteiten is bekend dat schade is toegebracht aan het OS-project Land Development Programme dat zich richt op het herstel en de ontwikkeling van landbouwgrond op de Westelijke Jordaanoever. Het gaat om schade aan waterbakken, omheiningen en olijfbomen. Daarnaast zijn materialen en machines in beslag genomen.
Schade aan Nederlandse lopende activiteiten wordt in alle gevallen opgenomen met de Israëlische autoriteiten. De Nederlandse ambassadeur in Tel Aviv en de Nederlandse vertegenwoordiger in Ramallah hebben verschillende gesprekken gevoerd met de Coordinator of Government Activities in the Territories (COGAT – onderdeel van het Israëlische ministerie van Defensie) en opgeroepen vernieling van het bovengenoemde project te stoppen en geen nieuwe sloopbevelen uit te vaardigen. Eenzelfde boodschap heeft de minister van Buitenlandse Zaken overgebracht tijdens het bezoek van COGAT aan Nederland op 19 maart jl. en tijdens zijn bezoek aan Israël op 7 juni jl.
De schade aan het Land Development Programme bedraagt € 65 000.
De omvang van de schade is mij niet bekend.
Door de opgelopen schade aan de orde te stellen wordt getracht om herhaling te voorkomen.
Tot nu toe hebben EU-lidstaten de schade toegebracht aan bilaterale projecten rechtstreeks opgenomen met de Israëlische autoriteiten. De kwestie heeft ook de aandacht van de EU. In de Raadsconclusies van 14 mei jl. roept de EU de Israëlische regering op gezamenlijk tot een verbeterd mechanisme te komen voor de uitvoering van projecten ten behoeve van de Palestijnse bevolking in area C.