Kamervraag 2012Z08565

Het artikel 'Probleemgezin kost 40.000 euro'

Ingediend 20 april 2012
Beantwoord 14 juni 2012 (na 55 dagen)
Indiener Hanke Bruins Slot (CDA)
Beantwoord door van Veldhuijzen Zanten-Hyllner
Onderwerpen gezin en kinderen sociale zekerheid
Bron vraag https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z08565.html
Bron antwoord https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-2770.html
1. Volkskrant, 7 april 2012.
  • Vraag 1
    Hebt u kennisgenomen van het artikel «Probleemgezin kost 40 000 euro»?1

    Ja.

  • Vraag 2
    Herkent u het beeld dat de kosten voor zorg voor een probleemgezin gemiddeld zeker 40 000 euro per jaar zijn, en dat bij een probleemgezin gemiddeld meer dan 10 instanties betrokken zijn? Beschikt u zelf over soortgelijke cijfers?

    Wanneer verschillende gezinsleden kampen met problemen op meerdere leefgebieden, is het niet ondenkbaar dat de benodigde zorg en/ of ondersteuning op een dergelijk bedrag uit komt. Het bedrag van 40 duizend euro per jaar is een optelsom van verschillende voorzieningen, zoals een bijstandsuitkering, de kosten van maatschappelijk werk en jeugdzorg. Dergelijke cijfers zijn mij bekend (zie ook het antwoord op vraag 3).

  • Vraag 3
    Herkent u ook het beeld dat instanties soms relevante informatie niet delen, waardoor soms tegengestelde eisen gesteld worden aan gezinnen? Bent u het met de onderzoekers eens dat het aanwijzen van één verantwoordelijke die met het gezin een integraal hulpplan opstelt kan leiden tot een meer doelmatige werkwijze? Wat is uw visie op het realiseren van een meer doelmatige werkwijze, zonder dat er een nieuwe bureaucratische laag ontstaat?

    Bij multiprobleemgezinnen is vaak sprake van ernstige, complexe meervoudige problematiek waarvoor een samenhangend en integraal hulpaanbod nodig is. Als voor ieder deelprobleem een aparte medewerker aan de gang is, versnippert de zorg. Het belang van integrale dienstverlening wordt door de gemeenten echt wel gevoeld. Zo blijkt de achter de voordeur aanpak zoals in een aantal gemeenten wordt gevoerd erg effectief. Uit een maatschappelijke kosten en baten analyse[1] blijkt dat de aanpak één gezin, één plan, één regisseur zich kenmerkt door de laagdrempelige aanmelding (door professionals). Hierdoor worden meer huishoudens met meervoudige problematiek eerder bereikt. Ook worden er huishoudens bereikt die anders geen traject aangeboden zouden krijgen. Eén gezin, één plan is in toenemende mate een leidend principe voor iedereen die werkt met jeugdigen en gezinnen. Het is de aanpak die leidt tot snelle, passende, effectieve en samenhangende hulp aan gezinnen met meerdere problemen. Coördinatie van zorg is een belangrijke pijler in deze aanpak. Met als doel het versterken van de kracht van het gezin en het verbeteren van de kwaliteit van leven van de gezinsleden.
    Een van de aanbevelingen van het rapport, het ervaring opdoen met integrale aanpak en maatwerk per gezin toe te staan sluit goed aan bij de doelen van onder meer de stelselwijziging jeugd.
    Een omslag (transformatie) is nodig naar meer preventie en eerdere ondersteuning, uitgaan van de eigen kracht van jongeren en hun ouders, problemen minder snel medicaliseren, betere samenwerking rond gezinnen en zorg op maat.

  • Vraag 4
    Ziet u de meerwaarde van het in kaart brengen van de kosten voor zorg voor probleemgezinnen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u aangeven wat deze meerwaarde voor gemeenten kan zijn?

    Het artikel in de Volkskrant laat zien wat de kosten van probleemgezinnen zijn als optelsom van verschillende voorzieningen. Dit beschouw ik als een goede aanzet voor gemeenten om de voorzieningen meer integraal te organiseren, waarmee een efficiëntere levering bereikt kan worden. Het onderzoek van Stade is in lijn met evaluatie van de Wet op de jeugdzorg en de bevindingen van de parlementaire werkgroep. Veel gemeenten zijn al bezig met visievorming aan gaande het realiseren van een integrale aanpak.

  • Vraag 5
    Deelt u de mening dat deze onderzoeksgegevens opnieuw duidelijk maken dat middelen die besteed worden aan probleemgezinnen volledig ontschot moeten worden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe wilt u de volledige ontschotting borgen?

    Ik ben er van overtuigd dat wanneer de financiering en de regie van zorg en ondersteuning op belangrijke leefgebieden bij één en dezelfde bestuurslaag belegd wordt, er efficiënter effectiever én doelmatiger kan worden samengewerkt door alle partijen. Met name kwetsbare groepen, zoals multiprobleemhuishoudens, worden hierdoor beter in staat gesteld naar vermogen te participeren in de samenleving. Dat was ook de reden dat het kabinet hervormingen voorstond in het sociale domein omdat deze sterk met elkaar samen hangen en elkaar in hun effect kunnen versterken.

  • Vraag 6
    Bent u bereid dit of soortgelijk onderzoek breder te laten uitvoeren of gemeenten op de mogelijkheid te wijzen om dit soort onderzoek te laten doen, zodat gemeenten een beter inzicht krijgen in de kosten voor probleemgezinnen?

    Ja. Ik financier bijvoorbeeld de monitoring van het project «VOLG», het door de MO-groep en GGD Nederland geïnitieerde project, hetgeen staat voor Volledig Ontschotte Lokale Gezinsondersteuning. In 2012 is in een aantal regio’s een pilot gestart gericht op een integrale hulpverlening aan multiprobleemgezinnen. De essentie is dat in een aantal samenwerkings/experimentgebieden een «ontschotte» aanpak voor jeugd- en gezinsondersteuning wordt ontwikkeld en uitgevoerd in samenwerking met de partners in het preventieve en curatieve circuit. De VOLG-aanpak komt voort uit brede overeenstemming over de noodzaak om de bestaande kokers en schotten in de ondersteuning en dienstverlening aan kinderen en gezinnen te vervangen door een integrale aanpak volgens de principes van één gezin, één plan2.

  • Vraag 7
    Hoe staat het met uw toezegging, gedaan tijdens het wetgevingsoverleg Jeugdzorg op 19 december 2011, om het voorstel te onderzoeken om tot een gezinsondersteunend budget voor gemeenten te komen?

    Het gezinsondersteunend budget is een van de vormen waarmee gemeenten de hulp aan gezinnen kunnen bekostigen. Gemeenten zijn vrij om na de decentralisatie vanuit hun eigen visie op de jeugdhulp passende bekostigingsmodellen in te voeren. Om gemeenten voor te bereiden op en te ondersteunen in de nieuwe situatie onderzoekt het T-bureau jeugd van het Rijk en de VNG hoe gemeenten gefaciliteerd kunnen worden in het denken over en de inrichting van een bekostigingsmodel. Deze aanpak houdt onder andere in dat de leerervaringen van goede voorbeelden verspreid worden over alle gemeenten. De gemeenten die ervaring hebben met het gezinsondersteunend budget zijn hierbij nadrukkelijk in beeld. Deze Kamervraag daaraan bij.


Kamervraag document nummer: kv-tk-2012Z08565
Volledige titel: Het artikel 'Probleemgezin kost 40.000 euro'
Kamerantwoord document nummer: ah-tk-20112012-2770
Volledige titel: Antwoord vragen van het lid Bruins Slot over het artikel “Probleemgezin kost 40.000 euro”