Ingediend | 11 april 2012 |
---|---|
Beantwoord | 8 mei 2012 (na 27 dagen) |
Indiener | Frans Timmermans (PvdA) |
Beantwoord door | Uri Rosenthal (minister buitenlandse zaken) (VVD) |
Onderwerpen | internationaal organisatie en beleid recht staatsrecht |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z07567.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-2425.html |
Ja.
In algemene zin vormt de situatie in Marokkaanse gevangenissen reden tot zorg; zo ook in dit geval. De in het artikel genoemde 27 hongerstakers bevinden zich in Marokkaanse gevangenissen verspreid over het hele land en hun motieven lopen uiteen. De meeste hongerstakers vragen aandacht voor de bij hen toegepaste rechtsgang die niet zou voldoen aan de minimale processtandaarden zoals erkend in het Marokkaanse strafprocesrecht. Daarnaast wordt aandacht gevraagd voor de erbarmelijke omstandigheden en mishandelingen in de gevangenissen.
De Marokkaanse Nationale Raad voor de Mensenrechten heeft een onderzoek naar de gebeurtenissen gestart en een bezoek aan de gevangenissen gebracht. Daarnaast vaardigde de «Directeur Generaal voor het Gevangeniswezen» van de Marokkaanse regering een instructie aan alle gevangenisdirecteuren uit om te allen tijde de in de Marokkaanse Grondwet verankerde mensenrechten te eerbiedigen.
Inmiddels kwamen 7 van 27 hongerstakers vrij. Daarnaast is een deel van de hongerstakers na gesprekken met lokale autoriteiten gestopt met de hongerstaking. In de mensenrechtendialoog die door de EU met Marokko wordt gevoerd in het kader van het Europese Nabuurschapsbeleid, zal de voortgang van onderzoek en actie worden besproken.