Ingediend | 30 maart 2012 |
---|---|
Beantwoord | 24 april 2012 (na 25 dagen) |
Indiener | Sadet Karabulut |
Beantwoord door | Paul de Krom (staatssecretaris sociale zaken en werkgelegenheid) (VVD) |
Onderwerpen | jongeren organisatie en beleid sociale zekerheid |
Bron vraag | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2012Z06647.html |
Bron antwoord | https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-2309.html |
In de Wajong is geregeld dat het recht op arbeidsondersteuning voor jongeren die in de studieregeling of de werkregeling terecht komen, ontstaat op de dag dat aan de voorwaarden hiervoor wordt voldaan, doch niet eerder dan zestien weken na de dag waarop de aanvraag is ingediend. Jongeren die tot deze groep behoren en kort voor of na hun 18e verjaardag een beroep op de Wajong doen, verkrijgen dus in beginsel niet eerder dan zestien weken na datum aanvraag het recht op Wajong. Deze jongeren hebben echter uitdrukkelijk de mogelijkheid om reeds vier maanden vóór hun 18e verjaardag een Wajong uitkering aan te vragen. De Wajong uitkering gaat dan – mits er aan de voorwaarden voor het recht op uitkering wordt voldaan – in op hun 18e verjaardag.
Ten aanzien van het recht op bijzondere bijstand voor personen van 18, 19 of 20 jaar geldt er in de WWB een specifieke regeling. Genoemde personen hebben alléén recht op bijzondere bijstand voor zover hun noodzakelijke kosten van het bestaan uitgaan boven de toepasselijke algemene bijstandsnorm (thans € 230,91 per maand) én zij voor deze kosten géén beroep kunnen doen op de onderhoudsplicht van hun ouders. Zij worden geacht geen beroep op de onderhoudsplicht van de ouders te kunnen doen, indien de middelen van de ouders daartoe niet toereikend zijn, of dat zij redelijkerwijs hun onderhoudsrecht jegens hun ouders niet te gelde kunnen maken.
Het is vervolgens aan de gemeente om te beoordelen of en zo ja in welke mate jongeren van 18, 19 of 20 jaar die géén beroep op de onderhoudsplicht van hun ouders kunnen doen, in aanmerking komen voor de verlening van bijzondere bijstand. Het is ook aan de gemeente om bij de beoordeling van het recht op individuele bijzondere bijstand de omstandigheid te betrekken dat de betreffende jongere door vier maanden vóór zijn 18e verjaardag een Wajong uitkering aan te vragen, vanaf zijn 18e verjaardag redelijkerwijs had kunnen beschikken over deze uitkering.
Nee, zoals in antwoord op vraag 1 is aangegeven geldt er voor jongeren van 18, 19 of 20 jaar in de WWB een aparte regeling voor de verlening van de bijzondere bijstand. Een Wajong-uitkering geldt daarbij niet als voorliggende voorziening voor het recht op bijzondere bijstand.
Nee, dat acht ik niet wenselijk, maar het is ook niet nodig dat zo’n situatie ontstaat. Immers zoals in antwoord 1 is aangegeven kunnen deze jongeren zelf door reeds vier maanden vóór de 18e verjaardag een Wajong-uitkering aan te vragen, dit recht daadwerkelijk vanaf hun 18e verjaardag verzilveren.